"Afvalstromen passen om verschillende redenen extra goed bij vertical farming en CEA in het algemeen. Ten eerste heeft CEA [Controlled Environment Agriculture] een voorspelbare gebruiksbehoefte die zelden verandert als gevolg van de sterk geoptimaliseerde manier van telen. Bij het valoriseren van een afvalstroom is het essentieel om de vraag te begrijpen en dat de vraag continu en stabiel is. Ten tweede is onze teelt het hele jaar door continu. In vergelijking met de akkerbouw, die seizoensgebonden eisen heeft op vaste momenten in het jaar voor bijvoorbeeld kunstmest, is de vraag van vertical farming continu," zegt Lilly Manzoni, hoofd R&D bij LettUs Grow.
Als onderdeel van een grotere analyse doet LettUs Grow onderzoek naar het gebruik van afvalstromen zoals digestaat van anaerobe vergisters en andere afvalstromen zoals kokosschillen, die gebruikt kunnen worden in CEA. In het algemeen is het mogelijk om deze afvalstromen ook toe te passen in de akkerbouw. Toch zijn er strikte regels die bepalen hoe meststoffen op het veld moeten worden toegediend.
Lilly Manzoni staat als derde van links op de groepsfoto.
Het verhaal begon in juni, toen Nicholas Pitts van het Scotch Whisky Research Institute India Langley, Lilly Manzoni van LettUs Grow en Dr. Alexandros Stratakos, Associate Professor in Sustainable Agri-Food Production aan UWE Bristol, ontmoette tijdens het AFN Network+ Crucible evenement in Bristol. Het evenement was bedoeld om academici en belanghebbenden van het voedselsysteem bij elkaar te brengen om samen te werken en ideeën te ontwikkelen over de ondersteuning van agrofood om net zero te bereiken.
Van synthetisch naar anaeroob
LettUs Grow ontwerpt en bouwt aeroponic technologie en farm management software voor kassen en vertical farms. De teeltbedrijven hebben het hele jaar door kunstmest nodig en veel telers zijn afhankelijk van synthetische versies, die een aanzienlijke bron van broeikasgasemissies zijn. Het ontwikkelen van meer klimaatvriendelijke meststoffen is cruciaal.
Een mogelijk alternatief voor synthetische meststoffen is het gebruik van digestaat uit anaerobe vergisters. Er is een overschot aan digestaat door de groei van de anaerobe vergistingssector en het is rijk aan stikstof, fosfor en kalium - essentieel voor de groei van planten. Maar hoewel digestaat wordt gebruikt als meststof voor akkerbouwgewassen, wordt het nog niet veel gebruikt in systemen voor indoorteelt.
"Als technologieleverancier doen we onderzoek voor telers die sterk afhankelijk zijn van kunstmest," zegt Lilly. "Dat is over het algemeen erg problematisch omdat het een bijproduct is van een chemisch proces en een aanzienlijk emissieprofiel heeft. We kunnen onze afhankelijkheid van synthetische meststoffen verminderen door digestaat te gebruiken, maar één van de uitdagingen daarbij is om vast te stellen of we plantaardig of dierlijk digestaat moeten gebruiken, aangezien beide een verschillend voedingsprofiel en veiligheidsoverwegingen hebben."
De interesse van India en Lilly in kunstmest en digestaten leidde hen naar Nick. "Het was bijna een soort handelsspel," zegt Lilly. "Ik herinner me dat Nick zei dat Schotse whisky heel veel digestaat heeft, wat kunnen we daarmee doen? En we gebruiken kunstmest in onze indoor teeltbedrijven, en het was net wie wat met wie kon ruilen."
Proeven met meststoffen op plantaardige basis voor basilicumteelt
Er ontstond een idee om een project te ontwikkelen om de effectiviteit van digestaat op basis van planten en dierlijke drijfmest te onderzoeken op een indoor basilicumteeltsysteem, ze te beoordelen op de risico's van ziekteverwekkers en het gehalte aan voedingsstoffen, en hun effectiviteit te testen ten opzichte van synthetische meststoffen. Het digestaat op plantaardige basis zal worden geleverd door een installatie voor anaerobe vergisting (AD) van een distilleerderij. Het project omvat ook een literatuuronderzoek om locaties te identificeren waar indoor teeltberdrijven en anaerobe vergistingsinstallaties nuttig gecombineerd kunnen worden.
"De Schotse whiskysector produceert veel digestaat via onze anaerobe vergistingsinstallaties," zegt Nick. "Er wordt veel onderzoek gedaan naar de toepassing van digestaat op akkerbouwbedrijven, maar er zijn grenzen aan waar en wanneer je digestaat kunt gebruiken in de akkerbouw. Met de kosten van energie en een beweging naar circulaire economieën, hebben we misschien een behoorlijke hoeveelheid digestaat rondzweven, maar alleen zoveel dat effectief kan worden gebruikt door akkerbouwers in de directe omgeving van de distilleerderijen. Aan de oostkust van Schotland heb je distilleerderijen en veel akkerbouw, maar in de toekomst, als we anaerobe vergistingsinstallaties hebben op de eilanden en aan de westkust van Schotland, waar veel minder akkerbouw is, kan het zinvoller zijn om dat digestaat naar meer gesloten landbouwsystemen te brengen die de lokale gemeenschappen van banen en voedsel voorzien."
Het is deze verbinding en synergie tussen de twee sectoren die het team enthousiast maakt.
"Wat we op dit moment hebben met agrofood is dat veel mensen in tamelijk extreme silo's werken," zegt India. "Er is hier echt een uitdagende kans voor verbindingen. Om gecontaineriseerde teeltbedrijven dicht bij anaerobe vergisters te plaatsen of dicht bij bedrijven die de tarwe voor het distilleren gaan leveren. Landbouw met gecontroleerde omgeving is sterk afhankelijk van energie, of het nu gaat om vertical farming, wat veel elektriciteit vergt, of om kassen die gas gebruiken voor verwarming. Als we dat kunnen verbinden met anaerobe vergisting, krijgen we veel van de hulpbronnen die we nodig hebben, samen met kunstmest."
Het project wordt geleid door Dr. Alexandros Stratakos. "We brengen niet alleen academici samen, maar ook verschillende belanghebbenden," zegt hij. "Het zal niet alleen een academische oefening zijn, de resultaten van het onderzoek kunnen gemakkelijker worden vertaald in veranderende praktijken die de sector kan overnemen, niet alleen de landbouw maar ook de AD-sector. Aan het einde van dit project hebben we tastbare, robuuste wetenschappelijke gegevens die nodig zijn om te bewijzen dat dit veilig en haalbaar is."
Ter afsluiting van de resultaten van het onderzoek voegt Lilly toe: "Dit biedt de mogelijkheid om circulaire economieën binnen CEA te stimuleren, die een essentieel onderdeel vormen van de weg naar net zero. Door te communiceren met andere sectoren kunnen we precies bepalen welke schat je in iemands afval kunt vinden!"
Voor meer informatie:
LettUs Grow
[email protected]
lettusgrow.nl
