In een sector waar de concurrentie moordend is, zoeken sommige bedrijven hun redding in productdifferentiatie. Zo ook het Spaanse Biosabor, een teeltbedrijf uit Almería dat al sinds 2008 inzet op biologische groenten met karakter. "We wilden geen standaardtomaat telen", vertelt Francisco Belmonte, voorzitter van het bedrijf. "We wilden iets wat opviel in smaak en kwaliteit."
Biosabor begon met de klassieke trostomaat, maar schakelde al snel over op cherrytomaten en later op de exclusieve Angelle, die hen naam en faam opleverde in heel Europa. "De smaak van de Angelle was uniek. Dat zette ons echt op de kaart", zegt Belmonte. Inmiddels wordt Angelle ook buiten Spanje geteeld, onder meer in Marokko, maar het originele karakter is volgens hem nog steeds hun kracht.
© BioSabor
In 2018 begon Biosabor samen met twee andere bedrijven aan een Europees teeltproject rond Adora, een donkerbruine, geribbelde tomaat. "Adora is anders dan alle andere tomaten. Hij haalt meer dan 7 op de Brix-schaal, wat betekent dat hij ontzettend smaakvol is. En z'n donkere kleur maakt hem direct herkenbaar. We hebben flink geïnvesteerd om consumenten duidelijk te maken dat een groene of bruine tomaat in je salade vaak veel lekkerder is dan een knalrode", aldus Belmonte.
De teelt van Adora is echter geen eenvoudige klus. "Het kostte ons vijf jaar om deze tomaat onder de knie te krijgen", legt hij uit. "De teelt vereist vakmanschap. Adora is geen product voor de massa, het is een product van topkwaliteit."
© BioSabor
Biosabor draait niet op volume, maar op waarde. Jaarlijks verwerken ze zo'n 40 miljoen kilo groenten, goed voor een omzet van €75 miljoen. De tomaten worden met de hand geoogst en in kleine verpakkingen verkocht, bedoeld voor de consument die kiest voor smaak en gemak. "Vorig jaar produceerden we 120 miljoen verpakkingen", zegt Belmonte. "De helft van onze kosten zit in arbeid. Er werken hier 500 mensen."
Toch is het niet allemaal rozengeur en maneschijn. Het Tomato Brown Rugose Fruit Virus (ToBRFV) heeft de sector flinke schade berokkend. "We hebben vier jaar met serieuze verliezen gezeten", zegt Belmonte. Hoewel er inmiddels meer resistente rassen op de markt zijn, blijft de dreiging reëel.
© BioSabor
Ook het verschil tussen biologische en conventionele teelt is nog steeds groot. "In de biologische teelt mogen we geen chemische middelen gebruiken die conventionele telers wel inzetten. Dat maakt het moeilijker om plagen onder controle te houden", legt hij uit. "De kosten voor biologische teelt zijn de laatste tien jaar verdubbeld. Dat maakt het voor veel telers lastig om biologisch vol te houden. Vandaar dat sommigen weer terugschakelen naar conventioneel."
De internationale concurrentie drukt zwaar op de sector. Landen zoals Marokko en Turkije telen goedkoper, mede door lagere lonen en soepelere regels rond gewasbescherming. "Wij kunnen die prijzen simpelweg niet matchen. Daarom kiezen wij voor specialisatie en kwaliteit, zoals met Adora. Anders red je het niet", stelt Belmonte. Veel andere telers zijn wel gedwongen om met basistomaten rechtstreeks te concurreren met die landen. "Het is een strijd die we nooit kunnen winnen, omdat de speelvelden totaal verschillend zijn."
© BioSabor
Ook op Europees niveau voelt de sector zich in de steek gelaten. "We krijgen te weinig ondersteuning vanuit Brussel om plagen zoals de witte vlieg of spint effectief te bestrijden. Tegelijkertijd worden de grenzen wel opengezet voor import. Dat werkt gewoon niet", besluit Belmonte.
© Lydia González
Voor meer informatie:
Francisco Belmonte (voorzitter)
Biosabor
Tel: +34 690 13 11 49 (Spanje)
[email protected]
www.biosabor.com
