Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

"Gevoel vang je niet in cijfers of algoritmen, dus ons werk blijft mensenwerk"

Tholen - Adviesbureau Vortus bestaat dit jaar veertig jaar. Onlangs werd het jubileum gevierd. Bij de viering werd een jubileummagazine uitgegeven. Eén van de verhalen daarin is een verhaal met Barend Löbker. Hij is sinds 2007 eigenaar en directeur. Het eerste deel van het verhaal verscheen dit jaar al online. Hierbij ook deel 2, waarin Barend ingaat op hoe Vortus naar innovaties kijkt, samenwerkingen met andere bedrijven en hoe advieswerk mensenwerk is.

Nieuwe innovaties, nieuwe technieken moeten voor de teler werken, is de mening van Barend. “Dat kost tijd en soms blijkt dan ook dat niet alles wat nieuw is altijd direct beter is.” Als voorbeeld geeft hij Het Nieuwe Telen. Geen techniek, maar een nieuwe manier van telen. “Daar zitten allerlei goede aspecten in, maar volgens mij is het niet zo dat telers hierdoor in één keer alles anders moeten gaan doen.” Hij haalt zijn werk van zijn vader aan, die tegenwoordig in het Westlands Museum werkt. “De kasjes die je daar ziet, die werken nog steeds met veel van dezelfde principes als de veel hogere, modernere kassen nu. Je zet er planten in en die moeten optimaal renderen. Met de jaren zijn we vooral meer vanuit de plant gaan kijken.”

Wie niet beter weet, zou denken dat Vortus conservatief is. Barend ontkent dat met klem. “Zo zou ik het niet willen noemen. We omarmen nieuwe technieken echt wel. Innovaties zijn goed, die zijn nodig. Twintig jaar terug zag je nauwelijks schermen en nu zijn het er soms al drie in één kas. Het uitgangspunt blijft echter dat de plant goed moet groeien en het gewas in de kas optimaal moet renderen. Dat is nog steeds hetzelfde als toen Vortus ooit begon en ook daarvoor was dat al zo. Wij zien misschien alleen wat voorzichtiger met vernieuwing.”

Advies voor iedereen
In het licht van innovaties, van vernieuwing, valt een samenwerking met kassenbouwer Kubo op. Die samenwerking loopt sinds 2014 en is in 2019, met een handdruk op de internationale tuinbouwbeurs GreenTech in Amsterdam, verlengd. Vortus helpt telers die investeren in een nieuwe semi-gesloten Ultra Clima kas van de kassenbouwer met teeltadvies. “Het is in ieders belang dat het goed gaat op een nieuwe tuin. Zo moet je de samenwerking tussen ons zien. Het is een samenwerking, maar wel eentje waarbij wij onze onafhankelijkheid behouden. We zijn vaak genoeg tegen allerlei potentiële koppelingen van ons advies aan producten aangelopen, maar dat doen we bewust niet.”

Barend haalt een voorbeeld uit het klantenbestand van Vortus aan. “Wij adviseren zowel plantenkwekers als telers. Die partijen hebben samen een commerciële relatie, waarbij de teler planten koopt bij de plantenkweker. Natuurlijk hebben wij weleens de vraag gekregen van de plantenkweker om bij de teler zijn planten aan te prijzen. Dat doen we nooit. Met zowel de teler als de plantenkweker willen we samen het best mogelijke product maken, maar dat doen we ook voor andere plantenkwekers. Daarom adviseren wij, als zo’n vraag van een plantenkweker komt, altijd in één adem de planten van meerdere plantenkwekers. De teler moet altijd zelf kiezen. Dat is en blijft ook een persoonlijke keuze waarin wij ons niet mengen.”

Niet té persoonlijk
Met hun eigen visie op tuinbouwontwikkelingen trekt Vortus volgens Barend klanten aan die dezelfde visie delen. “Ons vak is persoonlijk. Het moet met de klant, met de teler, klikken. De teler zoekt een adviseur met wie het klikt en andersom zoeken wij, misschien ook wel onbewust, telers die bij ons passen. Zonder dat het niet af en toe schuurt natuurlijk. Je moet elkaar wel scherp kunnen houden en elkaar niet naar de mond praten. Net zo goed als dat je altijd enige afstand als adviseur moet zien te bewaren, omdat anders het gevaar kan bestaan dat je in de emotie van de teler meegaat.”

Zulke emoties komen voor wanneer er zich problemen voordien in de teelt. Iedereen snapt dat bijvoorbeeld een virus in de teelt grote zorgen met zich meebrengt. Ook voor de adviseur. “Eén van onze adviseurs heeft weleens aangegeven wakker te liggen van de problemen bij de klant. Op zich is dat hartstikke goed, want het laat je persoonlijke betrokkenheid zien. Toch is het niet goed als je er als adviseur wakker van gaat liggen. Op zo’n moment is het fijn om als adviseur in een team te werken en erover te kunnen praten. Zeker ook een les van Henk en Simon. In een groep kan uit onverwachte hoek via een collega ook een oplossing aangereikt worden waaraan nog niet gedacht is.”


Een jonge Barend is kistjes aan het papieren. In de eerste helft van dit eerder al gepubliceerde verhaal ging Barend al op zijn start als teeltadviseur in. 

Hoofd adviseur kan niet op slot
Voor adviseurs is het leuk om in elke kas weer tegen andere uitdagingen aan te lopen, samen met de teler. Daar oplossingen voor vinden geeft voldoening. In tijden van toenemende concurrentie komt het voor dat de adviseur daarbij de vraag van de klant krijgt om kennis binnen de kas te houden. “Het is niet iets van deze tijd. Ook twintig jaar terug heb ik weleens een papiertje voor mijn neus gekregen om te tekenen voor geheimhouding, een exclusiviteitsverklaring. Dat gaat in ons werk niet. Je kunt je hoofd niet op slot zetten. Het is juist ons werk om veel te zien, er algemene lessen uit te trekken en die lessen elders, in ieders belang, toe te passen.” Uiteraard is het daarbij wel belangrijk de balans te houden. “Soms kom je dingen tegen die te persoonlijk zijn. Die blijven dan binnenskamers, natuurlijk.”

Het veertigjarig jubileum van Vortus en de groei die het bedrijf sinds de oprichting is blijven doormaken, laat zien dat het (betaald) advieswerk bestaansrecht heeft. Maar hoe zit dat in de toekomst? Barend ziet dat de laatste jaren het aantal bedrijven dat óók advies geeft toeneemt. Hij noemt dat een ‘positieve ontwikkeling’. “Op de visitekaartjes van vertegenwoordigers staat vaker ook ‘adviseur’. Dat is prima. Zeker internationaal, waar ook toeleveranciers inspelen op de groeiende tuinbouw, is de vraag naar kennis groot. Adviseurs hebben daarin een belangrijke rol. Wij werken, nationaal en internationaal, als tuinbouw vaak samen, waarbij iedereen zijn of haar steentje bijdraagt aan een project. Wij doen dat met onafhankelijk advies. Zo zijn wij ontstaan en dat blijft zo.”

Mensenwerk
Allerlei ontwikkelingen in de tuinbouw, of het nu autonoom telen, robotica of het instappen van investeerders is, blijven volgens Barend vragen om advies, om begeleiding. Hij is niet bang dat met de snelle opmars van nieuwe technieken de mens en daarmee ook de adviseur uit de kas verdwijnt. “Mijn opa deed alles met de hand, mijn vader maakte de introductie van klimaatcomputers mee en nu zie je bijvoorbeeld technieken voor autonoom telen echt opkomen. Wij houden dat scherp in de gaten en voeren er regelmatig gesprekken over met specialisten. Wij vinden, los van de techniek, uiteindelijk echter vooral interessant wat de teler ervan vindt. Die moet er in de praktijk mee werken.”

Lang niet alle innovaties die gepresenteerd worden, halen ook de praktijk. “Dat was vroeger ook zo met de technieken op de proefstations. Ik denk daarom ook niet dat ons werk nu opeens verandert in computerwerk. Natuurlijk is het goed dat telers tegenwoordig met nieuwe systemen vanuit één locatie bijvoorbeeld meerdere kassen tegelijk kunnen aansturen. Ook wij maken gebruik van moderne technieken in ons werk. Zo kunnen we tegenwoordig de nodige dingen van op afstand aansturen. En zijn videoverbindingen mogelijk. De mens heeft volgens mij van nature echter vaak de neiging om het aller slechtste niet te laten zien. Dus dan blijft het minst fraaie hoekje kas buiten beeld als je aan het videobellen bent. Terwijl juist daar dan de grootste winst te boeken is. Toch zien telers gelukkig nog steeds graag komen. Dat zal niet zomaar veranderen. Gevoel vang je niet in cijfers of algoritmen. Ons werk blijft mensenwerk.”

Voor meer informatie:
Barend Löbker
Vortus
vortus@vortus.eu 
www.vortus.eu