Huidmondjes belangrijkste weerstand bij CO2 opname
Uit metingen in roos en freesia van CO2 in de lucht boven en tussen het gewas blijkt dat de weerstand van de lucht in en boven het gewas nauwelijks een rol speelt. De menging van CO2 is over het algemeen volledig en snel en niet beperkend voor de fotosynthese. Daaruit blijkt dat ventileren (met ramen of ventilatoren) met als enig doel om de menging van CO2 te verbeteren zinloos is, tenminste voor freesia en tomaat. Bij sommige dichte gewassen zoals roos (ingebogen bladpakket) en chrysant kan het wel zijn dat de luchtbeweging in het gewas beperkend wordt voor de CO2 opname. In dat geval kunnen ventilatoren soelaas bieden.
Huidmondjes
De belangrijkste weerstanden voor de beschikbaarheid van CO2, die de bladfotosynthese bepalen zijn de grenslaagweerstand van het blad en de huidmondjesweerstand. De weerstand voor CO2 van bladholte naar bladgroenkorrel is niet meegenomen en is ook niet direct te beïnvloeden. De huidmondjesweerstand is over het algemeen 3 tot 8 x hoger dan de grenslaagweerstand; de huidmondjesweerstand is dus de belangrijkste regulator voor het CO2 transport naar het fotosynthese apparaat. Voor gewassen met grote bladeren zoals komkommer zijn situaties denkbaar (veel licht en weinig luchtbeweging langs het blad) dat de grenslaagweerstand wel beperkend wordt voor de fotosynthese. Het is dus zaak om de huidmondjes open te houden door bijvoorbeeld de luchtvochtigheid op peil te houden door bijvoorbeeld verneveling.
Bron: Kas als Energiebron