Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

"De trend van ‘local for local’ komt nu dus wel even onder druk te staan"

Tholen - Met de torenhoge gasprijzen verwacht Cindy van Rijswick, Senior Specialist Fresh Produce bij Rabobank, enkele tientallen procenten minder productie in de Nederlandse kassen deze winter. “De vraag is natuurlijk welke landen het gat gaan opvullen. We zullen in de eerste plaats naar Spanje en Marokko moeten kijken, en wellicht ook Turkije. De trend van ‘local for local’ komt nu dus wel even onder druk te staan", stelt zij in het oktobernummer van vakblad Primeur. 

Toch vraagt de marktspecialiste zich meteen af of die landen een eventueel gat ook effectief kunnen opvullen: Marokko zal zich waarschijnlijk concentreren op de Britse markt en samen met Turkije zit het vast aan contingenten – in theorie althans –, en in Spanje is er niet meteen sprake van een areaaluitbreiding. “We zien er een verschuiving tussen de gewassen, bijvoorbeeld van courgette naar tomaat, maar geen omvangrijke nieuwe percelen. De kassen van Zuid-Europa worden dan wel niet verwarmd, ook daar zijn ze bang dat ze de toegenomen kosten van bijvoorbeeld transport en meststoffen niet zullen kunnen doorrekenen aan de klant. Bovendien hebben ze er te kampen met arbeidstekort en stijgende minimumlonen, net als hier in Nederland. Maar de belangrijkste reden voor de terughoudendheid wat areaaluitbreiding betreft, is een dreigend watertekort. Dat kan de komende jaren wel eens een gigantisch probleem worden in Zuid-Europa.”

Minder aanbod, maar ook minder vraag
Maar of er werkelijk een groot aanbodtekort opduikt, daar is Cindy nog niet zo zeker van. “Mensen gaan waarschijnlijk minder kopen. Vooral de duurdere groenten en fruit zal de consument vaker links laten liggen. Traditionele producten zoals appelen, die doorgaans goedkoper en ruim beschikbaar zijn, kunnen misschien aan een revival werken. Specialty’s krijgen het moeilijker. Tot een verdubbeling van de prijs wegens schaarste zie ik het dus niet meteen komen.”

Het consumentenvertrouwen is momenteel historisch laag in de EU. Ook een aantal maanden geleden kreeg dat vertrouwen al een knauw, maar toen manifesteerde het zich minder, omdat velen in vakantiemodus waren en na de lastige coronaperiode weer even wilden genieten van het leven. “Nu zie je de mensen toch meer naar discounters gaan, de goedkopere producten in het winkelmandje leggen en zoeken naar aanbiedingen. De producenten van lokale producten, die meestal wat duurder zijn, voelen de bui al hangen.”

Duurdere producten en toch nog niet duur genoeg
“Fruit is iets duurder, zo’n 5,6% (en dat is inclusief conserven en diepvriesfruit dat meer in prijs is gestegen dan vers fruit). In vergelijking met andere productgroepen valt het nog mee. Groenten, vlees en andere voedingswaren zijn harder gestegen in prijs. Gemiddeld stegen de prijzen van voedingsmiddelen in september met bijna 13% ten opzichte van een jaar eerder. Als je de kostenstijging in de keten bekijkt, is de prijs van fruit eigenlijk te weinig opgeklommen. Appelen zijn bijvoorbeeld bijna niet duurder geworden, terwijl dat wel zou moeten, gezien de koelkosten. In Polen zijn grote partijen zelfs niet geoogst om te besparen op koeling. Toch denk ik dat er over het algemeen wel genoeg hardfruit beschikbaar zal zijn.”

Het is voor bedrijven natuurlijk ook niet mogelijk om zomaar van de ene op de andere dag een goedkopere bron aan te spreken voor de energiebehoefte. “Zo zitten er best wel wat aardwarmteprojecten in de pijplijn, maar het gaat hier uiteraard om langjarige projecten, want je moet de nodige vergunningen verzamelen en proefboringen doen. En als meerdere bedrijven er de brui aan geven of de activiteit op een lager pitje zetten, dan zullen die projecten vertraging oplopen. Dergelijke initiatieven zijn immers pas rendabel als een groep kastelers – of een heel groot bedrijf – de aardwarmtebron exploiteert,” legt Cindy uit. Je hebt toch al gauw meer dan 100 ha bij elkaar nodig.

Nederlandse AGF-sector haalt nauwelijks voordeel uit zwakke euro
Zelfs de verzwakte positie van de euro tegenover de dollar kan geen soelaas bieden voor de onder hoge teeltkosten gebukt gaande Nederlandse kastelers. “Vroeger gingen er nog wat paprika’s naar de VS en Canada, maar sinds de luchtvrachtprijzen piekten, gaat vrijwel niets meer die kant op. Je haalt alleen maar voordeel uit de zwakke euro als je buiten de EU exporteert in waren die in dollar worden verhandeld. Er zijn wat mogelijkheden voor de fritesexport en pootaardappelen, net als voor uien en bloembollen. Maar groenten uit de kas behoren niet tot de productgroepen die kunnen profiteren van de wisselkoerssituatie. Nederland als importland van (tropisch) fruit zal anderzijds de impact voelen van de dollarstijging. Bananen worden bijvoorbeeld altijd in dollars verhandeld. Met alle kostenstijgingen en de valutakwestie verwacht ik dus wel dat ook fruit nog hogere prijzen zal halen in het schap.”

Minimumloon stijgt overal
Een factor in de kostenstijgingen die niet direct door de marktwerking wordt bepaald, maar het voorwerp is van politieke onderhandelingen, is de stijging van de minimumlonen, in Nederland met 10,15% per 1 januari 2023. “Ook dit is natuurlijk een kostenpost die bedrijven zullen moeten doorrekenen in de eindprijs van hun producten. Maar laat ik toch even vermelden dat ik het goed vind dat de onderkant van de arbeidsmarkt uitzicht heeft op een betere verloning, want de minst betaalde jobs zijn ook heel belangrijk en bovendien zit daar precies de krapte op de arbeidsmarkt. Los van het feit natuurlijk dat een hoger minimumloon ook voor meer gelijkheid zorgt,” stelt Cindy. Nederland is trouwens niet het enige Europese land dat de minimumlonen op een hoger niveau zal brengen in 2023; zo heeft Duitsland al een verhoging van maar liefst 22% doorgevoerd en plannen ook onder meer Polen en Spanje per 1 januari 2023 een toename.

Akkerbouw houdt hoofd boven water, tuinbouw en sierteelt gaan kopje onder
“Terwijl de Nederlandse voedingstuinbouw door de kostenstijgingen in de hoek zit waar de klappen vallen, is de sierteelt er nog erger aan toe,” zo vertelt Cindy. “De akkerbouw daarentegen heeft wereldwijd best mooie marges en ook in Nederland zullen onder meer graantelers een prima jaar hebben. De prijzen van aardappelen zijn verder van dien aard dat de gestegen inputkosten gecompenseerd kunnen worden. Al zijn er natuurlijk ook wel uitdagingen, waar de nieuwe nitraatrichtlijn er één van is.”

Maar voor glastuinders wordt het in 2023 dus een kwestie van overleven. “Er zijn er nu al enkelen die het heel moeilijk krijgen. En als er minder product geoogst wordt, zullen ook de pakstations niet hun volle capaciteit kunnen benutten en minder omzet draaien. Het wordt voor vrijwel niemand een gemakkelijk jaar, inclusief de handelsbedrijven. Toch staan veel bedrijven er nu beter voor dan tijdens de financiële crisis van een 15-tal jaar geleden. Er zijn over het algemeen minder schulden. Dat de sierteelt nog harder geraakt wordt, heeft te maken met het feit dat ze meer warmte nodig hebben, jaarrond doorgaan en niet echt een stock kunnen aanleggen. Bij rozenkwekers ligt de piek bijvoorbeeld rond Valentijn, net een van de koudste periodes van het jaar. En de voordelige gascontracten lopen bij de meeste telers nu op z’n einde…,” schetst Cindy.                      

Toegevoegde waarde van robots
Tot slot werd nog even ingegaan op de mogelijke inzet van robots om het arbeidsprobleem te tackelen. “Iedereen hoopt natuurlijk dat er gauw betaalbare en efficiënte robots in de kas of in de boomgaard kunnen worden ingezet om een antwoord te kunnen bieden aan het handentekort. Er lopen heel zeker enkele veelbelovende projecten, maar het is allemaal nog mondjesmaat. Momenteel heeft slechts een handvol bedrijven in Nederland robots staan. Er komt wel schot in de zaak. Ik heb zo het gevoel dat men de zaak veel pragmatischer aanpakt dan in het verleden.”

Ook al ziet Cindy de oogstrobots nog geen plukkers vervangen vóór 2025, dergelijke technologie zal misschien wel binnenkort kunnen worden ingezet voor andere taken, zoals het toedienen van gewasbeschermingsmiddelen en het monitoren van de gewassen. “De echte toegevoegde waarde van robots zie ik dan ook niet meteen in de arbeidsvervangende rol, maar in hun capaciteit om heel specifieke taken beter uit te voeren dan mensen. Ik denk dan aan oogsten op productspecifieke kenmerken voor een klant of het op tijd herkennen van ziektes in een gewas,” besluit de Senior Specialist Fresh Produce bij Rabobank. 

Dit artikel verscheen eerder in editie 10, 36e jaargang van Primeur. Zie hiervoor www.agfprimeur.nl. 

Voor meer informatie:
Rabobank
www.rabobank.com 
 
Cindy Rijswick
Cindy.Rijswick@rabobank.com