Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Winterteelt met alternatieve gewassen op DFT systeem afgerond

Deze winter lag in Agrotopia een proef aan met alternatieve gewassen op het DFT-systeem. Deze proef was vergelijkbaar met de proef met alternatieve teelten die afgelopen zomer op het hydroprei-systeem in openlucht bij Inagro werd uitgevoerd. Het doel was om de toepassing van DFT voor de teelt van pijpajuin, andijvie, selder, paksoi, witte kool en knolvenkel te verkennen.

Inagro evalueerde of de huidige beschikbare teeltsystemen en drijvers volstaan om deze gewassen succesvol te kunnen telen op het floating systeem, of dat er nog teelttechnische aanpassingen nodig zijn om de teelt tot een goed einde te brengen. De winterteelt is een demo voor de sector als uitbreiding van een huidige hydroteelt of als overstap of uitbreidingsmogelijkheid voor traditionele grondtelers.


Opkweek van plantjes

Waarom kiezen voor hydrocultuur?
Door over te schakelen op een teelt onder afdekking (plastic of glas) is de teelt beter beschut tegen de wisselende weersomstandigheden en het extremer wordend klimaat. Via hydrocultuur kan hierdoor worden geteeld buiten de traditionele oogstperiodes, wat betekent dat de oogst zowel vervroegd als verlaat kan worden. Afhankelijk van de teelt kan dit laatste een economisch voordeel zijn voor de teler. Bovendien komen de meeste grondgebonden ziekten en schimmels niet voor in een hydrocultuursysteem, of veroorzaken ze geen schade. Deze techniek kan daarom een interessant alternatief zijn voor telers die kampen met hardnekkige bodemschimmels die de verderzetting van hun grondteelt in het gedrang brengen.

Verder is hydrocultuur een teelttechniek die spaarzaam omgaat met water en nutriënten (meststoffen) doordat het systeem water recirculeert en hergebruikt. In tijden van droogte kan dit een pluspunt zijn ten opzichte van de traditionele grondteelt.

Tegenover deze voordelen staat echter een bepaalde investeringskost die in overweging moet worden genomen voor wie wil overstappen naar hydrocultuur. Deze teeltmethode vereist naast kennis van de teelt ook de nodige technische kennis om het systeem optimaal te laten draaien.


Opstart teelt DFT

Teeltaanpassingen
Bij het opplanten van de proef werd een kleine aanpassing gemaakt aan de drijvers. De drijvers werden omgekeerd in het DFT-systeem geplaatst en voorzien van extra gewichten. Dit werd gedaan zodat de veenpluggen en wortels van de planten in contact bleven met het water en niet zouden uitdrogen. Hoewel dit ook bereikt had kunnen worden door bovenberegening in de eerste groeifase, werd besloten dit niet toe te passen in deze proef.

Zodra de planten een lang en sterk genoeg wortelstelsel hadden gevormd, werden de gewichten geleidelijk verwijderd (vanaf ongeveer twee weken na opplant). In een latere fase werden de drijvers weer in de juiste richting op het water gelegd, waar ze bleven tot aan de oogst.


DFT-systeem openlucht

Paksoi
Een plantdichtheid van 14 planten/m² lijkt geschikt voor paksoi. De planten vonden aan het einde van de teelt minder steun in de plug wat resulteerde in omvallende planten. Dit leidde niet tot beschadiging van het gewas. Een andere vorm van plughouder zou een oplossing hiervoor kunnen zijn. Er werd een gemiddeld oogstgewicht bekomen van 554,7 g. Echter, sommige planten waren reeds opgeschoten, mogelijk beïnvloed door de lage lichtintensiteiten tijdens deze winterteelt, wat invloed heeft gehad op het eindgewicht.

Selder
De selderplanten opgeplant op de hoogste dichtheid (ong. 54 planten/m²) werden na twee weken uit elkaar gezet op 14 planten/m². De planten groeiden te veel in elkaar. Een lage dichtheid is nodig om zware planten te kweken. In een hydroteeltsysteem kan de grond niet dienen als buffer om de vochtigheid op peil te houden. Voor selder is dit een aandachtspunt om rand (zwarte harten) te voorkomen. Er werd selder geoogst van gemiddeld 853,5 g.

Knolvenkel
Doordat de planten na opplant op de drijvers neerkwamen te liggen is er gekozen om een extra versteviging aan te brengen in de plug. Dit is een ring die rond de plant in de veenplug wordt geduwd om de stengel en later "knolvorming" extra te ondersteunen.
Knolvenkel maakt een tamelijk dikke penwortel aan die tegen het einde van de teelt tegen de versteviging aan drukt. Er is geen opmerkelijke schade aan de wortel, maar de penwortel kan wel een aandachtspunt zijn bij vervolg teelten. Deze kan mogelijk de drijver infrastructuur beschadigen. Er werd een gemiddeld oogstgewicht van 420,9 g bekomen voor het product die werd veilingklaar gemaakt.


Groei knolvenkel op DFT

Witte kool
De groei van witte kool kwam traag op gang. De planten maakten veel bladeren aan voor er een kool begon te vormen. De heel vegetatieve groei is veroorzaakt door de te lage lichtintensiteiten in de winter. In deze proef is bewust niet bijbelicht. Dit gewas wordt best vroeger opgeplant in een hydroteeltsysteem (periode eind augustus-september) zodat de koolvorming vroeg kan worden ingezet. Naar het midden van de teelt toe (na twee maand) werden de planten geschrankt uit elkaar gezet van 12 planten per drijver naar zes planten per drijver om de planten meer plaats te geven voor de koolvorming. Na bijna zes maanden op het systeem werden de kolen geoogst aan een gemiddeld gewicht (veilingklaar) van 1037,7 g.

Pijpajuin
Pijpajuin werd opgezaaid op de substraatloze drijvers voor dichtgezaaide gewassen. Ondanks een snelle kieming verliep de groei hier trager en vonden de planten geen steun wat resulteerde in een kromme stengelbasis. Deze planten hadden ook een iets lager (30,2 g) gemiddeld gewicht ten opzichte van de pijpajuin opgegroeid op veenpluggen (39,2 g). De planten geteeld op veenpluggen hadden ook een iets dikkere stengel bij oogst.
Een plantdichtheid van 57 planten/m² is te laag voor een optimale rendabiliteit van een pijpajuin teelt. Dit kan worden verhoogd door drie planten per plug op te kweken. Een zaaidichtheid van 850 planten/m² op de substraatloze drijver is mogelijk, maar is aan de hoge kant voor optimale plantgroei. Hier zou een susbtraatloze drijver met een lagere dichtheid met "kokertjes", om de stengelbasis te ondersteunen, een voorbeeld zijn van enkele teeltaanpassingen.



Andijvie
Een plantdichtheid van 14,4 planten/m² voldoet voor andijvie. Daar de plantarchitectuur (kropvolume en wortelontwikkeling) dicht aanleunt bij kropsla zullen de meeste hydroteeltsystemen ontwikkelt voor kropsla ook gebruikt kunnen worden voor andijvie. De twee gewassen zouden samen kunnen worden geteeld. Er werd een gemiddeld kropgewicht van 432,2 g bekomen. Deze waarden zijn licht beïnvloed door het opschieten van de planten, een gevolg van de lage lichtintensiteiten in deze winterteelt.

Voor meer informatie:
Inagro
Tel: 051 27 32 00
[email protected]
www.inagro.be

Publicatiedatum: