Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

"Vroege detectie en tracering ToBRFV essentieel"

Het Tomato Brown Rugose Fruit Virus (ToBRFV) is nu zo wijdverspreid dat het zeer waarschijnlijk uiteindelijk alle productielocaties wereldwijd zal bereiken. Zoals sommige mensen zeggen: het is niet een kwestie van 'of', maar van 'wanneer'. Als teler is het daarom belangrijk om voorbereid en klaar te zijn om de virusinfectie te begrijpen en de verspreiding óf mogelijke uitbraak ervan, te beheersen. ToBRFV-infecties die niet goed worden beheerd, kunnen een grote impact hebben op de kwaliteit van de plant en de opbrengst. Bayer-specialisten Harmen Hummelen, Field Quality Lead en Leonie Hogendonk, Product Specialist, Trial officer, geven tips en suggesties om ToBRFV vroegtijdig te ontdekken.

Herkennen in de kas
Een vroege infectie is niet gemakkelijk te herkennen, deels omdat de meeste mensen de ziekte nog niet eerder zelf hebben gezien. Er zijn enkele algemene richtlijnen om ToBRFV vroegtijdig te herkennen. Een goede 'scouter' die de planten kan 'lezen' is waardevol. Harmen: "Het is belangrijk om voorbereid te zijn en de virusinfectie te begrijpen om de verspreiding ervan effectief te beperken of een potentiële uitbraak te voorkomen"

Een goede scout of teler zal hoogstwaarschijnlijk de planten tegenkomen die niet "normaal" zijn voor het specifieke ras of de tijd van het jaar (bijvoorbeeld planten met een iets andere kleur of vorm). Deze symptomen zijn mogelijk niet direct gekoppeld aan ToBRFV, omdat de symptomen vaak kunnen lijken op een tekort aan meststoffen of andere stressfactoren.

Eén van de symptomen kan bijvoorbeeld zijn dat een plant iets korter blijft, zonder duidelijke reden. Die planten, of hun buren, kunnen vruchten hebben die niet op de normale manier rijpen. Sommige vruchten, vooral bovenaan een tros, rijpen later of de rijping is onregelmatiger, eventueel met wat meer vlekkerigheid. Misschien is de bovenkant van de plant iets bleker van kleur? Dit zijn allemaal symptomen die door vele factoren veroorzaakt kunnen worden, maar die ook op ToBRFV kunnen duiden.

Het probleem is dat het virus in sommige gevallen geen plantsymptomen veroorzaakt en alleen op de vruchten zichtbaar is. Dit lijkt vooral voor te komen bij oudere gewassen, waar nauwelijks symptomen te zien zijn, maar het virus wél aanwezig is. Dit vergroot het risico dat een gemiste infectie doorgaat naar de volgende teeltcyclus.

Als iets er niet normaal uitziet of aanvoelt, is het daarom erg belangrijk dat men gaat nadenken over de mogelijke oorzaken en nog eens zorgvuldig gaat controleren. De laatste stap om vast te stellen of ToBRFV aanwezig is, is het uitvoeren van een diagnostische test. Leonie: "Een goede en makkelijke methode om de aanwezigheid van ToBRFV te testen is het bemonsteren van de kelkblaadjes van de vrucht."


Links tomatenbladeren die geïnfecteerd zijn met ToBRFV en rechts gezonde tomatenbladeren.

Testen
Een laboratoriumtest of een sneltest kan een mogelijke infectie aantonen. In beide testmethodes moeten meerdere plantendelen, bijvoorbeeld de kelk en actief groeiende scheuten, in één monster verzameld worden. Het kan dat het virus niet in alle delen van de plant aanwezig is. Indien het eerste monster de visuele diagnose niet bevestigt, aarzel dan niet om nog een monster van een tweede plant te nemen of meerdere planten in één monster te combineren.

Ook drainwaterdiagnose is een goede manier om vroegtijdig een infectie op te sporen. Telers in België hebben het water getest met behulp van laboratoriumanalyses en in sommige gevallen kon een virusinfectie tot 10 weken vóór het optreden van visuele symptomen worden gedetecteerd.

Wees voorzichtig met testen aan het begin van het seizoen na een eerdere infectie, omdat het mogelijk is dat dood virus-RNA van het vorige seizoen wordt gedetecteerd. Als het aantal gevallen van het virus echter toeneemt, is het duidelijk dat er een levend virus in de planten aanwezig is.

De detectie van het virus zou gericht moeten zijn tot een bepaald blok of gedeelte van de kas. Door dergelijke vroege detectie kan men extra maatregelen nemen en zo de verspreiding van het virus in de kas te vertragen.Afbeelding 1. Virus is niet gelijkmatig verdeeld over de hele plant. Een virus komt ergens de plant binnen en verplaatst zich vervolgens met floëem naar de wortels. Vrijwel tegelijkertijd verplaatst het zich ook naar de jonge, actieve groeipunt van de plant, en het kan enige tijd duren voordat de rest van de plant geïnfecteerd is. In dit onderzoek is meer te lezen over de beweging van het tabaksmozaïekvirus binnen de plant.

Route van binnendringen van virussen in de kas
Als de eerste planten worden gedetecteerd, is de volgende vraag: "Waarom is de infectie op deze plek begonnen?" In de praktijk is dit niet altijd te achterhalen. Het virus is onzichtbaar en zelfs met goede preventieve maatregelen en hygiëne kan er op een gegeven moment een virus een bedrijf binnenkomen. De locatie waar het virus als eerste wordt waargenomen, hoeft niet de invalspoort te zijn.

Het virus kan door mensen, materiaal of dieren worden overgedragen. Het is momenteel niet bekend hoe lang het duurt voordat het virus na binnenkomst het gewas infecteert. Dit kan variëren van tien minuten tot een dag of langer. Hierdoor kan het virus eerst midden in de kas opduiken, ook al is het elders binnengekomen. Het virus heeft ook een plant nodig die gevoelig genoeg is om infectie te laten plaatsvinden.

Al deze onbekende factoren maken het moeilijk om het initiële toegangspunt te traceren. Om die reden is het erg belangrijk om vanaf het begin én tijdens het groeiseizoen een hoog niveau van bedrijfs- en gewashygiëne te handhaven.

Terugblikken vanaf infectiedatum
Bij sommige experimenten verschijnen de virussymptomen al na tien dagen bij jonge planten. Bij oudere planten kan het echter voorkomen dat er maandenlang, of zelfs tot het einde van de teelt, geen duidelijke symptomen te zien zijn. Daarom is het vinden van deze eerste plant een grote uitdaging. Het is zeer waarschijnlijk dat de eerste geïnfecteerde plant één of meerdere naburige planten heeft besmet en tegen de tijd dat een medewerker symptomen constateert, kan de infectie in totaal 10-20 planten betreffen.

Goed scouten om het virus zo vroeg mogelijk op te sporen én goede hygiëne om de virusverspreiding tegen te gaan, zijn essentieel om zoveel mogelijk planten gezond te houden tot het einde van de teeltcyclus.

Hier in een onderzoek van de WUR te lezen over ToBRFV.

Voor meer informatie:
Bayer Vegetable Seeds
www.vegetables.bayer.com

Publicatiedatum: