Aantal glasbedrijven gehalveerd sinds 2000; areaal gelijk gebleven
Schaalvergroting
De gemiddelde bedrijfsoppervlakte in de land- en tuinbouw was in 1980 nog 13.93 ha., in 2012 is deze bijna verdubbeld naar 26.76 ha. Tegelijkertijd waren er in 1980 378 bedrijven van 100 ha. of meer, in 2012 is dit aantal gestegen naar 2.319. Een significante schaalvergroting. Er is vooral sprake van schaalvergroting van tuinbouwbedrijven. Zo is het aantal glasbedrijven in Nederland sinds 2000 meer dan gehalveerd, terwijl de totaal benutte oppervlakte bijna stabiel is gebleven.
Bedrijfsopvolging
Een belangrijk kenmerk bij agrarische bedrijven is het ontbreken van een opvolger voor het bedrijf. Een nadere analyse geeft aan dat de bedrijven waarbij een bedrijfsopvolger aanwezig is procentueel het meest voorkomen bij de bedrijven met de grootste standaardopbrengst. In 2008 had 31% van de kleinste bedrijven een opvolger, terwijl dit voor de bedrijven met een standaardopbrengst van 250.000 euro en meer ongeveer 80% was. De gemiddelde leeftijd van de ondernemer bij persoonlijke ondernemingen stijgt langzaam sinds 2007. Dit betekent dat bedrijfsovername op latere leeftijd plaats vindt.
Contractteelt groenten
De twee belangrijkste opengrondgroentegewassen met contractteelt zijn de stamslabonen en de doperwten. Deze twee nemen ongeveer de helft van de totale oppervlakte contractteelt voor hun rekening. De totale oppervlakte nam af van 20.498 ha. in 1996 naar 13.779 ha. in 2012. Bij de stamslabonen ging ongeveer een derde van de oppervlakte af terwijl de oppervlakte doperwten halveerde gedurende deze periode. Een belangrijke oorzaak hiervan is het hoge prijsniveau van granen waardoor het aantrekkelijker wordt om de grond daarvoor te gebruiken. Tevens is er stevige concurrentie uit het buitenland.
Appelen en peren
Opvallend is verder dat de oppervlakte peren al jaren toeneemt terwijl de oppervlakte appelen daalt. In 2012 is de oppervlakte peren met 8.169 ha. voor het eerst groter dan de oppervlakte appelen: 7.948 ha. Dit heeft voornamelijk te maken met de betere resultaten van de perenteelt en het gunstige klimaat voor de teelt van peren in Nederland. Ook de betere en succesvolle bestrijding van bacterievuur, waarvoor de peer erg vatbaar is, speelt hierbij een rol.
Buitenlandse handel
Sinds 1981 is er sprake van een positieve handelsbalans. Ruim een kwart van de agrarische producten wordt uitgevoerd naar Duitsland, terwijl Frankrijk, België, Luxemburg en het Verenigd Koninkrijk ieder nog ongeveer 10% voor hun rekening nemen. Dit heeft te maken met het feit dat voor bederfelijke landbouwproducten de buurlanden meestal de belangrijkste handelspartners zijn. Verhoudingsgewijs veel producten worden ingevoerd en in Nederland bewerkt waarna ze doorgevoerd worden naar het buitenland. Een goed voorbeeld hiervan zijn de Afrikaanse rozen welke in Aalsmeer eerst worden verwerkt tot verkoopbare bossen en daarna weer via de veiling worden verhandeld.
Klik hier om meteen naar de digitale land- en tuinbouwcijfers te gaan