Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

"Goed werkgeverschap begint bij goede huisvesting"

In het Zeeuwse Baarland runt Rik (31) met zijn moeder Ineke een fruitteeltbedrijf met 30 hectare appels en peren. Jaarrond zijn er vier tot zes buitenlandse arbeidskrachten aan het werk en in de pluktijd loopt dat aantal op tot twintig. De plukkers zitten er dit oogstseizoen comfortabel bij. “Arbeidsomstandigheden worden steeds belangrijker, of mensen bij je willen werken of niet”, ervaart de teler, zo schrijft DLV Advies & Resultaat.

Veranderende normen
De kantine in de koel- en sorteerloods werd zo’n twintig jaar geleden verbouwd tot woonverblijf voor de arbeidsmigranten. “Zonder vergunning, we wisten niet dat dat nodig was”, vertelt Rik. Op advies van de gemeente werden zo’n tien jaar geleden enkele aanpassingen gedaan zoals rookmelders en noodverlichting. Rik dacht daarom dat alles in orde was. Totdat eind 2020 de gemeente langs kwam met de arbeidsinspectie en iemand van de veiligheidsregio en de huisvesting niet aan de huidige normen bleek te voldoen. “De slaapvertrekken moesten 60 minuten brandwerend zijn. Dat zouden we nog kunnen oplossen. Maar we moesten ook de hele constructie van de loods brandwerend maken, zodat het dak bij brand niet zou instorten op het woonverblijf. In feite moest er dan een loods in een loods worden gebouwd. Dan hadden we de bestaande huisvesting moeten afbreken en inpandig moeten verplaatsen.”

Alternatieve oplossing
Dat zou een hele operatie worden. Terwijl er voor nood woonunits werden gehuurd, werd samen met Anne van Rossum, projectleider Bouw bij DLV Advies, gezocht naar een alternatieve oplossing. “Alleen de veiligheidsregio zegt niet zus en zo moet je het doen”, zegt Rik. “Ze geven alleen aan dat het zo niet goed is. En voor mij als ondernemer zijn die regels ook niet duidelijk. Anne heeft voor ons bij de gemeente en veiligheidsregio uitgezocht wat kon en mocht. Daar kom je eigenlijk pas gedurende het traject achter, als je aanvragen gaat indienen.” Dit resulteerde er uiteindelijk in dat de bestaande huisvesting in gebruik kon blijven als woonruimte met keuken en sanitair, als die met behulp van gipsplaten 30 minuten brandwerend zou worden gemaakt. Daarnaast zijn er tien nieuwe slaapvertrekken gebouwd langs de loods, die 60 minuten brandwerend zijn. De slaapvertrekken staan via een sluis in verbinding met de woonruimte. De voormalige slaapkamers zijn nu een recreatieruimte geworden, zodat de seizoenwerkers flink meer leefruimte hebben.

Agrarisch Keurmerk Flexwonen
“De bestaande huisvesting heeft nu ook een vergunning, dat heeft Anne ook geregeld. Hij heeft er bovendien voor gezorgd dat de woon- en slaapruimtes nu voldoen aan de eisen van het Agrarisch Keurmerk Flexwonen. Fijn als er iemand is die al het uitzoekwerk uit handen neemt”, aldus Rik. Ook is het prettig om iemand te hebben die namens jou het woord voert bij de gemeente, heeft de fruitteler ervaren. “Dat voorkomt dat de persoonlijke frustraties in zo’n gesprek te hoog oplopen.”

Meldingen naar telefoon
De brandveiligheid is gewaarborgd via rookmelders die eerst een signaal afgeven naar de telefoon van de teler, in plaats van rechtstreeks naar de meldkamer zoals de veiligheidsregio in eerste instantie wilde. “Dit om te voorkomen dat brandweer te vaak uitrukt voor loos alarm, bijvoorbeeld als er een rookmelder afgaat tijdens het koken. De teler is sneller ter plaatse dan de brandweer en kan direct 112 bellen als het nodig is”, legt Anne uit.

Fijne plek om te wonen en te rusten
Tijdens het plukseizoen kunnen de Litouwse plukkers nu rekenen op een comfortabel en vooral veilig woonverblijf. “En waar ze vroeger met vier of vijf personen op een kamer sliepen, hebben we nu tweepersoonskamers. Dus de mensen die hier jaarrond werken, hebben het grootste deel van het jaar een eigen kamer, dat vinden ze heel prettig. Alleen in de acht weken pluktijd dienen ze een kamer te delen.” Rik is dan ook blij voor z’n medewerkers. “De mensen hebben nu na het werk een fijne plek om te wonen en uit te rusten, dat voelt goed. We horen van de plukkers die vorig jaar geweest zijn, dat ze nu graag terugkomen om voor ons te werken.”

Bron: DLV Advies 

Publicatiedatum: