In de jaren '90 kampten veel tuinders met schade aan de luchtramen, doordat de profielen kapot vroren. De profielen bestonden uit holle, afgesloten luchtkamers, waar door kiertjes tussen de profielstukken toch water naar binnen kon. Als dat water bevriest, zet het 9% uit. Om dat tegen te gaan, werden de profielen van de luchtramen open geboord en nieuwe ramen vanaf dat moment voorzien van gaten. Daarnaast werd het gebruik van gesloten kamers in de dekprofielen zoveel mogelijk beperkt.
Afgesloten kamers in profielen zijn echter terug van weggeweest. Omdat de ruiten steeds groter werden, nam de noodzaak van holle kamers in gootprofielen, nokprofielen en andere steunprofielen weer toe. Deze geven het profiel namelijk meer torsiestijfheid. Maar er zijn geen voorzieningen getroffen om het water af te voeren.
Door gaatjes van minstens 8 mm in doorsnee in de luchtkamers te boren, is het probleem te verhelpen. Voor de winter moeten dan gecontroleerd worden of de gaten voor afwatering van het condenswater niet door vervuiling verstopt zijn geraakt, aldus Van Marrewijk.
Isolatie te goed
Voor een deel liggen de problemen bij zuinig stoken en een goede isolatie van de schermdoeken. Tegenwoordig gaat de glastuinbouw veel efficiënter om met energie dan twintig jaar geleden. Dat betekent ook dat de temperatuur van het kasdek in de winter soms onder het vriespunt kan dalen. Met gebruik van één scherm zal dat wel meevallen, maar met een dubbel scherm wordt de kans daarop aanzienlijk. Zeker als er ook nog eens met folie wordt geschermd. Hier is maar een oplossing mogelijk, stelt Van Marrewijk: schermen open en stoken.bron: Vakblad voor de Bloemisterij