Het is voor iedereen mogelijk om een gevarieerd en gezond voedingspatroon te hebben. In tegenstelling tot wat veel consumenten denken, hoeft gezond eten niet duurder te zijn dan ongezond eten. Kiezen voor gezond kan eenvoudig: door minder uit te geven aan duurdere producten als vlees en kaas en meer aan groente en fruit. Gezond eten volgens de Schijf van Vijf is dus geen kwestie van geld, maar van de juiste keuze. Deze conclusie trekt het Voedingscentrum uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat cijfers over voeding en gezondheid door de jaren heen vergeleek. De resultaten zijn gebundeld in het CBS-boek ‘Smakelijk weten’ dat vandaag verschijnt. Het Voedingscentrum heeft aan deze uitgave meegewerkt.
Kiezen voor groente en fruit
Door het grote aanbod van voedingsmiddelen is het voor iedereen mogelijk om een gevarieerd en gezond voedingspatroon te hebben, vindt het Voedingscentrum. Toch kan het in veel gevallen beter: we zouden gezonder zijn als iedereen at volgens de Schijf van Vijf. Daarvoor moeten we meer groenten en fruit eten. Daar zitten veel vitamines, mineralen en vezels in. Op dit moment besteden we minder dan 20% van ons voedingsbudget aan groente, fruit en aardappelen. Dat moet meer zijn om aan de dagelijkse twee ons groenten en twee keer fruit te komen, vindt het Voedingscentrum. De cijfers van het CBS sluiten aan bij de Voedselconsumptiepeiling 2011 van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).
Meer dan genoeg vlees en kaas
Maar liefst een kwart van wat we aan voedsel besteden, geven we uit aan vlees en vis. Van vlees en kaas eten we tegenwoordig 2,5 keer zo veel als in 1950. Van deze producten hebben we in kleine hoeveelheden genoeg om gezond te eten. Het Voedingscentrum raadt aan om per dag 100 tot 125 gram vlees(waren), kip, vis of een vleesvervanger te eten of een keer te kiezen voor een vegetarisch alternatief.
Beter eten voor minder geld
In 1960 besteedde een doorsnee huishouden meer dan 30 procent van het budget aan voedsel. In 2011 was het aandeel teruggelopen tot 11 procent. Door de toegenomen welvaart kunnen we meer en kwalitatief betere producten kopen. Tegelijkertijd is het aanbod van voedsel gegroeid door de fors gestegen productie van de landbouw en de komst van de voedingsmiddelenindustrie.
Betaalbaar eten
Uit cijfers van het CBS blijkt dat de gemiddelde prijs van eten en drinken niet sneller stijgt dan de prijs van niet eetbare producten. De dagelijkse producten in de supermarkt worden soms duurder, maar soms ook goedkoper. In elf jaar tijd is hetzelfde lunchpakketje slechts 20 cent duurder geworden. Zo betaalden we in 2000 € 1,07 voor een lunchpakket en in 2011 voor hetzelfde €1,27.