LEI onderzoekt naleving en handhaving gewasbeschermingsmiddelen

In opdracht van de Nederlandse overheid heeft het LEI onderzocht in hoeverre handelaren en gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen de wettelijke regels naleven en hoe de naleving ontwikkeld is tussen 1998 en 2010. Hoewel het onmogelijk blijkt om een beeld te geven van deze hele periode, is wel duidelijk dat sommige regels minder goed nageleefd worden dan eerst werd gedacht.

Uit de rapportages van de afgelopen jaren (2005 en later) komt wel een beeld naar voren dat over de sectoren vergelijkbaar is. De naleving op de punten spuitlicentie, zorgvuldigheid en hygiëneverordening is in alle onderzochte sectoren groter dan 90%.

De toepassingscontroles binnen de 14-meterzone vanaf de sloot, de zogenaamde spuitvrije zone, laten echter een veel lagere naleving zien, namelijk tussen de 50% en 70%. In de sectoren, die voedsel produceren, is de naleving beter. Daar was ook eerder aandacht voor het vraagstuk en hebben de bedrijven maatregelen overgenomen in hun certificering. De sierteelt loopt op deze ontwikkeling achter.

De belangrijkste overtredingen, die in de rapportages naar voren komen, zijn het ontbreken van een gewasbeschermingsplan, het in voorraad hebben en het gebruik van middelen die niet (meer) zijn toegelaten. Ook komt het regelmatig voor dat er middelen worden gebruikt in strijd met de voorschriften en is er vaak sprake van onzorgvuldige opslag.

De rapportage van het LEI is een deelrapport van de Evaluatie van de nota Duurzame gewasbescherming van het Planbureau voor de Leefomgeving. Het deelrapport is hier te vinden.