Tijdens een ‘Ronde Tafel-conferentie’ in het Provinciehuis Zuid-Holland zijn concrete stappen gezet om een multi-user bedrijvencluster te realiseren op de nieuw te ontwikkelen Rotterdam Cool Port in de Waal-Eemhaven. Partijen, gevestigd op de huidige Fruitport aan de Merwehaven, nemen zich voor om met andere ondernemers uit de koel- en vrieslogistiek en de containerlogistiek een innovatief concept te ontwikkelen voor havengebonden, snellopende opslag en cross docking in een volcontinu operatie. De eerste fase is naar verwachting in 2014/15 operationeel.
Vaart
Fresh Corridor heeft de laatste jaren bijgedragen aan een belangrijke verschuiving in de beoordeling van multimodaal vervoer. In de breedte van de sector zijn stappen gezet, waardoor op dit moment al enkele tienduizenden containers met de binnenvaart gaan, juist ook over relatief korte afstanden. Initiatieven zijn genomen, waardoor dit aantal verder zal toenemen. Toch gaat het vooral om verbetering van de concurrentiekracht. Ondernemers ontdekken steeds meer dat hun eigen bedrijfsprocessen efficiënter verlopen door bundeling van ladingstromen. Dat is de beste garantie dat multimodale oplossingen werkelijk een duurzame plek krijgen in verslogistiek.
Bundeling productstromen
'Fruit, groenten en sierteelt vertegenwoordigen weliswaar grote ladingstromen, maar met een sterk wisselend patroon in uren van de dag, dagen van de week en spreiding in het seizoen. Om multimodaal vervoer succesvol te kunnen uitrollen, is het nodig ladingstromen te bundelen tot grote volumes, waardoor de kosten laag kunnen blijven. Om een gelijkmatige bezettingsgraad te kunnen behalen, wordt gezocht naar bundeling met overige productstromen. Alleen door samenwerking met partijen binnen en buiten de verssector kan een hoog volume, continue bezettingsgraad en laag kostenniveau worden bereikt’ meende Michel Jansen, directeur Total Produce en optredend voor de partijen op Fruitport.
Havenbedrijf Rotterdam heeft met instemming gereageerd op de plannen. Jouke Schaap, directeur Breakbulk, zei hierover: 'We spannen ons in om tijdige realisatie van Rotterdam Cool Port mogelijk te maken en hopen in de zomer van 2012 de marktprocedure op te kunnen starten. Het zal een open procedure zijn waarbij het Havenbedrijf niemand uitsluit. Maar het is ook in ons belang dat zich krachtige consortia aandienen, die in staat zijn een groot volume te organiseren en dat efficiënt af te handelen. Dat is de basis van multimodale verbindingen, zeker voor verse producten. En multimodaliteit is nodig, willen we de grote volumes die via de haven lopen op (kosten)efficiënte wijze kunnen blijven afhandelen'.
Investeringen
De echte waarde in termen van werkgelegenheid en bedrijvigheid ligt bij de handelsgebieden in de zuidvleugel en elders in Nederland. Daar worden producten marktgereed gemaakt. Volume door de haven schept nieuw kansen voor bedrijvigheid. Dat is de reden dat de Provincie Zuid-Holland prioriteit wil geven aan infrastructurele maatregelen, die de haven en de Greenport ongestoord verbinden. Gedeputeerde Economische Zaken, Govert Veldhuijzen: 'We hebben in samenspraak met het Ministerie van EL&I € 10 mln kunnen vrijmaken voor maatregelen op en rond Rotterdam Cool Port. We zullen samen met de Rijksoverheid kijken wat verdere mogelijkheden zijn. Geld is schaars. Het moet daarom goed besteed worden aan zaken, die de economie 'werkelijk ten goede komen'.
Neutraal Logistiek Informatie Platform
Transparante informatievoorziening is cruciaal voor multimodale concepten. Peter Verbaas, Frugi Venta: 'De verssector is als geen ander aangewezen op goede informatievoorziening, ook voor het zogenoemde overheidscarrousel: douane, voedselveiligheid en fytosanitaire controles. Daar zijn al veel maatregelen voor genomen met systemen voor import en export. De verssector dient graag als pilot voor het Neutraal Logistiek Informatie Platform. De karakteristieken van de sector sluiten uitstekend aan: internationaal, multimodaal, veel ladingstromen via de mainports, hoge eisen aan snelheid en kwaliteit van de logistiek, veel MKB bedrijven'. Teunis Steenbreek van NLIP onderschrijft het belang om juist de verssector als pilot te kiezen en zegt toe daarover op korte termijn afspraken te maken.
Topsectoren
In zijn afsluitende woord vestigde prof Jan Fransoo, voorzitter van het Projectbestuur Fresh Corridor, de aandacht op de relatie met het Topsectorenbeleid. 'Fresh Corridor legt de verbinding tussen Greenport en Mainport, met Rotterdam Cool Port als harde infrastructuur. De afspraken die zijn gemaakt om als pilot te dienen voor het Neutraal Logistiek Informatie Platform slaan een brug naar het Topgebied Logistiek. Minstens zo belangrijk is de verbinding tussen Cool Port en de Topsectoren, die gebruik maken van geconditioneerde ladingstromen voor import en export, met name Agro & Food. Dat kan grote impact hebben op de Nederlandse economie'.