In het derde kwartaal van 2022 was de Nederlandse uitstoot van broeikasgassen 4 procent lager dan in hetzelfde kwartaal van 2021. Dat komt vooral doordat er minder aardgas is verbruikt door de industrie en landbouw. Dit melden het CBS en RIVM/Emissieregistratie op basis van de voorlopige kwartaalcijfers over de broeikasgassenuitstoot conform de richtlijnen van de IPCC.
Minder uitstoot landbouw en industrie
De uitstoot van broeikasgassen door de landbouw en de industrie was respectievelijk 12 en 11 procent lager dan in het derde kwartaal van 2021. Dat komt doordat deze sectoren in het derde kwartaal een stuk minder aardgas hebben verbruikt dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Het verbruik van de andere energiedragers is vrijwel gelijk gebleven.
Bij de daling van het aardgasverbruik speelden de hoge aardgasprijzen een rol. Dat leidde onder andere tot een afschaling (minder productie) van de grootschalige aardgas-intensieve industrie. Daarnaast was het hoge aantal zonuren in het derde kwartaal van 2022 gunstig voor de glastuinbouw, omdat tuinders minder kunstmatig hoefden te verlichten op basis van warmtekrachtkoppeling (wkk’s) waar aardgas voor wordt gebruikt.
Meer uitstoot elektriciteitssector
De elektriciteitssector stootte in het derde kwartaal van dit jaar 14 procent meer broeikasgassen uit dan een jaar eerder. Aardgas- en kolencentrales hebben meer elektriciteit geproduceerd, mede doordat de vraag naar elektriciteit uit het buitenland groter was door krapte op de Europese elektriciteitsmarkt. Vanwege de hoge elektriciteitsvraag, steeg de elektriciteitsprijs zodanig dat het naast de kolencentrales ook voor de hoogrendement-aardgascentrales lucratief werd om meer te produceren.
Het CBS berekent ook de uitstoot van CO2 door alle Nederlandse economische activiteiten volgens de nationale rekeningen. Hierbij wordt in vergelijking met de uitstoot volgens de IPCC-definities ook de CO2-uitstoot van de internationale lucht- en zeevaart en de uitstoot door verbranding uit biomassa door personen en bedrijven behorend tot de Nederlandse economie meegenomen. In wat hieronder volgt worden de CO2-emissies conform de berekeningswijze van de nationale rekeningen gepresenteerd.
Uitstoot CO2 Nederlandse economie ruim 4 procent lager
De CO2-uitstoot door de Nederlandse economie was in het derde kwartaal ruim 4 procent lager dan in hetzelfde kwartaal van 2021, terwijl het bruto binnenlands product (bbp) in diezelfde periode met 3,1 procent groeide. Voor vrijwel alle sectoren van de economie geldt dat de productie hoger lag, terwijl de CO2-emissies lager waren. Zo daalden de emissies in de industrie, delfstoffenwinning en bouwnijverheid met 15 procent, terwijl de toegevoegde waarde 2,5 procent hoger lag. De afname van de CO2-emissie was het sterkst in de aardolie-industrie.
De CO2-uitstoot door de transportsector was in het derde kwartaal van 2022 nagenoeg hetzelfde als in het derde kwartaal van 2021. De Nederlandse luchtvaart stootte 19 procent meer uit dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Ondanks deze stijging was de uitstoot van de luchtvaart nog niet op hetzelfde niveau als voor de coronacrisis. Ook de binnenvaart heeft meer uitgestoten dan in het derde kwartaal van 2021. Daarentegen was de emissie door het wegvervoer 7 procent lager dan in het derde kwartaal van 2021. De zeevaart stootte in het derde kwartaal eveneens minder uit dan een jaar eerder.
Uitleg bij de cijfers
De CO2-emissies zijn een eerste berekening op basis van de dan beschikbare informatie. De cijfers kunnen wijzigen op grond van nieuwe statistische broninformatie die nadien beschikbaar komt.
De kwartaalontwikkeling van de broeikasgassenuitstoot door de gebouwde omgeving kent sinds dit jaar een grotere onzekerheid, omdat het CBS niet de beschikking heeft over maandcijfers van energieverbruik in de gebouwde omgeving. De huidige methodiek voor de bepaling van het aardgasverbruik door de gebouwde omgeving op kwartaalbasis maakt gebruik van een modelraming met temperatuur als input. Effecten van gedragsverandering in het energieverbruik door de extreem hoge energieprijzen zijn hierin niet meegenomen. Op het totaal is de uitstoot van de gebouwde omgeving in het derde kwartaal overigens beperkt (zo’n 6 procent van de totale uitstoot).
Bron: CBS