Tijdens de coronacrisis deden bijna 652 duizend bedrijven beroep op minimaal een van de coronasteunmaatregelen. Dat is ruim één op de drie bedrijven in Nederland. Vooral bedrijven van 10 tot 50 werkzame personen vroegen steun aan, 65 procent. Van de bedrijven met één werkzame persoon deed 30 procent beroep op een steunmaatregel. Dit blijkt uit de rapportage ‘Twee jaar coronasteun’ die het CBS geschreven heeft in samenwerking met het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
In de periode maart 2020 tot en met juni 2022 deed 35 procent van de bedrijven beroep op een van de financiële coronasteunmaatregelen. De meeste bedrijven deden beroep op de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo), die vooral gericht was op kleine zelfstandig ondernemers. 18 procent van alle bedrijven in Nederland maakte gebruik van de Tozo. Drie andere veelgebruikte soorten regelingen zijn het bijzonder uitstel van belastingbetaling, een vastelastenregeling (TOGS of TVL) en de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW).
Bedrijven konden aanspraak doen op meerdere soorten steunregelingen, bijvoorbeeld door twee of meer verschillende regelingen te gebruiken op hetzelfde moment, of door tijdens de verschillende steunrondes gebruik te maken van meerdere regelingen. Ongeveer twee derde van de bedrijven met een steunregeling deed een beroep op één van de vier veelgebruikte regelingen.
Mkb gebruikte vooral loonkostensteun
Bedrijven in het midden- en kleinbedrijf maakten vooral gebruik van de loonkostenregeling en in iets mindere mate van uitstel van belastingbetaling. De verschillende regelingen zijn bedoeld voor verschillende typen bedrijven. Zo was de loonkostenregeling vooral bedoeld voor bedrijven met personeel voor het doorbetalen van hun werknemers, terwijl de Tozo meer gericht was op kleine zelfstandig ondernemers voor hun eigen levensonderhoud. Een tegemoetkoming voor vaste lasten werd relatief het vaakst aangevraagd door bedrijven van 2 tot 10 en van 10 tot 50 werkzame personen. Bedrijven met één werkzame persoon of met 2 tot 10 werkzame personen gebruikten relatief het vaakst de Tozo-regeling. Grote bedrijven, met minstens 250 werkzame personen, vroegen vooral uitstel van belastingbetaling en deden een beroep op de loonkostenregeling.
34 miljard euro loonkosten- en vastelastensteun
Op 30 juni 2022 bedroeg de totale subsidie aan loonkosten en vaste lasten 34 miljard euro. Omdat nog niet alle verstrekte subsidies definitief zijn vastgesteld, bestaat dit subsidiebedrag uit een vastgesteld en een nog niet vastgesteld bedrag. Het merendeel van het bedrag dat bedrijven ontvingen bestond uit een tegemoetkoming voor de loonkosten (23,9 miljard). Er stond op 30 juni 2022 in totaal 20,8 miljard euro uit aan uitgestelde belastingen van bedrijven. Zij hebben vijf tot zeven jaar na 1 oktober 2022 om dit bedrag af te lossen. De totale Tozo-uitgaven bedroegen ongeveer 3,5 miljard euro. Daarnaast stond de overheid garant voor 1,3 miljard euro. Dit betrof veelal bestaande regelingen met een corona-uitbreiding. Tot slot verstrekte de overheid 0,3 miljard euro aan extra kredieten vanuit specifieke regelingen vanwege de coronacrisis.
Vaakst coronasteun op Waddeneilanden
Het gebruik van coronasteunmaatregelen is het hoogst op de Waddeneilanden (47 tot 63 procent van alle bedrijfsvestigingen). Daarnaast springen er een aantal steden in Noord-Holland uit, zoals Amsterdam en Beverwijk (46 procent). Ook in de Limburgse gemeenten Valkenburg aan de Geul, Vaals en Maastricht deed minstens 45 procent van de vestigingen een beroep op minimaal één van de coronasteunmaatregelen. Het gebruik was het laagst in Rozendaal en Lopik, met respectievelijk 21 en 22 procent.
Bron: CBS