Watergift na de kortste dag

Als de dagen langer worden, verhoogt de groeisnelheid van de sla. Vooral tijdens de start is voldoende vocht noodzakelijk. Staat de plant in de eerste helft van de teelt te droog, dan krijgt hij het moeilijk om voldoende sterke cellen aan te maken. Deze zwakkere cellen groeien uit en kunnen op een later tijdstip makkelijk rand of glazigheid veroorzaken.

Hoeveelheid en frequentie

Meestal is de bodem nog vochtig genoeg na de vorige teelt. Grote gietbeurten (+5 liter/m²) zijn daarom minder noodzakelijk tijdens de inwortelperiode. In de doorwortelperiode kan de omvang van de voorjaarssla beïnvloed worden. Grotere watergiften kunnen de sla wat compacter houden. Een drogere periode bevordert de omvang. Hou wel steeds voldoende vocht in de bodem om een goede groei en aanmaak van stevige cellen te behouden. Sla die in januari in zijn afkweekfase zit, vraagt ook voldoende water. Dit omdat de verdamping verhoogt en de groei versnelt.

Watertemperatuur

Vooral in de inwortelperiode mag de watertemperatuur niet te koud zijn. Te koude temperaturen kunnen makkelijk pythium veroorzaken. Als het bassinwater te koud is, kan men beter water uit geboorde putten of leidingwater gebruiken. Indien enkel maar over bassinwater beschikt, geeft men beter meerdere kleine beurtjes i.p.v. één lange gietbeurt. Zo kan de omgevingstemperatuur het water toch iets opwarmen.
Het bassinwater in een dagvoorraad pompen en vanuit dit reservoir water geven, verhoogt ook de temperatuur. Blijft het water nog te koud, dan moet men dit opwarmen. Een warmwaterslang in de dagvoorraad of een verwarmingselement is nuttig. Streef naar een watertemperatuur van (6) 8 à 15°C.

Tijdstip

Beregen best in de vroege ochtend. Op een later tijdstip is dit nadelig, vooral in de afkweekperiode. De plant staat te lang te koud en de verdamping stagneert. Eens de sla is opgedroogd, krijgt de plant een vochtschok te verwerken net op het warmste moment van de dag. Dit verhoogt de kans op rand en glazigheid. Voor jonge sla is dit minder nadelig. Indien er boven het gewas een stevige buistemperatuur wordt aangehouden, kan het zelfs aangewezen zijn om in de avonduren te beregenen.

Bremia

Rijk Zwaan vraagt de telers die bremiaproblemen hebben, om dit aan hun vertegenwoordiger te melden. Deze sla kan dan onderzocht worden op het desbetreffende bremiafysio. Op deze wijze brengen we de bremiadruk beter in kaart en kunnen we sneller nieuwe rassen creëren met aangepaste resistenties.

Bron: Teelttip kassla Rijk Zwaan