Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Hoge komkommeropbrengsten compenseren stijgende energiekosten niet

Glasgroententelers zien inkomen wederom dalen en kosten stijgen

Tholen – Het einde van het jaar komt in zicht, maar is de bodem van de portemonnee van de teler daarmee ook in zicht? Nee, over het algemeen niet blijkt uit de inkomensraming voor 2018 door het Centraal Bureau voor de Statistiek en Wageningen Economic Research. Het inkomen van de Nederlandse glasgroenteteler daalt weliswaar voor het tweede jaar op rij, maar desondanks komt er nog steeds veel meer geld verdiend dan in andere agrarische sectoren. Wel zien telers de kosten flink stijgen.

Voor België becijferde statistiekbureau Statbel het jaar 2018.

Het gemiddelde inkomen uit bedrijf in 2018 wordt voor een gemiddeld glastuinbouwbedrijf geraamd op 162.000 euro per onbetaalde arbeidsjaareenheid. Dit is 53.000 euro lager dan 2017. Het gemiddelde inkomen van de glasteler over 2018 wordt geraamd op 219.000 euro, gevolgd door pot- en perkplantentelers met 143.000 euro en snijbloementelers met 118.000 euro. Ten opzichte van vorig jaar levert de glasgroenteteler 76.000 euro in, de pot- en perkplantenteler 72.000 euro en de snijbloementeler 23.000.

Inkomen uit bedrijf x 1.000 euro per onbetaalde arbeidsjaareenheid

De inkomensspreiding binnen de glastuinbouw is groot. Voor 60 procent van de bedrijven ligt het inkomen tussen 9.500 en 247.000 euro. Daarboven zit 20 procent met een nog hoger gemiddeld inkomen, terwijl er ook 20 procent van de bedrijven onder de ondergrens van 9.500 euro uitkomt. Vooral in de glasgroenteteelt zijn de topinkomens afgenomen. 



Dat het inkomen gedaald is, mag eigenlijk geen verrassing zijn gezien de geluiden uit de markt dit jaar. De zomer was heet en de prijzen voor kasgroenten over het algemeen niet om over naar huis te schrijven. Alleen komkommers springen eruit met een prijsstijging van 37 procent ten opzichte van 2017, maar daarbij moet wel weer worden aangetekend dat in dat jaar de prijzen aanzienlijk slechter waren.

Naast hoge prijzen voor komkommers zagen telers hun inkomsten ook stijgen door hogere opbrengsten uit de verkoop van energie en door schaalvergroting. De gemiddelde bedrijfsomvang nam met 6 procent toe en dat resulteert in een opbrengstenstijging van 3,5 procent per vierkante meter.

De tegenvallende inkomsten voor de meeste glasgroenten vielen samen met flink gestegen kosten. Vooral op de kosten voor energie (hoge prijzen voor aardgas en elektriciteit) en arbeid drukken flink op de begroting van de Nederlandse telers. Ook uitgangsmateriaal (onderdeel van de toegerekende kosten) is serieuze kostenpost, omdat ook hier de kosten van arbeid en energie stijgen. Kosten die aan de teler worden doorberekend.

 

Het gemiddeld inkomen uit bedrijf uit de land- en tuinbouw in 2018 wordt geraamd op 42.000 euro per onbetaalde arbeidsjaareenheid. Dat is een daling van bijna 30.000 euro ten opzichte van het historische topjaar 2017. Het inkomen komt ook lager uit dan het meerjarig gemiddeld over 2013-2017 van 51.000 euro. Alleen boomkwekers mogen een inkomensstijging verwachten.

Naast de inkomensramingen is de liquiditeit in de sector misschien nog wel veel interessanter. Hier valt voor de glasgroenteteelt op dat voor 36 procent van de bedrijven een negatieve netto kasstroom wordt verwacht. Zo’n tien procent van die bedrijven zal grote aanpassingen moeten doen om uit die financieel slechte situatie te komen.

Toch is het aantal faillissementen in de sector op de vingers van één hand te tellen. In totaal gingen er tot en met oktober 2018 vijf bedrijven failliet volgens cijfers van het CBS voor glasgroenten en snijbloemen. Een aantal jaren op rij met gemiddeld hoge inkomens hebben ervoor gezorgd dat relatief weinig bedrijven betalingsproblemen hadden. In de glasgroenteteelt is het percentage bedrijven met acute liquiditeitsproblemen het grootst.



De rentabiliteit voor een gemiddeld glasgroentebedrijf is voor 2018 geraamd op 112 procent. Voor alle glastuinbouwbedrijven in totaal komt dat percentage uit op 108 procent, dit is 6 procentpunt lager dan in 2017. 

Ook de rentabiliteit binnen de sectoren loopt uiteen. Zo'n 20 procent van de bedrijven krijgt op elke 100 euro kosten minimaal 14 euro niet vergoed. Daar tegenover staan dan weer bedrijven die op elke 100 euro kosten 120 euro aan inkomsten genereren. De kleine groep heel goed presterende bedrijven trekt hier het gemiddelde omhoog.

Even switchen gaat tegenwoordig niet meer zomaar
De gunstige komkommermarkt afgelopen jaar roept de vraag op of er komend jaar direct groei in het komkommerareaal zichtbaar zal zijn. Gerben Jukema, sector- en dataspecialist Glastuinbouw bij Wageningen Economic Research, verwacht van niet. “Even switchen van teelt is tegenwoordig met de verregaande professionalisering niet meer zomaar mogelijk. Ik verwacht dat telers het extra geld eerder zullen gebruiken om hun eventuele bankschulden af te betalen of om achterstallig onderhoud uit te voeren. Voor het neerzetten van een nieuwe kas is een flinke investering nodig. Om daar een buffer voor aan te kunnen leggen, hebben telers meerdere goede jaren op rij nodig.”

Schaalvergroting en investeren brengt extra risico's mee
Ondertussen groeien glasgroentebedrijven flink. Fusies en de bouw van nieuwe kassen zorgen voor almaar meer schaalvergroting. Niet zonder gevaar, waarschuwt zowel Jukema als zijn collega Jan Benninga (sierteeltspecialist): “De risico’s nemen toe wanneer je bedrijf groter wordt. Wanneer je net een nieuwe kas hebt gebouwd en die kas wordt getroffen door hagel, dan zit je. Of als blijkt dat de dure investering in belichting helemaal niet de gewenste meeropbrengst oplevert waarop je gerekend had. Wanneer slecht gaat en je komt in een neerwaartse spiraal, dan komen de klappen dubbel zo hard aan. Anderzijds geldt ook: als jij niet investeert, doe je concurrent het, al dan niet in het buitenland. Om dan bijvoorbeeld toch in belichting te investeren, is een betrouwbare afzetpartner van groot belang.”

Kijk voor nog veel meer cijfers bij Agrimatie en het CBS.