Nieuwe energie-infrastructuur is cruciaal voor de industrie in Rotterdam-Moerdijk om klimaatdoelen. Dit blijkt uit een update van de Cluster Energie Strategie (CES) Rotterdam-Moerdijk. In een rapport van zestig pagina's is ook aandacht voor de glastuinbouw. Telers ontvangen graag warmte en CO2 uit industrie.
Warmte naar kas
In het rapport wordt gesproken over warmteleidingen. WarmtelinQ, een leiding richting het noorden vanuit de Rotterdamse haven langs de kassen in onder meer het Westland, moet in 2025 operationeel zijn. De verwachte capaciteit is 248 MW. Een warmteleiding vanuit Moerdijk naar Geertruidenberg voor warmte uit het havengebied van Moerdijk staat op de rol om in 2027 operationeel te zijn. Met WarmtelinQ realiseert het Rotterdamse havenindustriegebied 180 kiloton CO2-besparing per jaar. Moerdijk-Geertruidenberg, goed voor 200 MW, moet een reductie van jaarlijks 164 kiloton mogelijk maken. Bij deze leiding wordt geen glastuinbouw genoemd als ontvanger. Wel moet de leiding in Geertruidenberg aansluiten op het hoofdtransportpunt van het huidige Warmtenet Midden- en West-Brabant.
Een knelpunt bij de warmteleidingen is volgens het rapport nog wel een gebrek aan draagvlak voor gebruik van industriële warmte voor verwarming van gebouwde omgeving en de glastuinbouw. Ook aan de kant van de industrie zijn er knelpunten. Zo is er een onrendabele top bij investeringen en voelt de industrie nog te weinig noodzaak om overtollige warmte uit te koppelen.
CO2 naar kas
Misschien nog wel meer dan van de warmte moet de industrie van CO2 af. Ook hier is de glastuinbouw een geïnteresseerde ontvanger. In het rapport wordt gesproken over 'grootschalige CO₂-afvang uitkoppeling van warmte bij de afvalenergie- en de biomassacentrales van de AVR in Rotterdam met toepassing in de glastuinbouw. Anders dan bij CO2-opslag in de Noordzeebodem ('in de studiefase') en CO2-afvang uit de lucht (door Carbyon, dat in 2024 een schaalbaar model gereed moet hebben) wordt er bij levering aan de glastuinbouw geen 'status' genoemd.
De CES werd voor het eerst opgesteld in 2021 en is dit jaar bijgewerkt op basis van een nieuwe data-studie. De CES is opgesteld door een werkgroep van de Havenbedrijven Rotterdam en Moerdijk, de provincies Zuid-Holland en Noord-Brabant, Stedin en Deltalinqs, een vereniging van meer dan 700 bedrijven in het havengebied. Zij stellen dat 'de resultaten laten zien dat de doelstellingen voor 2030 binnen handbereik liggen, maar nog steeds haast geboden is met de aanleg van de benodigde energie-infrastructuur. Dit vraagt om regie van de overheid en samenwerking met het bedrijfsleven.'