Al vele jaren exporteren Nederlandse telers hun producten en delen ze hun kennis met bedrijven in het buitenland. In veel landen worden Nederlandse producten en productiemethodes gebruikt, maar er zijn altijd mogelijkheden om nog meer uit te breiden.
In de webinars van Xpert Theatre tijdens de GreenTechLive & Online werden de zakelijke kansen voor Nederland in Zuid-Korea (voor de bloementeeltsector) en in Argentinië en Colombia (voor de groententeelt) gepresenteerd door de Nederlandse ambassades in deze landen.
Argentinië
Kijkend naar Latijns-Amerika en de groententeeltsector daar, dan is het duidelijk dat daar kansen liggen. Leontine Crisson legt uit dat ondanks het feit dat de crisis veel invloed heeft op de bevolking en de armoede is gestegen, de voedselketens het eigenlijk heel goed doen en de veerkracht van deze sector groot is. Er zijn echter wel dingen die verbeterd kunnen worden. Het is een complexe sector met grote uitdagingen in de procestechnologie na het oogsten en voor de verwerking. Het komt erop neer dat gespecialiseerde producenten in Argentinië op zoek zijn naar innovatieve, logistieke en duurzame oplossingen, waarbij de productveiligheid en afvalbeheer de belangrijkste elementen zijn in het verbeteren van de Argentijnse toeleveringsketen.
Leontine Crisson
Diana Frezza, professor aan de Universiteit van Buenos Aires, vertelt dat het land 37 miljoen hectare landbouwgrond heeft, waarvan er momenteel maar 2% wordt gebruikt voor de tuinbouw. 93% van de producten die in Argentinië worden geteeld worden verkocht in eigen land, overwegend (75%) in groentenwinkels en (de rest) in de supermarkt. Echter, mede dankzij de pandemie zijn de online verkopen toegenomen. Het product dat het meest wordt verkocht is aardappel (44%), gevolgd door tomaat (12%) en ui (11%). Maar 7% (voornamelijk kikkererwten, bonen, ui, knoflook, erwten, aardappels en pompoen) wordt geëxporteerd, voornamelijk naar Brazilië.
Diana Frezza
Er is ongeveer 7.000 hectare aan kassen. De meeste telers hebben kleine of middelgrote bedrijven en meestal zijn het familiebedrijven. De meeste kassen zijn van hout met een plastic overkapping. Door verschillende soci-economische ontwikkelingen verwacht Frezza niet dat er in de nabije toekomst veel geinvesteerd zal worden in meer geavanceerde technieken. Wel is er volgens haar veel te winnen als het aankomt op het terugdringen van verliezen (naar schatting haalt 42% het brod van de consument niet). In post-harvest kortom, maar ook op gebied van veredeling ziet zij kansen. Zo worden in bijvoorbeeld tomaten vaak nu nog precies dezelfde varieteiten gebruikt voor de teelt in volle grond en in de kas. Daarnaast is er behoefte aan mechanisatie, biologisch gewasbescherming, kassen, stuurapparatuur, substraat (waarbij er weinig substraat uit Nederland komt) en meststoffen.
Voor meer informatie over zakelijke kansen in Argentinië kunt u contact met hen opnemen via: bue-lnv@minbuza.nl.
Andres Santana Bonilla
Colombia
En hoe zit het met de groenten in Colombia? De steden in Colombia worden steeds groter (in grootte en bevolkingsaantallen) waardoor voeding en duurzame ontwikkeling van de tuinbouwsector een prioriteit. Dat vertelt Andres Santana Bonilla uit, tuinbouwadviseur gevestigd in Bogota. De tuinbouw kan rekenen op veel belangstelling, maar er zijn uiteraard uitdagingen. De infrastructuur is niet goed, evenals de geografische indeling van het land, 75% van de landelijke gebieden liggen meer dan vier uur reizen van een van de 18 grootste steden. Dit leidt tot hoge kosten die telers ervan weerhouden om hun producten te exporteren. Volgens Bonilla worden er nu maar 36 producten geëxporteerd van de 106 tuinbouwproducten die exportmogelijkheden hebben. Voedselverliezen en -verspilling (34%, waarvan 62% bestaat uit fruit en groenten) is nog een factor die verbeterd moet worden, evenals het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Ook al is kastechnologie niet nieuw in Colombia (met name de sierteelt is sterk ontwikkeld), het overgrote merendeel van de groenten wordt geteeld in de volle grond.
Dus wat zijn de Nederlandse kansen voor de ontwikkeling van de tuinbouwsector in Colombia? Arno van der Maden van N&S del Tropico bracht een aantal punten die uit hun onderzoek "Taste the Future - Food for thought" naar voren. Dit onderzoek werd vorig jaar uitgevoerd en gepubliceerd in juni 2020. Hij legt uit dat er drie types telers zijn. Tussen de 10-15% wil professioneel telen, voornamelijk in medium-tech kassen en producten leveren aan chiquere winkels en restaurants. Zij telen voornamelijk cherrytomaten en sla, courgette en paprika, en zijn dikwijls in het bezit van GAP- en andere (biologische) certificeringen. Daarna volgen de voedselproducten die telen in kassen met minder technologie, maar wel een vorm van automatisering, met meer conventionele producten en praktisch geen certificeringen. Als laatste volgen de telers die voornamelijk in de volle grond telen en heel basale kassen hebben. Hun klanten bevinden zich voornamelijk in de regio en de producten zijn niet gecertificeerd.
In de loop der jaren is er in de markt meer ruimte gekomen voor specialties als gekleurde paprika's en tomaten, trostomaten, biologische producten etc. De vraag naar gezonde producten neemt snel toe, de middenklasse groeit en de mensen zijn op zoek naar gezondere producten waarvoor men bereid is te betalen.
Als het aankomt op de toeleveringsketen is er nog veel te winnen. De traceerbaarheid van producten is beperkt, fruit en groenten wordt zonder koeling over grote afstanden vervoerd. Ook bij de telers is er nog veel ruimte voor verbetering. Ze willen hun productiviteit verbeteren, maar staan aarzelend tegenover investeringen omdat de prijzen voor hun producten vaak gebaseerd zijn op vraag en aanbod.
Op basis van dit rapport heeft RVO een strategie ontwikkeld met acties en aanbevelingen, die gericht zijn op het vergroten van de aanwezigheid van Nederlandse bedrijven en kenniscentra in de Colombiaanse tuinbouwsector. Dit rapport getiteld Taste the Future vindt u hier.
Drs. Gelare Nader en tuinbouwadviseur dhr. Kang.
Zuid-Korea
In Zuid-Korea neemt lokale productie van bloemen af, terwijl de import groeit, zo ziet Gelare Nader uit, tuinbouwadviseur bij de Nederlandse ambassade in Zuid-Korea. De consumptie ligt ook lager; snijbloemen zijn in Zuid-Korea minder populair dan in landen als Japan en China. Maar Zuid-Korea is welvarend, er moet ruimte zijn voor groei.
Dus hoe ziet de bloemenmarkt eruit in Korea? De waarde van de import is van 18 miljoen euro in 2001 gestegen naar 60 miljoen euro in 2017 en zelfs na de crisis van 2008-2010 is de import toegenomen. De meest geïmporteerde bloemen komen uit China, Nederland, Taiwan en Thailand. De meest geïmporteerde bloemen zijn chrysanten (91% uit China), anjers (77% uit Colombia), rozen (voornamelijk uit Ethiopië en Colombia), orchideeën (76% uit Thailand) en tulpen (100% uit Nederland). Tegelijkertijd, weet Nader, zoekt de jonge consument naar nieuwe en 'onbekende' variëteiten.
Naast de import vindt er ook lokale productie plaats, maar dit is zoals gezegd de laatste jaren afgenomen. Met name kwaliteit loopt achter, gevolg een gebrek aan kennis bij de telers, een gebrek aan investeringen (investeringen zijn meestal niet winstgevend, omdat bedrijven (te) klein zijn en er vaak geen opvolgers zijn voor het bedrijf), toenemende arbeidskosten en tot slot steeds hogere prijzen van essentiële materialen, meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen. Bovendien zijn bloemen van oudsher bestemd voor ceremonies, een lang vaasleven is nooit zo belangrijk geweest.
De markt is uitstekend voor elektronica, gameproducten, casino's, voedsel, dranken en sinds kort ook voor kampeerproducten. Deze sectoren, in tegenstelling tot de bloemensector, werken met zeer professionele marketing- en advertentiecampagnes. Volgens Gelare heeft de Zuid-Koreaanse markt daarom een grote behoefte aan investeringen in de productie (technologie, educatie, training etc.), distributie (gekoelde technologie en logistiek, ontwikkeling van verkoopkanalen, training etc.) en marketing en consumptie (meer unieke producten, meer marketing, meer promotie bij bloemenfestivals en op tv, een zorgvuldig prijsbeleid).
Veelbelovende sectoren voor Nederlandse leveranciers en investeerders in Zuid-Korea zijn de export van snijbloemen, bloembollen, de ontwikkeling en bouw van kassen, teelttechnieken voor kasproductie, training en advies.
Voor meer informatie over zakelijke kansen in Zuid-Korea kunt u contact opnemen via: seo-lnv@minbuza.nl
Nico Smit, RVO business manager Latijns-Amerika die de sessies voor Argentinië en Colombia leidde.
Voor meer informatie:
GreenTech Live & Online:
www.greentech.nl