Tholen - Telers op projecten in het buitenland die Martijn van Lienden begeleidt, vragen hem er vaak naar: wat wordt onze productie? Omdat de Nederlander met ProJoules werkt, heeft hij hier vaak goed zicht op. Ondertussen zet hij het modelgebaseerd gewasplanningsplatform zelf vooral veel in om teeltplannen mee te maken. "In ProJoules kun je makkelijk zien wat wel kan en wat niet."
Jarenlang was Martijn zelf tomatenteler, samen met broer Bas. Tegenwoordig werken de broers als adviseur en bieden ze projectbegeleiding. Martijn is momenteel betrokken bij projecten in Noord-Spanje, Turkije en het Verenigd Koninkrijk. "Ik ben net terug uit Turkije", vertelt Martijn medio november. Hij is er betrokken bij een project op zo'n 1200 meter hoogte, waar in een glazen kas op aardwarmte wordt geteeld.
© ProJoules
Hulp bij paprikateelt
Als Nederlandse teler heeft hij een eigen visie, met een eigen teeltstrategie. In de begeleiding van buitenlandse projecten is het belangrijk rekening te houden met lokale omstandigheden. Daarbij komt ProJoules voor het maken van teeltplannen goed van pas.
Martijn maakte al vroeg kennis met het modelgebaseerd gewasplanningsplatform, nog voordat er echt sprake was van een platform, en telers in Excel werkten. "Het werken in Excel was best bewerkelijk. Daar was ik niet kapot van", erkent Martijn.
Toen hij gevraagd werd om op een project in het VK, waar hij een tomatenteelt begeleidde, ook begeleiding te gaan geven voor de teelt van paprika's, vroeg hij hulp aan Wim van Wingerden, voormalig paprikateler en oprichter van ProJoules. "Zo is het eigenlijk gestart."
Snel inzicht: wat kan wel, en wat kan niet
Inmiddels is ProJoules allang geen Excel-programma meer, maar een volledig platform met allerlei opties. Toch is het programma in de basis eenvoudig gebleven. Juist dat waardeert Martijn heel erg, zeker omdat hij in zijn werk ziet dat juist die eenvoud het voor minder ervaren telers een toegankelijk systeem maakt. "Sommige andere softwareprogramma's zijn met heel veel opties best wel ingewikkeld."
ProJoules houdt het simpel. Met data over licht in joules en bijvoorbeeld het aantal stengels per vierkante meter, vruchtgewicht en vruchten per tros kom je al een heel eind. "Met het teeltplan dat je in ProJoules kunt maken, kun je eenvoudig zien wat wel kan, en wat niet kan. Het systeem geeft telers een goed inzicht in wat licht, temperatuur en plantbelasting doen met een teelt."
Omgaan met licht in het buitenland
Als voorbeeld haalt hij een recente vraag uit Spanje aan, waar ze een nieuw ras tomaat wilden gaan telen. "Met mijn boerenverstand kan ik dan wel zeggen dat het kan, maar in ProJoules kon ik zien dat er toch wel wat aanpassingen nodig waren." Een uitdaging in veel zuidelijke landen is 'door de winter heen telen'. "In het najaar teel je dan van het licht af, en in het voorjaar naar het licht toe. Dat is echter heel anders dan in Nederland."
Nog een voorbeeld, uit Turkije deze keer. Daar is het zomers erg zonnig. Op dat moment planten tomatentelers hun teelt om de winter mee door te telen. "Dat doen ze dan met als stengelafstand 3,5. Dat kan, maar niet als je de winter door wilt telen en de hoeveelheid licht steeds verder afneemt. Het gewas verzwakt dan te veel. Als vervolgens in januari het licht weer toeneemt, dan is het gewas eigenlijk te zwak om daarmee om te gaan. De productie valt dan tegen. In ProJoules kun je dat heel duidelijk zien aan de lijnen die in het teeltplan staan."
© ProJoules
Lichtplan, met als groene lijn het beschikbare licht en als blauwe lijn de benodigde hoeveelheid licht in dit teeltplan. "Hoe dichter deze lijnen bij elkaar komen, hoe efficiënter." De gele lijn geeft het buitenlicht weer, de rode het maximum aan licht dat een plant nodig heeft. Klik hier voor vergroting van de grafiek.
Finetunen
Op momenten met veel licht passen telers krijt of coating toe op hun kas. Hoeveel krijt of coating er nodig is, en wanneer precies, dat is iets wat veel telers nog op gevoel of ervaring doen, ziet Martijn. "Als je in ProJoules de data voor etmaaltemperaturen en licht goed hebt staan, kun je goed zien hoeveel krijt of coating er nodig is, en wanneer."
Wie met het modelgebaseerde gewasplanningsplatform voorafgaand aan de teelt een goede simulatie maakt, zit daarna voor zo'n 90% van de teelt goed, schat de Nederlandse teeltadviseur in. "Het programma geeft je als teler een lijn om te volgen. De rest is een kwestie van finetunen."
Bovendien is het een zelflerend programma, stipt hij aan. "Dat Wim zelf teler is geweest, heeft volgens mij geholpen bij de praktische opzet van het programma. Uitgroeiduur, vruchtgewicht en zettingscijfers moeten kloppen, dan gaat het programma z'n werk doen."
Een stengel meer of minder maakt groot verschil
Bij het project in Turkije waar Martijn bij betrokken is, hadden ze nog geen software om teeltkeuzes te ondersteunen. In Spanje werkten de telers al wel met een ander soort systeem. Martijn zelf werkt voor beide projecten met ProJoules, en ziet dat telers vervolgens om de inzichten vragen uit het systeem dat hij gebruikt. "In Turkije gaan ze nu de volgende teelt die ze doen ook zelf met ProJoules werken."
Voor de nieuwe winterteelt is in overleg met Martijn de eerdergenoemde 'standaard' stengelafstand aangepast. "Dit jaar zijn we op 3,75 stengels per vierkante meter begonnen. Half september zijn we één stengel gaan weghalen, zodat we nu op 2,5 zitten. In januari, als het licht weer toeneemt, doen we er weer een stengel bij. Dan zie je grofheid en productie verbeteren. Ook de plantgezondheid is beter dan vorig jaar. In het begin zijn ze sceptisch, maar nu ze zien dat het werkt, zijn ze lyrisch."
Oogstprognoses
Wat hem opvalt, is dat er bij de buitenlandse projecten veel interesse is in data voor oogstprognose. "Telers zijn hier meer handelaar dan in Nederland. Daar ben ik de afgelopen jaren wel achter gekomen. Voor mij is het teeltplan het belangrijkst, voor hen nog veel meer de oogstprognose. De verkoop moet kloppen. In Spanje vragen ze mij elke week: 'Wat is de prognose?' Met ProJoules zit je er met een goed plan vaak nog maar 1 à 2 weken per jaar naast. En als je er heel veel naast zit, dan is er nog een afwijkingscoëfficiënt ingebouwd. Maar bij grote afwijkingen is vaak het licht niet goed, de kas niet schoon of is krijt of coating niet juist gebruikt."
In Noord-Spanje telen ze met LED-belichting. Een andere ontwikkeling die relevant is voor nog meer buitenlandse projecten, is de opmars van resistente rassen. "Je ziet gewoon dat je daar anders moet telen", zegt Martijn erover. "De rassen zijn sterker, vegetatiever en zeker in de winter is dat niet makkelijk."
© ProJoulesZettingsplan over het jaar met een plantbelastingsplan. Klik hier voor vergroting van de grafiek.
Eigen uitdaging
ProJoules komt ook in overleg tussen teler, adviseur en veredelingsbedrijf goed van pas, merkt de Nederlander. "In overleg met de verkoper van een veredelingsbedrijf zit ik dan in ProJoules lekker te schuiven met de lijntjes en kijk ik met aanpassingen aan zetting en temperatuur wat er optimaal is. Je wilt licht zo optimaal mogelijk benutten."
Nog één laatste voorbeeld, uit Turkije. "Mijn gevoel zegt dat we hier eigenlijk één graad te hoog zitten in etmaaltemperatuur. Toch is dat niet zo. ProJoules en ook het gewas zelf laten zien dat het goed gaat met een graad hoger. Je hoort vaak dat 60 kilogram tomaten in een Turkse winterteelt niet mogelijk is. Het is voor mij een uitdaging om te laten zien dat het wel kan."
Voor meer informatie:
ProJoules
[email protected]
www.projoules.com