Freddy Dutoit bezoekt teelt en handel in Birma
Ontwaakt
Myanmar (of Birma) ontwaakt uit een lange slaap. Nadat het leger in 1962 het land in een stevige greep nam - die nog werd versterkt na de onlusten in 2008, - geraakte het land in een volledig isolement. Het was zelfs een tijdlang verboden om een typemachine te hebben terwijl in de rest van de wereld de GSM- en internetrevolutie uitbrak. Het is dan ook interessant om te reizen door een gebied dat gedurende 50 jaar in de zijlijn van de wereldgeschiedenis evolueerde. De GSM is er nog zeer recent (het zijn trouwens bijna uitsluitend goedkope toestellen van slechte kwaliteit uit China), de Birmanen zijn zeer trots om u te melden dat ze nu ATM machines hebben (hoewel die veelal defect zijn of niet werken omdat het elektriciteitsnetwerk uitviel of er gewoon geen telecom verbinding is) en de kredietkaart nu "welkom" is doch ze hebben liever dat u cash betaalt want de commissies op de kredietkaart zijn te hoog. Het land leeft nog onder een Amerikaans embargo. Het banksysteem staat niet op punt en internationale transacties zijn complex. Men is dus verplicht om dollars en euro's mee te nemen en ter plaatse te wisselen. 1000 Kyat is ongeveer 1,3 euro waard. Ze hebben alleen biljetten, geen munten.
Birma zoekt partners in Europa
De Birmaanse economie is gebaseerd op artisanale activiteit en landbouw. Er is bijna geen industrie. De meest recente investeringen komen uit China en Duitsland. Vooral China ziet het land als een interessante buur. Birma beschikt namelijk over veel grondstoffen (niet alleen de houtsoort teak, waarvan ze 90% van de wereldvoorraad in bezit hebben, doch ook gas, mineralen en olie.). De Birmaanse overheid wil echter niet afhankelijk worden van China en zoekt partners in Europa. De landbouw is afgestemd op zelfvoorziening. Het zijn veelal kleine percelen met diverse culturen die door een familie worden bewerkt. De afzet gebeurt voornamelijk op de lokale markten. Er is een kleine export van rijst, mango's en meloenen naar China, Thailand en Bangladesh.
De meeste culturen vinden plaats langs de vele waterwegen en meren. De grond en het klimaat is gevarieerd. Hierdoor zijn diverse culturen mogelijk in dit land: grote culturen (graangewassen, rijst, katoen, koffie, thee) alsook intensieve teelt (paprika's, tomaten, kolen, bonen) en fruit (appelen, peren, aardbeien, meloenen, jackfruit, avocado's enz). Er is nog niet veel mechanisatie. Een buffel of een zeboe is dan ook de belangrijkste investering van de teler.
Lake Inle
De meeste inventieve teelt ontdekken we in Lake Inle, een groot meer in het midden van het land. Hier waren slaven (een bevolking die verslagen was door de toenmalige Birmaanse koning en werd verplaatst naar het meer Inle) verplicht om vanaf de 14e eeuw op het water te overleven. Ze bouwden dan ook hun huizen op palen en zijn erin geslaagd om een drijvende tuinbouwactiviteit te ontwikkelen. Ze gebruiken hiervoor heden nog steeds dezelfde techniek: door de waterlelies samen te klitten in lange strepen en ter plaatse te houden met behulp van bamboestokken die in de grond steken. Langzaam aan wortelen de lelies tot 1 meter diep in het water. Hierdoor ontstaat een dik tapijt die de bewoners met aarde toedekken. Daarop beginnen te planten. Lake Inle is zowat de grootste teeltzone voor tomaten in Birma, maar ook paprika's, kleine aubergines en komkommers worden er geteeld. Deze vorm van tuinbouw bedreigt echter het water. Intensieve bemesting pollueert het meer en de vraag wordt gesteld of deze intensieve cultuur op termijn verder kan blijven duren."
Handel
Het is duidelijk dat er nog niet veel georganiseerde handel bestaat. De producent belevert nog veelal zelf de lokale markten met zijn producten. Slechts in de grote steden zien we enkele "grootdistributeurs", doch deze zijn duidelijk niet de belangrijkste leveranciers van de verse producten. Ook in de grote steden zijn de vele markten de belangrijkste plaats voor de afzet van groenten en fruit.
De markten zijn echte ontmoetings-plaatsen waar van alles wordt verhandeld en vele diensten worden geleverd (zoals messen slijpen, brieven schrijven, enz). Er bestaan in de grootsteden zoals Rangoon of Mandalay wel al winkels zoals we die in het Westen kennen, doch deze spelen nog duidelijk geen grote rol in de distributie van (verse) voeding. De schappen zijn wel gevuld, doch er is niet zoveel aanbod als op de markten.
Er is wel een aanbod van 'convenience' op zijn Birmaans :
De gastronomie is typisch Aziatisch met veel groenten, rijst of noedels, vis of vleesbrokken (kip, varken, rund, schaap, geit,…) en een lekker biertje. Het is duidelijk dat dit land de komende jaren een inhaalbeweging kan meemaken. Alles hangt natuurlijk van de verdere democratisering en de hervorming van de instellingen.
Potentieel
De productie zal verbeteren en de productiviteit kan nog veel beter; het land beschikt over een enorm potentieel. Doch momenteel wonen nog veel mensen op het platteland en leven van hun teelt. Een beginnende industrialisatie en een ontvolking van het platteland, kan een extra stimulans geven om de productie te rationaliseren en te verhogen.
Biologische teelt bij een hotel.
Weinig enthousiasme voor coöperaties
Verder zien we een begin van ecologisch bewustzijn (biologische teelt, beperken van het gebruik van plastiekzakken, waarschuwingen voor overconsumptie van herbiciden.). Bij de telers is er weinig enthousiasme voor coöperaties. De junta heeft in het verleden vele malen boeren verplicht om samen te gaan in coöperaties, meestal met geringe tot minder goede resultaten. Doch het is duidelijk dat de producenten op termijn zullen verplicht zijn om samen te werken om het land van product te voorzien, te exporteren en de georganiseerde handel te beleveren.
Freddy Dutoit, maart 2016
ex-directeur VLAM Parijs
Klik hier voor het LinkedIn profiel van Freddy