Preiplanten in Vlaanderen worden in zaaibedden onder glas, in folietunnels of gewoon in de vollegrond geteeld. Voor de vroegste zomerprei, die al vanaf eind februari wordt geplant, wordt vaak een beroep gedaan op preiplanten geteeld in bijvoorbeeld Zuid-Europa of Marokko. Om jaarrond prei te kunnen telen in een hydrocultuursysteem is het belangrijk om het hele jaar door over uniform en goed plantgoed te beschikken. Sinds 2022 experimenteert onder andere Inagro met de teelt van preiplantgoed in gesloten meerlagenteelt.
Gesloten meerlagenteelt biedt mogelijkheden voor continue teelt van preiplanten
Telen in een gesloten omgeving biedt voordelen. Men is onafhankelijkheid van de weersomstandigheden. Dankzij de controle van klimaatomstandigheden in de groeicontainer (bv. temperatuur) kan de groeisnelheid gemaximaliseerd en het risico op schotinductie geminimaliseerd worden. Een teelt in een gesloten omgeving heeft bijna geen last van ziektes of onkruiden, waardoor er bijna geen gewasbeschermingsmiddelen nodig zijn.
Lichtspectrum heeft belangrijke bijdrage in productiepotentieel en groeisucces
Tot nu toe werden twee teeltrondes gerealiseerd op de productiebassins in openlucht (floating systeem) bij Inagro. Daaruit bleek dat het plantgoed uit gesloten meerlagenteelt geschikt is om kwalitatieve prei op de markt te brengen. In een zomerteelt van 2022 (uitplant op 6 mei) werden na 89 groeidagen hoge opbrengsten genoteerd tot wel 260 ton/ha vermarktbaar product. Dit is ongeveer een derde hoger dan tijdens een zomerteeltronde met traditioneel plantgoed. Uit deze proef bleek ook dat het lichtspectrum dat gebruikt wordt tijdens de opkweekfase van het plantgoed een belangrijke bijdrage heeft in het productiepotentieel. Een groot aandeel blauw licht, tot wel 50%, blijkt naast rood licht belangrijk te zijn.
In een tweede proef, waarbij de preiplanten werden uitgeplant in maart 2023, bleek dat het gebruikte spectrum ook een belangrijke impact heeft op het groeisucces bij ongunstige weersomstandigheden tijdens het voorjaar. Van de zes geteste rassen (Jumper, E3485, Belton, Krypton, Shafton en Floccus) bleek voor vier rassen een spectrum met enkel rood en blauw licht een positieve impact te hebben. Bij de planten geteeld onder 'wit' licht (+ groen licht) waren er uitvalpercentages tot wel 60%. Bij een rood-blauw spectrum bleef dit beperkt tot < 30%.
Noodzaak en effect van afharding verder onderzocht
De afgelopen winterperiode werd de opstelling van 2023 herhaald met dezelfde zes rassen en twee zuivere rood-blauw lichtspectra. De doelstelling is om het uitvalpercentage verder te minimaliseren tot lager dan 10%. In deze proef werd geteeld onder een R-B ratio van 1 of 2.5 en een gemiddelde intensiteit van 240 µmol/m²/s. Naast het lichtspectrum werd ook aandacht besteed aan een gecontroleerde afharding van het plantgoed. De planten afharden bleek uit voorgaande proeven noodzakelijk.
In de toegepaste afhardingsstrategie werden de planten over een periode van drie weken blootgesteld aan veranderende omgevingsfactoren zoals dalende dag- en nachttemperatuur, lage watertemperatuur (tot 6 °C), verkorte daglengte (max. 11 uur), en verlaagde lichtintensiteit (tot 100 µmol/m²/s). De volledige teelt van het preiplantgoed, inclusief afhardingsperiode, nam in totaal 106 dagen in beslag. Op 12 maart werd dit plantgoed uitgezet op het hydroteeltbassin op de Inagro-locatie.
Tijdens de uitgroei op het bassin wordt in de gaten gehouden in welke mate er een groeistilstand optreedt als gevolg van de transitie naar openlucht en welke rassen het goed doen op vlak van schottolerantie. Uiteindelijk worden de uiteindelijke producties die met dit plantgoed gehaald kunnen worden geëvalueerd op het hydroteeltsysteem.
In vervolgonderzoek wordt onderzoek gedaan naar verdere optimalisatie van de groeistrategie. Een inkorting van de teeltduur en economische analyse van deze opkweekmethode zal verder onder de loep genomen worden.
Voor meer informatie:
Inagro
Ieperseweg 87
8800 Rumbeke-Beitem
Tel: 051 27 32 00
info@inagro.be
www.inagro.be