RIVM-onderzoek emissies naar water van gewasbeschermingsmiddelen levert nog te weinig op
concentraties gewasbeschermingsmiddel blootstaan. Op dit moment blijkt onvoldoende informatie beschikbaar om te kunnen bepalen welke emissies uit bedekte teelten het meeste effect hebben op het milieu.
Deze rangschikking is nodig om scenario’s voor de toelatingsbeoordeling van gewasbeschermingsmiddelen te kunnen ontwikkelen. Met deze scenario’s kan worden bepaald of het middel mag worden gebruikt. Om een rangschikking mogelijk te maken, zijn bovendien gedefinieerde beschermdoelen nodig voor onder andere grondwater en oppervlaktewater.
Er bestaan modellen, met voldoende validatiestatus, om de uitspoeling van gewasbeschermingsmiddelen uit grondgebonden bedekte teelten naar grond- of oppervlaktewater te beoordelen. Dit geldt niet voor emissies uit substraatteelten, die als teeltsysteem steeds belangrijker worden.
Bestaande modellen om de waterstromen in substraatteelten te berekenen, lijken voldoende ontwikkeld om daaraan stofgedragmodellen te koppelen. Stofgedragmodellen geven weer hoe gewasbeschermingsmiddelen zich in het teeltsysteem gedragen en hoeveel in het oppervlaktewater terechtkomt.
Zie voor meer informatie het rapport Emissions by "other routes than air" from protected crop systems (greenhouses and crops grown under cover) op de site van het RIVM.
Bron: RIVM