Kansen in China?
Doel van het bezoek was om eens met eigen ogen te zien en te ervaren wat er allemaal gaande is in het land waar de financiële toekomst van de wereld vanaf lijkt te hangen. Een aantal zaken, die als eerst opvallen, zijn dat je in een stad als Shanghai, waar ongeveer 22 miljoen mensen wonen en werken, er eigenlijk maar heel weinig mensen ziet. Mogelijk heeft dit ook te maken met de vakantie vanwege het Chinese Nieuwjaar, maar als je op een vierbaanssnelweg slechts twee auto’s voor je ziet en een achter je, dan vind ik dat toch heel apart.
Iets anders dat opvalt, is dat je nauwelijks bouwwerkzaamheden ziet in de stad en aan de wegen. Na een paar dagen en wat gesprekken begon het mij duidelijk te worden hoe het systeem daar werkt. Als er gebrek aan ruimte begint te ontstaan, gaan ze niet verbouwen aan wat er al is, maar bouwen ze gewoon een nieuwe stad. Als er een locatie is aangewezen, bouwen ze eerst een infrastructuur, die in elk geval groot genoeg is voor de komende 50 jaar en vervolgens bouwen ze de stad. Wij zijn langs projecten gereden waar minstens 60 wolkenkrabbers te gelijk in aanbouw waren en waar minimaal 200 bouwkranen omheen staan.
Als je zulke projecten ziet, begrijp je wel dat de prijs van betonstaal (zelf met de bouwdip in Europa) niet zakt. Als zo een stad dan af is en alles is aangelegd, komen de mensen en is het OP naar het volgende project. De bouwwerkzaamheden lijken trouwens wel voor te lopen op de vraag naar woningen. De lonen voor de gewone arbeiders liggen in China tussen de 130 en 250 euro. Dus voor de gewone mensen zijn deze woningen niet te betalen. De verwachting is dan ook dat de lonen de komende jaren snel zullen stijgen, omdat anders de bouwwerkzaamheden zouden vertragen door een te groot overschot aan woningen. Dit is wel een redenering waarvoor ik even moest schakelen om de logica er van in te zien. In de grote steden zijn wel enkele bouwprojecten maar ook daar gaat men dan vrij rigoureus te werk. In de gevallen die wij gezien hebben, zijn oude wijken in zijn geheel plat geschoven en gaat men vervolgens ook op de hier boven omschreven manier te werk. Ik heb niet de indruk dat de mensen die in die oude wijk woonden, heel veel in te brengen hadden maar efficiënt is het wel. Toen ik aan een Chinees vertelde dat men 50 jaar geleden is begonnen met de planning van de verlenging van de A4 en dat die er nu nog niet ligt, moest hij eerst even lachen en zie toen: ‘Ja, dat krijg je ervan met een democratie’.
Een andere ‘Eye opener’ is dat er in China geen te kort aan voedsel lijkt te zijn of dreigt te ontstaan!! Wellicht dat de verdeling beter kan, maar de groente en het voedsel in het algemeen zijn er zeker niet duur. Er worden in China bv duizenden hectare tomaten geteeld, die voor rond 0,25 euro cent op de markt komen. Verder eten de Chinezen zo ongeveer alles en wordt er ‘niets van het varken weggegooid’ (trouwens ook niet van andere dieren, reptielen, vissen , groente enz.). In de kleine winkeltjes en op straat maar ook in de supermarkt, zijn veel levende vissen, schildpadden en kikkers enz. te koop. Tijdens de verschillende maaltijden hebben we ervaren dat de Chinezen ook heeeeeel efficiënt met hun voedsel omgaan, maar gelukkig was er voor de ‘wat een boer niet kent, dat eet hij niet’ gevallen zoals ik (door andere omschreven als culinair barbaar) gelukkig ook af en toe een bord Nasi om aan te sterken.
We hebben een mooie en leerzame week gehad en er zullen zeker goede kansen liggen in dit immens grote land maar ik heb nog wel twijfels over de vraag of wij aan de Chinese cultuur en werkwijze zullen kunnen wennen of dat zij de onze zullen accepteren. Want een van de twee is nodig om daar zaken te kunnen doen.
Bron: Frank van Kleef, Royal Pride