In de schaduw van Mount Timpanogos onthult Daniel Wagner, oprichter van het in Orem, Utah, gevestigde NaturePonics, zijn ideaalbeeld: "We zouden graag een vergelijkbaar effect willen hebben op de voedselsector als Tesla Motors op de autobranche heeft gehad." Hij wil zelfredzaamheid voor iedereen mogelijk maken door zijn gemakkelijke benadering van verticale landbouw die door zowel beginners als ervaren mensen met groene vingers kan worden gebruikt. Ze variëren van kleinere 'bamboetorens' met kruiden die aan ramen kunnen worden opgehangen tot grotere, residentiële en commerciële bouwwerken waar alles, van tomaten tot boerenkool en courgettes, geteeld kan worden. Deze 'Boo Gardens' hebben minder water, grond en ruimte nodig dan voor de teelt van de meeste planten nodig is en kunnen een familie of zelfs een gemeenschap voeden.
Wagner vond zichzelf na de beurscrash van 2008 als het ware opnieuw uit. Hij was tot dat moment in onroerend goed werkzaam geweest maar wilde zijn blikveld verleggen naar meer duurzame praktijken. Zijn inspiratie voor verticale landbouw komt van de Tower Gardens in Epcot Center, Disney World. Daar wordt een diversiteit aan planten in binnenruimtes geteeld met verticale landbouw, waarbij aerocultuur wordt gebruikt, weinig grond en het meeste water wordt hergebruikt voor verneveling of 'regen'. "Ik hou van verticaal tuinieren," zegt hij. "Ik heb geen van deze dingen uitgevonden."
Wat hij wel zag, was dat de meeste verticale landbouwbedrijven op kunststof waren gebaseerd, wat niet duurzaam is en hij onacceptabel vond. Zijn oplossing? Bamboe, hij noemt het "het PVC van de natuur".