Tholen - Nederlanders weten Canada altijd al goed te vinden, maar als je de geluiden op de Canadian Greenhouse Conference begin oktober hoorde, dan zijn het er de laatste tijd wel steeds meer. De reden voor Nederlanders om vaker het vliegtuig te pakken naar de overkant van de Atlantisch Oceaan laat zich makkelijk raden: Nederlanders zoeken kansen om kassen te bouwen en kastechnieken te verkopen. Zeker nu de energiecrisis bouwen op de Europese markt heel moeilijk maakt, lonkt de Canadese markt, waar de afgelopen jaren het geld rijkelijk vloeide.
Lokaal telen
De afgelopen jaren kon het niet op met de glastuinbouw in Canada. “It was just amazing,” citeren we in het oktobernummer van vakblad Primeur een kassenbouwer op de beurs die aangeeft hoe hard het ging met de kassenbouw. De uitbraak van het coronavirus drukte landen met hun neus op de feiten. De groenten- en fruithandel raakte verstoord. Eens te meer bleek het belang van een goede lokale teelt. Ook steeds extremer wordende klimaten spelen mee. De teelt in de kas geeft meer zekerheid over de oogst, die niet direct bij een storm of extreme hitte compleet sneuvelt. Investeren in het ‘oplossen van het wereldvoedselprobleem’ is populair. Gedreven door de wens van overheden en ook de ambities van telers zelf om steeds meer verse producten voor de lokale bevolking te telen, groeide het glastuinbouwareaal. Telers breidden hun bestaande kassen uit en ook werden op heel wat plaatsen nieuwe kassen gebouwd.
Ontario
Ontario is in Canada veruit de grootste glastuinbouwprovincie. Ruim driekwart van de totale productie (71%) komt uit die provincie. Alleen al de leden van brancheorganisatie Ontario Greenhouse Vegetable Growers samen brengen ruim 1.500 hectare in. Aan de westkust is British Columbia op ruime afstand de op één na grootste glastuinbouwprovincie, in 2020 goed voor 16% van de productie.
De totale productie in de Canadese voedingstuinbouw bedroeg in 2020 bijna 670 duizend ton. Veruit de meest geteelde producten zijn tomaten en komkommers (afgerond goed voor 38% en 36% van het totaal), gevolgd door paprika’s (22,5%). Sla en aardbeien volgen op grote afstand met in 2020 2,2 en 0,7% van de totale productie. Van alle productie in de kassen was in 2020 57% bestemd voor export. Meer dan 99% van die export gaat naar de Verenigde Staten. Veel Canadese kassen liggen relatief dichtbij de grens, waaronder in Leamington. Net over de grens bij de grote Amerikaanse stad Detroit ligt in die gemeente een glastuinbouwcluster dat je met je Nederlandse bril op ‘het Westland van Canada’ zou kunnen noemen.
Kostprijs
De parallellen met de Nederlandse glastuinbouw zijn vrij eenvoudig te trekken. Ook hier telen we bijvoorbeeld veel voor export (9% van de Nederlandse tomaten bleef in 2020 bijvoorbeeld maar in Nederland). Kijk bijvoorbeeld maar in Duitsland in het supermarktschap en de kans is groot dat de tomaten er Nederlands zijn. Met de winter op komst gaat dat hier anders zijn vanwege de energiecrisis. De lampen moeten noodgedwongen vaker uit en de verwarming uit of (veel) graden lager. De Noord-Europese winterteelten liggen op hun gat.
In Canada is de situatie niet zo ernstig. Ook daar zijn de energiekosten gestegen, maar niet keer tien zoals hier. Dat betekent dat er van een crisis zoals in Nederland, waarin veel telers de rekeningen niet meer kunnen betalen en zelfs faillissementen niet uitblijven, geen sprake is. Toch betekent dat niet dat er geen zorgen zijn op de Canadese glastuinbouwmarkt. De markt houdt er rekening mee dat een stuk extra crisis uit Europa over kan waaien. Extra concurrentie op de markt voor kastechniek wordt gevreesd. Onder druk van stijgende kosten voor energie, maar net zo goed voor onder meer arbeid en andere teelt- en verpakbenodigdheden, zijn ook Canadese telers met soms ogenschijnlijk oneindige financiële mogelijkheden zelf meer op de kostprijs gaan letten.
Investeringen
Financieel is er op de Canadese markt wel nog altijd genoeg mogelijk. Bankiers op de beurs gaven aan dat zij nog altijd geld beschikbaar stellen voor groei van de glastuinbouw en ook investeerders, onder meer uit private equityhoek, zijn nog niet klaar met investeren. Daarbij hebben telers ook nog de beschikking over subsidies vanuit de overheid, bijvoorbeeld uit een naar verluidt flink gevulde pot met subsidies voor LED-belichting. Steeds meer telers ontdekken de mogelijkheden om jaarrond te telen. Moderne technieken maken dat mogelijk. Veel van die technieken komen uit Nederland, al zijn bijvoorbeeld Canadese kassenbouwers ook sterk vertegenwoordigd. In Leamington bouwt naar verluidt één van de grootste volgend jaar ‘maar zo’n 80 acres’ in plaats van de afgelopen jaren 200 acres (1 acre is grofweg 0,4 hectare) per jaar. Lokale aanwezigheid is een aandachtspunt voor veel techniekbedrijven. De steeds grotere telers eisen goede service en in plaats van maandelijks de oceaan overvliegen is dan ook je lokaal vestigen interessant.
Aardbei
De afgelopen jaren groeide de glastuinbouwmarkt in Canada óók hard door expansie van cannabistelers. Zowel medicinaal als recreatief is consumptie van cannabis toegestaan. Overal werden cannabisfaciliteiten ingericht. Het ging echter zo hard dat er tegenwoordig sprake is van een overaanbod. Hierdoor is de groei eruit. Sommige cannabiskassen, waar voor miljoenen in geïnvesteerd is om ze geschikt te maken voor de teelt van cannabis, zijn zelfs alweer terug omgebouwd om er groenten in te gaan telen. Een groeiend gewas is aardbei. Deels vanwege de hoge kiloprijzen die er voor het product worden betaald, deels ook omdat telers vanwege virusdruk in bijvoorbeeld de tomaten (het Tomato brown rugose fruit virus is ook in Canada berucht) op zoek zijn gegaan naar alternatieve teelten. Sommigen vragen zich nu echter al wel af wanneer de limiet aan het aantal kilo’s aardbeien bereikt is. Eén voordeel: aardbeien kunnen makkelijk geëxporteerd worden, in tegenstelling tot cannabis.
Water
Ook op andere vlakken lopen telers tegen grenzen aan. Water wordt schaarser. Daar waar telers lange tijd tegen lage kosten water uit de stad konden laten komen, is dat water duurder aan het worden. Het gratis regenwater dat er valt, vangen telers al jaren op, maar echt gebruiken, deden ze vaak nog niet. De noodzaak was er niet. Nu water schaarser en duurder wordt, investeren telers toch in regenwateropslag en technieken om het regenwater goed te kunnen gebruiken. Eigenlijk net zoals er extra aandacht voor energiebesparing is vandaag de dag nu ook energie duurder wordt.
Arbeid
Arbeid is nog een uitdaging voor telers. Het blijven bouwen van nieuwe kassen is één, er de juiste, ervaren telers voor kunnen vinden is twee en dan zijn er ook nog heel veel meer handjes nodig voor de oogst. Robotica kan een deel van de oplossing bieden, maar zover dat robots telers al het werk uit handen nemen, is het nog niet. Ook hier kijken de telers op de Canadese markt met een schuin oog naar Nederland en de rest van Noordwest-Europa. Nu de crisis hier hard toeslaat komen er mogelijk telers vrij die het misschien wel zien zitten om een aantal jaren overzees te gaan telen, zo redeneert men. Moderne, nieuwe kassen genoeg om uit te kiezen, dat is een ding dat zeker is.
Een fotoreportage van de Canadian Greenhouse Conference is hier terug te kijken.
Dit artikel verscheen eerder in editie 10, 36e jaargang van Primeur. Zie hiervoor www.agfprimeur.nl.