Tholen - Een luchtfoto van de Vietnamese provincie Lam Dong doet denken aan Almeria, Spanje – ook wel bekend als de groentetuin van Europa. Als het aan talloze Vietnamezen ligt, gaat het land eenzelfde functie vervullen: de groentetuin van Zuidoost Azië. Talloze kassen zijn er nu al te vinden en de Vietnamese overheid heeft de ambitie om nog veel grotere speler te worden op land- en tuinbouwgebied. Volgens Willem Schoustra, landbouwraad voor Vietnam en Thailand, is hulp vanuit de tuinbouwtoeleveranciers daarbij welkom: het land heeft te stellen met klimaatproblemen waarvoor nieuwe productiemethodes nodig zijn. Volgende week, op de tweede editie van de HortEx Vietnam, tonen zij wat ze de sector kunnen bieden.
Precieze cijfers zijn niet beschikbaar, maar volgens schattingen wordt er in de Vietnamese provincie Lam Dong, rondom Da Lat, op zo’n 4.000 of 5.000 hectare groenten worden geteeld. Het is de belangrijkste tuinbouwregio van Vietnam en het land staat volgens diverse rapporten op plaats vijf van de groenten- en fruit producerende landen in Azië. Er wordt geëxporteerd naar onder meer China, Japan en Singapore, maar ook Europa en de VS. Die positie willen ze graag verder uitbreiden. “Vietnam heeft de ambitie om een regionale en mondiale speler te worden op land- en tuinbouwgebied”, vertelt Willem Schoustra.
Voedselveiligheid
Bij die groeiende export komt voedselveiligheid natuurlijk om de hoek kijken. Willem: “Omdat dit voor de export zo belangrijk is, is er steeds meer aandacht voor voedselveilig telen, maar ook binnen de landsgrenzen vragen consumenten uit de groeiende middenklasse om producten met minder gewasbeschermingsmiddelen. Veel Vietnamezen kopen hun groenten en fruit op de lokale markten, de zogenaamde wet markets. Er ontstaat een soort hybride systeem, want gelijktijdig ontwikkelt de retail zich ook. Zij leggen importvoedsel in de schappen. Kalfsvlees, witvlees, kaas – en natuurlijk fruit. In de schappen liggen druiven en kiwi’s en appelen, onder meer uit Nederland.”
Uitdagingen voor nieuwe productiemethodes
Met het oog op deze veranderende markt liggen er veel kansen voor toeleveranciers van de AGF-sector. “Dan gaat het om de post-harvest hoek, denk aan koeltechniek en logistiek”, vertelt Willem. “Om het product in goede staat van de teler bij de consument te krijgen is een grote uitdaging. En ook in de teelt zelf zijn uitdagingen te vinden. Het potentieel is gigantisch: je ziet de ontwikkelingen en je ziet het beter gaan, maar de uitdagingen blijft het realiseren van hogere kwaliteit producten en een hogere opbrengst met gebruik van minder middelen: minder water, minder gewasbeschermingsmiddelen.”
More crop per drop, vat Willem samen en dat biedt kansen voor diverse toeleveranciers. “Veel technische bedrijven doen hier al zaken en ook de veredelaars zijn goed vertegenwoordigd. Bejo, Rijk Zwaan, East West, Enza Zaden, allemaal zijn ze vertegenwoordigd in Vietnam.”
Bloemen
Terwijl de bedekte teelt van groenten zich ontwikkelt, volgen de bloemenkwekers op de voet. Willem: “Naarmate de consumenten meer te besteden hebben, groeit de bloemenindustrie. Hoewel flink kleiner dan Aalsmeer, kent Hanoi een levendige bloemenhandel, exporterend naar onder meer Korea.”
Een van de bekendste tuinbouwregio’s in Vietnam is zoals gezegd Da Lat. Ook in Man Chao ontstaat een levendige sector. Qua regio’s ziet Willem verder veel kansen voor de Mekong Delta, een vruchtbaar gebied te maken heeft met problemen door de klimaatverandering. De waterspiegel stijgt en de grond verzakt, met verzilting en overstromingen tot gevolg. Willem: “De regio heeft veel potentieel – maar kassen neerzetten en daarmee klaar is niet de oplossing. Er moet geïnvesteerd worden in nieuwe productiemethodes die bestand zijn tegen de problemen van deze regio. De land- en tuinbouw moet hierop aangepast worden: de nieuwe productiemethodes moeten aangepast zijn aan de veranderende omstandigheden.”
HortEx
Tijdens de tweede tuinbouwbeurs HortEx die duurt van 13 tot en met 15 maart, zal technologie een belangrijke rol spelen. Willem: “Hightech telen staat hoog op de agenda. Toch moeten we er op letten dat de techniek die wordt geïmporteerd niet alleen super hightech is, maar vooral in deze klimaatomstandigheden kunnen werken.” Willem noemt de beurs erg waardevol voor de Vietnamese tuinbouw. “We kunnen er kennis delen en laten zien welke bedrijven er op de markt zijn. Met name voor Nederlandse toeleveranciers en techniekbedrijven is het een uitgelezen kans om zich te laten zien. Op de beurs ontmoeten zij Vietnamezen die ondernemend zijn en geld gedreven, eigenschappen die prikkelen om business te doen.”