Voor de toekomst streeft de organisatie drie doelen na:
- De basis van toekenning voor financiële steun blijft wat de sector betreft economische samenwerking (bundeling). Individuele producenten moeten op deze wijze “gedwongen”/gestimuleerd worden om lid te zijn van een netwerk/keten. De afgelopen jaren is gebleken dat een producentenorganisatie hiertoe een goed middel is. Zonder lidmaatschap van een cluster/agroketen zullen de meeste producenten niet overleven, zo kan men concluderen.
- Europese sector-/ketenintegratie extra belonen. Op deze wijze kan individuele telers nog eens duidelijk gemaakt worden dat de concurrentie van de toekomst niet land tegen land is, maar keten tegen keten. En de ketens zullen Europees samengesteld zijn. Aangezien één Europese markt per definitie inhoudt herdistributie van productielocaties zal het ook de Nederlandse producent duidelijk zijn dat hij “ multidomestic” moet opereren.
- Op het gebied van maatschappelijke diensten kan de sector een belangrijke bijdrage leveren. De sector is zeer innovatief op allerlei terrein: productinnovatie, milieu, verduurzaamd produceren etc. zijn allen zaken waarin Nederland haar partij kan spelen. Als een producentenorganisatie op dit gebied extra stappen maakt moet dat worden beloond. Niet de individuele teler, maar juist het collectief moet worden beloond om zodoende weer die clustervorming te bevorderen.