Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Invloed biodiversiteit op plagen rond koolperceel onderzocht

Worden koolteelten minder gevoelig voor plagen als in de omgeving een hogere biodiversiteit is? Om dit te onderzoeken teelt PPO vanaf 2007 op 3 percelen sluitkool met verschillende tussenteelten en om de kool een gemengde haag met grasrand, een bloemenrand van eenjarigen of geen randen. De resultaten tot nu toe wijzen erop dat populaties van natuurlijke vijanden en plagen beïnvloed worden door zowel de ecologische inrichting rondom en binnen het perceel, als door de koolsoort die geteeld wordt. De beïnvloeding kan per plaag verschillen.

In de witte kool geteeld in het perceel met een hoge biodiversiteit worden meer tripsen en koolmotjes waargenomen, terwijl in het koolperceel naast een gemengde haag en meerjarige grasrand minder koolmotjes zijn waargenomen en in 2007 ook minder tripsschade is waargenomen. In 2008 was de tripsschade in witte kool te gering om verschillen aan te kunnen tonen.

De meeste spinnen worden waargenomen in de witte kool geteeld naast een haag in combinatie met een tussenteelt ui. Die tussenteelt heeft een positief effect op het aantal spinnen per plant maar ook een negatief effect op het aantal aardvlooien.

Tussen de gewassen bestaan ook grote verschillen. Op savooiekool worden de meeste plagen (melige koolluis, koolmotje en klein koolwitje) waargenomen gevolgd door spruitkool, witte kool, rode kool en spitskool. Deze resultaten tot nu toe wijzen erop dat populaties van natuurlijke vijanden en plagen beïnvloed worden door zowel de ecologische inrichting rondom en binnen het perceel, als door de koolsoort die geteeld wordt. De beïnvloeding kan per plaag verschillen.

Bron: bioKennis - Wageningen UR

Publicatiedatum:

Gerelateerde artikelen → Zie meer