"Schappen zijn nodig om koploper te blijven"
Van Ardenne was minister voor Ontwikkelingssamenwerking, vervolgens ambassadeur bij de Voedsel- en Landbouworganisatie FAO van de Verenigde Naties en sinds vorige zomer voorzitter van het Productschap Tuinbouw. De vraag is hoe lang dat voorzitterschap nog duurt. Eind december stemde de Tweede Kamer voor opheffing van de 17 product- en bedrijfschappen.
Ondernemers hebben veel kritiek op de hoge heffingen en het gebrek aan democratisering. Daarom heeft het Productschap Tuinbouw vorig jaar al nieuw model voor een gemoderniseerd productschap gepresenteerd. "Daarbij wordt het werkterrein tot drie kerntaken gereduceerd. Van de 136 bestuursfuncties gaan er 105 weg. Er komen 3 in plaats van 9 bestuurlijke organen. Op het kantoor in Zoetermeer verdwijnen 62 van de 142 werkplekken. Met deze maatregelen kunnen de heffingen – gemiddeld 1000 euro per bedrijf – in 2012 al met 30% verlaagd worden en volgend jaar met nog eens 10%. Dat is gigantisch. Het productschap gaat verder thematischer werken. Voor ons zijn voedselveiligheid, plantgezondheid en duurzame ketens de belangrijkste thema’s om in te investeren."
Die taken zouden ook bij het ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie ondergebracht kunnen worden. Maar dat kost het Rijk 300 ambtenaren extra en 31 miljoen euro om plant- en diergezondheid plus voedselveiligheid te controleren. De overheid wil juist afslanken. Het is efficiënter om de 17 schappen te laten opgaan in één centraal schap. Dat staat ook dichter bij de ondernemers, meent Van Ardenne.
Bron: SER