De eerste woestijn-komkommers zijn geoogst in Qatar. De komkommers zijn in een testcentrum van het Forest Sahara Project geteeld met gebruik van zout water en zonne-energie. De oogst werd geserveerd aan de deelnemers van de VN klimaattop in Doha.
De Noorse minister van Milieu, Bård Vegar Solhjell, was een van de eerste gasten in het testcentrum, gelegen in het Mesaieed industrieterrein in Qatar.
Het Sahara Forest Project is een nieuwe, milieuvriendelijke manier om voedsel, water en energie te produceren in de woestijn. “We gebruiken dat wat we genoeg hebben en produceren wat we tekort komen”, legt Joakim Hauge, directeur van het Sahara Forest Project, uit. “Met de woestijn, zonlicht, zout water en CO2 produceren we voedsel, water en schone energie.”
Na een bouwperiode van tien maanden kon een groep genodigden het testcentrum bezoeken. “Een fascinerend project”, aldus een verbaasde Bård Vegar Solhjell, de Noorse minister van Milieu. “Je kunt het bijna niet geloven – tot je het ziet. Hier gebruiken ze de overvloed om te creëren wat ze tekort komen."
In 2011 startte de samenwerking tussen Sahara Forest Project, Yara International ASA en Qafco. Yara is ’s werelds grootste toeleverancier van meststoffen. Het Qatarese bedrijf Qafco produceert ureum en ammonia. Na de haalbaarheid van het project uitgebreid te hebben onderzocht, besloten de drie partijen om het testproject in Qatar te plaatsen. Sahara Forest Project voert uit, de andere twee sponsoren. “Met deze locatie tonen we wat kassen, zeewater en zonne-energie kunnen betekenen voor onvruchtbare gebieden als Qatar. Er wordt onderzoek gedaan naar een toekomstig, grotere onderzoeks- en handelsplatform voor landbouw, water-, energie- en algenproductie”, meldt Khalifa A. Al-Sowaidi, de directeur van Qafco.
De eerste komkommers uit de woestijn worden geserveerd aan de bezoekers van het testcentrum Sahara Forest Project
In het project worden bestaande technologieën gecombineerd: er wordt gebruik gemaakt van kassen die met zout water gekoeld worden, van geconcentreerde zonne-energie (CSP) en van technologieën voor het begroeien van de woestijn in een zoutwatergebied. De synergie die hieruit voortvloeit, verbetert de prestaties en het rendement. Ook wordt het door vegetatie in voorheen onvruchtbaar land te planten, mogelijk om behoorlijke hoeveelheden CO2 op te slaan.
De faciliteit gebruikt een bijzondere techniek om energie op te wekken. Spiegels focussen zonlicht op pijpen, die met water zijn gevuld. Deze pijpen warmen op, zodat het water kookt. Een stoomturbine gebruikt de stoom om elektriciteit te produceren.
"We verwachten dat dit project de weg vrijmaakt voor commercialisering van deze groene technologie en het op grote schaal implementeren ervan. Het doel is het duurzaam produceren van energie, voedsel en zoet water. Niet alleen voor Qatar, maar voor de wereld van morgen", vertelt Al-Sowaidi. "Innovatie is onontbeerlijk om de uitdagingen waar de wereld voor staat aan te kunnen. Dit project creëert een nieuwe aanpak rond de thema's voedsel, energie, water en klimaatverandering" voegt Haslestad daaraan toe.