Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

De bestelauto van de zaak

Voor de aan de werknemer ter beschikking gestelde bestelauto geldt een bijzondere regeling voor het privégebruik. Hierbij geldt in principe hetzelfde als voor het ter beschikking stellen van een personenauto, maar voor bestelauto's zijn er daarnaast tal van aanvullende regels en bepalingen. Nu de aandacht veelal is gericht op de personenauto van de zaak, willen wij in dit artikel op hoofdlijnen stilstaan bij de specifieke regelingen omtrent het (privé)gebruik van de bestelauto van de zaak.

De hoofdregel
In principe geldt voor de bestelauto die ook voor privédoeleinden aan een werknemer ter beschikking is gesteld, de reguliere bijtellingsregeling voor het privégebruik van een personenauto van de zaak. Dit is niet zo als aantoonbaar blijkt dat de bestelauto op kalenderjaarbasis voor niet meer dan 500 kilometer voor privédoeleinden wordt gebruikt. Daarnaast gelden er voor de bestelauto specifieke uitzonderingssituaties waarbij de forfaitaire bijtellingsregeling niet hoeft te worden toegepast.
 
De bestelauto kan door aard of inrichting uitsluitend (100%) of nagenoeg uitsluitend (90%) geschikt zijn voor het vervoer van goederen
De forfaitaire bijtellingsregeling hoeft niet te worden toegepast op bestelauto's, die naar aard en inrichting (nagenoeg) uitsluitend geschikt zijn voor vervoer van goederen.

Als de werknemer de bestelauto privé gebruikt, vormt de waarde in het economische verkeer van het privégebruik in dit geval loon. Die waarde is: het aantal privékilometers vermenigvuldigd met de kilometerprijs van de bestelauto. De kilometerprijs bestaat uit de kosten per kilometer van de auto aan brandstof, onderhoud, reparatie, afschrijving, motorrijtuigenbelasting en verzekering. De waarde in het economische verkeer kan worden verminderd met de eigen bijdrage van de werknemer voor het privégebruik van de bestelauto. De uitkomst hiervan mag niet negatief zijn. De werknemer hoeft voor deze bestelauto geen rittenregistratie bij te houden.
 
Eindheffingsregeling "doorlopend afwisselend gebruik"
Deze regeling is bedoeld voor bestelauto's waarbij het afwisselend gebruik voortkomt uit 'de aard van het werk', waardoor nauwelijks is vast te stellen of en aan wie de bestelauto voor privédoeleinden ter beschikking is gesteld. Het voormelde is van toepassing op bestelauto's die doorlopend afwisselend gebruikt worden door twee of meer werknemers. In deze situatie kan worden volstaan met een door de werkgever te betalen eindheffing van € 300 per bestelauto op kalenderjaarbasis. Voor de berijders hoeft dan verder niets bij het loon te worden geteld. Ook bij toepassing van de Werkkostenregeling blijft deze wettelijke eindheffingsregeling mogelijk.
 
Meer informatie?
Naast bovengenoemde regelingen zijn er nog meer mogelijkheden met betrekking tot het privégebruik van de bestelauto. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Hannah Dias van de Adviesgroep Loon- & Premieheffing via (070) 338 08 08 óf via hannah.dias@bdo.nl.
 
Publicatiedatum: