1. consumptieaardappel
2. triticale
3. lelie
4. doperwt + winterprei
5. snijmais
6. suikerbiet
Naast onderzoek besteedt NWP aandacht aan kennisoverdracht
en informatie-uitwisseling met de praktijk
in dit systeem zijn twee varianten opgenomen met verschillende mineralenregimes:
Variant hoog:
- aanvoer o.s. = afbraak o.s.
- aanvoer fosfaat = afvoer fosfaat
Variant laag:
- geen organische mest
- maximale afvoer van gewasresten
- aanvoer fosfaat <50% aanvoer fosfaat
Stikstofuitspoeling
Het nitraatgehalte in het grondwater was ook in 2007, evenals voorgaande jaren, hoger dan de norm van 50 mg/l. Bij variant hoog bedroeg het gemiddeld 113 mg/l, bij variant laag was dit 80 mg/l. De stikstofaanvoer op bedrijfsniveau bleef bij beide varianten alle jaren onder de gebruiksnorm.Opbrengst en kwaliteit
De productkwaliteit was alle jaren goed, zonder verschillen tussen de varianten.In 2005 en 2006 trad geen opbrengstverschil op tussen de twee varianten, maar in 2007 bleef de opbrengst bij variant laag gemiddeld iets achter bij die van variant hoog.
Fosfaat en organische stof
Gemiddeld over de drie jaren was de fosfaataanvoer bij variant hoog 6 kg/ha hoger en bij variant laag 34 kg/ha lager dan de afvoer.In variant hoog werd in 2007 per ha 1700 kg effectieve organische stof (eos) aangevoerd. We ervaren dat dit te weinig is om het o.s.% van de bodem te handhaven. Bij variant laag was de eos-aanvoer gemiddeld 930 kg/ha.
Beide varianten voldeden aan de gebruiksnorm, maar niet aan de nitraatnorm. Het nitraatgehalte in het grondwater lijkt licht te dalen. Maar het lijkt er ook op dat de opbrengsten lager zijn dat de opbrengsten van de praktijkpercelen van het proefbedrijf, waarschijnlijk als gevolg van de verschraling van de bodem in beide varianten. Vervolgonderzoek zal hierover meer duidelijkheid moeten geven.
Bron: Syscope