Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Hoe kan men wortelknobbelaaltjes beheersen?

De komkommeronderstammen TRC11550, Ancora en TRC11542 scoren goed tegen de wortelknobbelnematoden. Dat vertelt onderzoekster Stefanie de Groote tijdens het Mini Symposium Bio-Onderzoek 2023. Voor tomaat beveelt ze de onderstammen Fortamino, DRO141TX en Kaiser aan. En voor paprika zijn dat de onderstammen Taritana en Scarface. In de video vertelt ze ook dat de vanggewassen rucola, mosterdblad en bladrammenas het meest geschikt ter bestrijding van de aaltjes. Het project waarin dat onderzocht werd, duurde in totaal vier jaar.
Figuur 1: de onderstammen van de verschillende vruchtgewassen die onderzocht zijn in de proef.

Hoe is de proef uitgevoerd?
In de proef heeft het proefstation een hele reeks onderstammen van komkommer, paprika en tomaat in pottenproeven getest. Verschillende onderstammen zijn in potten opgekweekt en aan de potten zijn vervolgens aaltjes toegevoegd. Daarbij is aan de ene kant gekeken hoe de wortels het doen en of die veel knobbels kregen. Aan de andere kant is gekeken of er een vermeerdering van aaltjes is te zien in de potten.


Figuur 2: De score waarmee wortelknobbels gemeten worden.

In bovenstaande figuur 2 is te zien hoe de wortelknobbels worden gescoord. Bij geen wortelknobbels is de score nul. Wanneer er bijvoorbeeld meer dan 30 wortelknobbels worden gezien is de score hoog.


Figuur 3: onderstammen van komkommer die goed uit de pottenproef kwamen.

Voor komkommer waren er drie onderstammen die goed uit de pottenproef kwamen: TRC11550, Ancora en TRC11542. Dat is bovenstaande figuur 3 te zien. Het proefstation adviseert telers om te telen met TRC1150 of Ancora.

Tomaat
In de proef werd voor tomaat duidelijk dat Maxifort voor een sterke vermeerdering van de nematodenpopulatie zorgde. Deze wordt dus niet aangeraden door het proefstation. Dit ras zorgt juist voor een sterke vermeerdering van de aaltjes in de bodem.

Figuur 4: Fortamino, DRO141TX en Kaiser worden door het proefstation naar voren geschoven als favoriete bestrijder tegen de aaltjes voor tomaten.

In bovenstaande figuur 4 is te zien dat Formamino, DRO141TX en Kaiser goed scoren wat betreft opbrengst en daarom worden deze door Stefanie ook naar voren geschoven. Dit ras geeft een sterke reductie van de aaltjespopulatie en is daarom favoriet in de strijd tegen wortelknobbelaaltjes.

Paprika
De onderstammen Taritana en Scarface geven een daling van de aaltjesproductie in paprika. Taritane vertoonde bovendien ook geen wortelknobbels in de proef. Deze onderstammen worden door Stefanie vooruit geschoven als favoriete onderstam voor paprika.


Figuur 5: resultaten van de onderstammen van paprika.

Tweede werkpakket
In het tweede werkpakket is een aantal alternatieve teelttechnieken onder de loep genomen. Zoals de inzaai van vanggewassen tijdens de wintermaanden. De vraag is of verschillende gewassen iets kunnen doen om de aaltjespopulatie te reduceren als de grond leeg is.


Figuur 6: Vanggewassen om de aaltjespopulatie te verminderen.

Het proefstation heeft over 2 jaar en op verschillende locaties die proeven gedaan. In 2018 is de proef op twee locaties uitgevoerd: op het PCG met een lichte besmetting en op een praktijkbedrijf met een zeer sterke besmetting. Bij de proef op het PCG was te zien dat rucola een significante daling gaf van het aantal aaltjes (M. javanica). Op het praktijkbedrijf was een niet-significante daling te zien na rucola en mosterdblad. Dit was overigens een daling van een ander type aaltje (M. incognita).

In 2019 is de proef herhaald bij het praktijkbedrijf. Na bladrammenaas, braak, rucola en mosterdblad was een daling te zien van de aaltjespopulatie (Meloidogyne spp). Tijdens de proef zijn bladrammenas en mosterdblad in de grond ingewerkt waarbij isothiocyaten vrijkomen die een daling van het aantal aaltjes veroorzaakt. De daling was sterk maar de eindpopulaties van de aaltjes bleven altijd nog vrij hoog.

Rucola, mosterdblad en bladrammenas blijken de soorten die het best geschikt zijn om de aaltjes te bestrijden. Dit onder de voorwaarde dat uniform gezaaid zijn, een goede bedekking hebben en een goede kieming hebben.


Figuur 7 Rucola, mosterdblad en bladrammenas; de beste vanggewassen

Proef met compost en chitine
In de proef is daarnaast door het PCG gekeken wat de invloed is van verschillende types compost, chitine en myccorhiza op de populatie Meloidogyne. Deze proef lag aan bij een andere verwarmde glasteler.

Figuur 8: De soorten compost en chitine waarmee getest is.

Deze proef heeft ook twee jaar aangelegen: een jaar voor tomaat en een jaar voor komkommer. Voor tomaat zag het PCG geen verschillen in opbrengst voor de verschillende behandeling, vertelt Stefanie. Opvallende in de proef was dat er een sterke vermeerdering van de hoeveelheid aaltjes in de bodem te zien was. De vermoedelijke verklaring is dat de teler de onderstam Maxifort gebruikte die zorgde voor de vermeerdering, aldus Stefanie. De laagste aaltjesvermeerdering werd gezien na behandeling met Rootella en Chitine.

In het jaar daarop was er een duidelijke afname te zien van de hoeveelheid aaltjes in alle objecten na een komkommerteelt. De verklaring daarvoor is dat aaltjes het minder prettig vinden om zich te vermeerderen op onderstammen van komkommers. Stefanie vertelt tenslotte dat de sterkste reductie te zien was bij chitine maar dat bij chitine ook de nuttige aaltjes worden gedood.

In de proef is er daarnaast onderzoek gedaan naar het effect van natuurlijke middelen op de aaltjes. Het effect daarvan op de aaltjes kon eigenlijk niet vastgesteld worden, laat Stefanie weten. De middelen deden eigenlijk weinig.

Besluit
De juiste keuze van onderstam/cultivar kan opbrengstderving beperken en tegelijkertijd de populatie van wortelknobbelaaltjes verlagen. Wanneer telers dit samen inzetten met vanggewassen en tussenteelten biedt dat perspectieven om de wortelknobbelaaltjes te beheersen. Stefanie besluit door te zeggen dat preventie van cruciaal belang blijft. Een goede bedrijfshygiëne en vertrekken van aaltjesvrij uitgangsmateriaal helpen problemen te voorkomen.

Bron: CCBT

Publicatiedatum: