Biologische grondontsmetting heeft weinig effect op Verticillium in de kas
Op twee praktijkbedrijven is biologische grondontsmetting toegepast en onderzoeker Pim Paternotte van Wageningen UR volgde het proces en deed de metingen voor en na toepassing. “Omdat zowel wortelknobbelaaltjes als verticilium problemen opleveren in de glastuinbouw hebben we van beiden zakjes met besmet materiaal ingegraven en zijn er grondmonsters genomen. Daarnaast hebben we luchtkamers aangebracht om de zuurstof te meten. Na het inwerken van het gras is het plastic aangebracht en dit is 6 tot10 weken blijven liggen. Uit onze metingen bleek dat de zuurstofconcentratie in de bodem snel terugliep. De temperatuur zakte terug tot 13-14 C. We hadden de indruk dat de uitvoering van de methode goed is ”.
Na afloop zijn de zakjes uitgegraven en opnieuw grondmonsters gestoken om bepalingen te doen naar aaltjes en levend Verticillium. “In tegenstelling tot onze verwachting bleek het effect op de schimmel Verticillium zeer beperkt. Bij nadere bepaling leken de microsclerotiën minder vitaal, maar niet gedood. Wel waren de aaltjes grotendeels gedood. We zien dit jaar weer uitval van paprikaplanten, maar de volgende gevoelige periode komt later in het seizoen als de lichtinstraling verminderd. Dit jaar en de komende jaren willen we samen met PPO-AGV uitzoeken wat de oorzaak is van de tegenvallende resultaten. Het kan zijn dat de samenstelling van het grasmaaisel in het najaar (C/N) of de korte periode tussen de grondontsmetting en planten in de kas invloed heeft op het effect tegen verticillium”. In het onderzoek worden ook alternatieve producten voor gras onderzocht.
Voor meer informatie:
Pim Paternotte
Syscope
www.syscope.nl
