Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

"UvA: "Milieuvriendelijke gewasbescherming in conflict"

Het combineren van milieuvriendelijke vormen van gewasbescherming kan plaagvorming in de hand werken in plaats van tegengaan. Een nieuw Europees onderzoeksproject, onder leiding van UvA onderzoeker Merijn Kant, gaat deze voorspelling verder onderzoeken.

Het bestrijden van plagen op landbouwgewassen kost enorm veel tijd en geld. Daarnaast is er binnen de EU een sterke beweging gaande richting milieuvriendelijke methoden van gewasbescherming. Veredelaars proberen hun gewassen te voorzien van nieuwe natuurlijke resistenties. Tegelijkertijd wordt gewerkt aan het inzetbaar maken van natuurlijke vijanden van plagen - biologische bestrijding-, en aan de ontwikkeling van pesticiden op basis van natuurlijke producten. Op zichzelf zijn deze methoden vaak onvoldoende effectief dus is de hoop gevestigd op het toepassen van combinaties. Dit idee van geïntegreerde gewasbescherming wordt in Europees verband als een belangrijke pijler van milieuvriendelijke landbouw gezien.

Verkeerde combinaties
Echter, de verkeerde combinatie van beschermingsmethoden kan plaagvorming juist ook in de hand werken. 'Predator-prooi modellen voorspellen dat geïntegreerde gewasbescherming met behulp van natuurlijke resistenties en groene middelen ten koste zal gaan van biologische bestrijding', zegt Merijn Kant van het Instituut voor Biodiversiteit en Ecosysteem Dynamica (IBED). We voorspellen dat dit ertoe kan leiden dat plagen eerder sterker dan zwakker zullen worden'.

Dit komt omdat resistenties en groene middelen natuurlijke bestrijders in de weg kunnen zitten. Wat daarnaast minstens zo belangrijk is, is dat het succes van deze natuurlijke bestrijders, veelal roofinsecten, afhangt van de kwaliteit van hun prooi, de plaag. Wordt deze kwaliteit te slecht dan heeft de natuurlijke vijand te veel moeite zich te handhaven waardoor de plaag onvoldoende wordt onderdrukt: de resistentie van de plant keert zich dus in dit geval tegen de biologische bestrijding.

Urgent risico
Dit risico is erg actueel omdat de EU recent verschillende populaire middelen in de ban heeft gedaan. Deze open niche heeft veredelaars ertoe aangezet hard op zoek te gaan naar nieuwe resistenties voor hun gewassen. Het momentum om te toetsen of en op welke manier verschillende milieuvriendelijke beheersmethoden elkaar kunnen tegenwerken is nu. 'Uitkomsten kunnen de heersende visie op geïntegreerde gewasbescherming sterk beïnvloeden, zegt Merijn Kant. 'Als we dit negeren, dan voorspellen wij dat de komende tien jaar de effectiviteit van biologische bestrijding enorm zal afnemen terwijl de nieuwe resistenties en groene bestrijdingsproducten daar onvoldoende voor zullen compenseren'.

Onderzoeksproject
Als coördinator van het nieuwe Europees project gaat Kant met collega-onderzoekers van Nederlandse, Belgische en Spaanse instituten samenwerken om vast te stellen in hoeverre de voorspelling gegrond blijkt. Het driejarig project, getiteld Defdef (Defenseless Defenses) heeft een totaal budget van 590.000 euro en is gefinancierd via de tweede ronde van Coordinated Integrated Pest Management in Europe (C-IPM) van het European Research Area Network ERA-NET.

Bron: Universiteit van Amsterdam
Publicatiedatum: