Talloze analisten stellen regelmatig een slecht functioneren van de groente- en fruitmarkt vanwege de botsing van een productieve sector en een geconcentreerde retailsector. De retail wordt dan beschuldigd van het profiteren van haar marktmacht, dit ten opzichte van de erg zwakke inkoopprijzen en ook ten opzichte van de consumenten die te maken hebben met erg hoge verkoopprijzen.
Door modellen te maken van de prijsvorming op de tomatenmarkt hebben de economen de marktmacht in kaart kunnen brengen. De analyse is gebaseerd op gebruik van gegevens van eindverbruik, de prijs in de uitgiftefase en de prijs in de detailhandel. Men heeft deze gegevens genomen uit de periode 2001-2006 en voor de twee belangrijkste variƫteiten: de ronde tomaat en de trostomaat
Het model, dat samengesteld is uit een systeem van vraag, aanbod- en prijsvergelijking, laat zien dat:
- De elasticiteit van de vraag varieert in de loop van het jaar; de vraag is in de winter meer elastisch dan in de zomer.
- De uitvoering van de marktmacht veel sterker is op de markt van de trostomaat dan op die van de ronde tomaat.
- De uitvoering van de marktmacht is gedaald in de loop van de tijd
- Als de markten zouden functioneren op concurrerende manier, de detailprijs van de trostomaat in 2006 2% onder de waargenomen prijs zou zijn en de producentenprijzen zouden 10% hoger zijn. In 2001 zouden de afwijkingen veel omvangrijker geweest zijn, respectievelijk 10% en 55%
- De toename van de consumptie, die voortvloeide uit een concurrerende functie van de markt, zou zwak zijn: 1% in 2006