Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

38% opbrengst Vlaamse tomatenteler op conto WKK

Een gemiddelde Vlaamse tomatenteler met een warmtekrachtkoppeling (WKK) naast de kas haalt tegenwoordig meer dan een derde van zijn opbrengsten niet uit de verkoop van tomaten, maar uit de WKK. Uitgangspunt van die WKK is dat de installatie de teler van energie voorziet én rendabel helpt telen.

Dat lukt heel aardig, zo leert een rapport van de Vlaamse overheid over de tomatenteelt in Vlaanderen. Over de periode 2014-2018 werden 'sterke bedrijfsresultaten' voorgelegd, waarbij 38 procent van de opbrengsten op het conto van de WKK komt. 

Opbrengst uit WKK
Daarbij wekt een WKK efficiënt energie (warmte, elektriciteit, en, buiten beschouwing gebleven in het rapport, CO2) op die bovendien goedkoper is dan afname van het net. Dat drukt voor telers de variabele kosten, terwijl de WKK ook een inkomstenbron is. Enerzijds verkopen telers hun geproduceerde elektriciteit op het elektriciteitsnet (21 procent opbrengst) maar ook handelen ze in verkregen warmte-krachtcertificaten (17 procent opbrengst).

Deze warmte-krachtcertificaten zijn een vorm van steun voor de primaire energiebesparing van WKK-installaties ten opzichte van gescheiden energieopwekking, wat een rol speelt in het Vlaamse energie- en klimaatbeleid. De investering in en onderhoudskosten van de installatie vergen wel een aanzienlijke hoeveelheid kapitaal, maar dan nog ziet de rekensom voor telers in Vlaanderen er goed uit.

Vergelijken
Een gegeven waar telers in Nederland goed van op de hoogte zijn en waar ze zelfs enigszins jaloers naar kijken, al is ook in Nederland de zogeheten 'marktpositie' voor de WKK niet slecht. De berekeningen, voorbeelden en uitleg over hoe in Vlaanderen de WKK floreert nodigen uit de eigen kosten- en opbrengsten eens te vergelijken met die van de zuiderburen.

Het Vlaamse rapport helpt daarbij en geeft een inkijkje in de financiën van Vlaamse tomatentelers met een WKK. Gemiddeld zijn die telers goed voor 3,3 hectare (2,7 hectare in de steekproef*) over de periode 2014-2018, met een gemiddelde opbrengst van ruwweg 2,3 miljoen euro. Daar staan ruwweg 1,0 miljoen vaste en 0,8 miljoen euro variabele kosten tegenover.

Het maakt de teelt 'zeer kapitaalintensief', maar samen met andere ontwikkelingen zoals productdiversificatie, de opkomst van assimilatiebelichting én jaarrond teelt wel een teelt die tot een 'zeer positief resultaat' kan leiden. Waarbij wel opgemerkt moet worden dat de verschillen per bedrijf en per jaar, eigen aan de land- en tuinbouwsector, flink kunnen verschillen.

Bekijk hier het hele rapport. Daarin ook aandacht voor kosten uit o.a. arbeid e.d. Ook die zijn het vergelijken waard.

*het rapport is gebaseerd op gegevens over tomatenbedrijven met een WKK-installatie uit het Landbouwmonitoringsnetwerk (LMN) voor de periode 2014 tot en met 2018. In totaal zijn er 77 waarnemingen in de periode 2014-2018 gedaan, waarbij elk bedrijf in elk jaar een waarneming is. Bedrijven kunnen meerdere jaren voorkomen. In de bekeken periode zijn er 21 unieke bedrijven uitgefilterd. 16 van hen hadden een WKK. De steekproef omvat gemiddeld 15,4 bedrijven per jaar. De gemiddelde oppervlakte per bedrijf bedraagt 270 are (1 are is 100 m2). Het merendeel van de oppervlakte kan rekenen op een WKK-installatie: gemiddeld 94, 3 procent.