De wettelijke normen voor residuen van gewasbeschermingsmiddelen in levensmiddelen (MRL's) worden Europees vastgelegd op een zo laag mogelijk niveau om kwetsbare groepen zoals kinderen en foetussen te beschermen. Bij de afleiding van MRL's wordt uitgegaan van correct gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw. Om een MRL wettelijk te kunnen vastleggen, wordt onderzocht hoeveel residu er met de voeding kan worden ingenomen waarna getoetst wordt of die inname lager ligt dan de gezondheidskundige grenswaarden voor acute effecten (ARfD) en chronische effecten (ADI).
Overschrijding van ARfD kwam nauwelijks voor
Bij de berekening van de inname van residuen wordt gerekend met zeer grote porties. Door voortschrijdend inzicht over de manier waarop de inname van het residu precies berekend moet worden en door veranderingen in consumptiepatronen bestaat er nu een aantal MRL's waarbij een inname boven de ARfD mogelijk is. Uit de jaarlijkse meetgegevens van de Nederlandse Voedsel- en warenautoriteit (NVWA) van 3000 monsters groente en fruit blijkt dat in het merendeel van de gevallen de gemeten gehaltes aan gewasbeschermingsmiddelen ver onder de MRL blijven. Slechts bij een klein aantal handelspartijen is een overschrijding van de ARfD mogelijk geweest. Minister Schippers acht het bestaan van MRL's die een overschrijding van de ARfD toelaten echter onwenselijk. Nederland zet zich daarom in om de afleidingsmethode van MRL's in de Europese Unie op dit punt aan te passen.Tien stoffen
In 2011 heeft de maximum residu limieten voor groenten en fruit beoordeeld op potentiële risico's. Van de meer dan 100.000 limieten werden er ongeveer 450 geïdentificeerd waarbij er een potentieel risico zou kunnen optreden. Inmiddels is een deel van deze 450 MRL's aangepast. Dit duidt erop dat het percentage MRL's waarbij een overschrijding van de ARfD mogelijk is, aanzienlijk lager ligt dan 10%. Op basis van metingen van residuen door de NVWA en het Productschap Tuinbouw werden de meest risicovolle werkzame stoffen geïdentificeerd en die zijn door het RIVM nader onderzocht. Er zijn hier 10 stoffen geïdentificeerd waarbij een herziening van MRL's noodzakelijk werd geacht. Aan de meerderheid van deze stoffen was al een hoge prioriteit voor herziening gegeven door Europese autoriteit voor voedselveiligheid EFSA.Bron: Ministerie van VWS