Brinkman blijft Koninklijk
Ter gelegenheid van het 100-jarig jubileum is in 1985 het predicaat Koninklijk verleend aan het tuinbouwtoeleveringsbedrijf Brinkman 's-Gravenzande. Voor toekenning moet de onderneming wat betreft aard, omvang en betrouwbaarheid aanzien hebben en op zijn gebied in Nederland een zeer vooraanstaande plaats innemen, bij voorkeur met een internationale uitstraling. Hierbij wordt mede rekening gehouden met de grootte van het bedrijf, het aantal werknemers en de omzet. De bedrijfsvoering dient onberispelijk te zijn. De onderneming en ook de bestuursleden en commissarissen, moeten te goeder naam en faam bekend staan en van onbesproken gedrag zijn. Het predicaat wordt verleend voor een termijn van 25 jaar.
In 2010 heeft Koninklijke Brinkman een verzoek tot bestendiging van het predicaat gedaan. De belangrijkste verplichting van het predicaat is dat de gerechtigde alles zal nalaten wat zijn reputatie kan schaden. Schending van de bepalingen kan leiden tot verlies van het recht tot het voeren van het predicaat. Ook bij faillissement of surseance van betaling, wanneer de organisatie in andere handen overgaat, zij haar zelfstandigheid verliest of de aard van de organisatie verandert, vervalt het recht. Na 25 jaar vindt opnieuw een toetsing plaats, waarbij in de procedure dezelfde stappen worden doorlopen als bij een aanvraag. Deze toetsing heeft Koninklijke Brinkman 's-Gravenzande dus goed doorstaan.
Koninklijke Brinkman 's-Gravenzande is het enige bedrijf in de gemeente Westland, die het predicaat Koninklijk mag voeren.
