Geel, blauw, of een patroontje?

Roller traps staan bekend als een zeer efficiënte oplossing om de insectendruk in kassen onder controle te houden. Momenteel is er een toename in het gebruik van plakstrips, soms als een vroege preventieve maatregel en vaak als een alternatief voor de standaard vangplaten tegen plagen als wittevlieg.

Het mag er dan als een eenvoudig hulpmiddel uitzien, het is wel belangrijk om het verschil te weten tussen de verschillende soorten plakstrips die er op de markt zijn. Er zijn blauwe en gele plakstrips, en ook met een patroon. Elk ervan is voor een bepaald doel en een bepaalde plaag ontworpen.

Russell IPM produceert vier soorten plakstrips. Een hiervan is de gele ActiRoll, ontworpen voor de bestrijding van wittevlieg, mineervlieg en bladluis. De gele kleur van de strip heeft een specifieke golflengte en is dankzij de elasticiteit zeer geschikt voor kassen, daar het tussen de palen en vakken van de kas kan worden bevestigd.

De gele plakstrip wordt ook geleverd met een patroon. De patronen van de Optiroll Super tape creëren extra visuele aantrekkingskracht om meer insecten te vangen. Volgens Russell IPM kan het vangvermogen van deze plakstrip tweemaal zo hoog zijn als van de oorspronkelijke gele plakstrip, omdat de insecten meer door contrasterende kleuren worden aangetrokken. Dit maakt de strip met patroon zeer geschikt om wittevlieg te vangen in kassen en tunnels, maar ook buiten. Het is gemaakt van een scheurbestendig polymeer dat tegen een warm klimaat en lange seizoenen bestand is.

Heb je een Californische tripsplaag, dan word je geadviseerd om een blauwe plakstrip te gebruiken. Russell biedt twee soorten blauwe plakstrip. De Blue Optiroll Super heeft een in de praktijk getest wit patroon om het vangvermogen van de meeste tripssoorten te verhogen. Van deze blauwe plakstrip is er ook een Super Plus versie beschikbaar met toevoeging van het Californische trips feromoon, dat het vangvermogen nog meer verhoogt. Een ander voordeel zijn de niet-giftige eigenschappen, waardoor het effect op de belangrijkste nuttige insecten geminimaliseerd wordt.