Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Horecaleverancier Carlo Bruijs

“Het moeilijkste is om ‘nee’ te zeggen”

In Bergen op Zoom staat hij bekend als ‘de stadsgroenteboer’. Met zijn vriendelijke uitstraling en open houding heeft hij de gunfactor bij veel mensen. Carlo Bruijs is een bescheiden man en zal zelf niet snel naar buiten treden. Daarom was hij ook verrast dat hij van harte werd aanbevolen als ondernemer voor deze rubriek ‘aan de keukentafel’.

Samen met zijn vrouw Wanda runt hij het AGF-bedrijf C. Bruijs van Dijk. De achternaam van Wanda is toegevoegd aan de bedrijfsnaam om ook naar buiten te laten zien dat ze het samen doen. Het familiebedrijf bestaat in 2022 al 111 jaar.


Carlo en Wanda aan de keukentafel, foto Geertrude Snoei

Wanneer begon jij in het bedrijf?
“Op jonge leeftijd hielp ik al mee. Het is van mijn opa en vader geweest. In die tijd was het gebruikelijk dat de oudste zoon de zaak overnam, maar mijn broer Adrie wilde dokter worden. Ik vond de groenten- en fruitsector leuk en studeren was niet mijn ding. Ik hielp liever thuis en heb het bedrijf van mijn vader en moeder overgenomen in 1986, toen ik 21 was. Toen we 100 jaar bestonden hebben we het predicaat ‘bij Koninklijke Beschikking Hofleverancier’ gekregen. Het was nog een hele zoektocht om papieren uit 1911 te vinden, want toen was de Kamer van Koophandel er nog niet. Ik ben naar het kadaster gegaan en daar kreeg ik het papier te zien van dat opa getrouwd was en daarop stond het bewijs dat hij koopman groenten en fruit was.”

Hoe kwam je aan klanten?
“Ik nam klanten van mijn ouders over, maar ik ging ook zelf op zoek. Regelmatig stapte ik ergens binnen als ik dacht dat ik wel iets voor een horecazaak kon betekenen. Ik zei dan tegen de eigenaar: ‘Hallo ik ben Carlo Bruijs, de groenteboer van hier om de hoek. Als je een groenteboer zoekt, hou ik me aanbevolen’. Ik schreef dan mijn naam op een kladje en dat was het eerste contact. Vaak moest ik mijn gezicht wel wat vaker dan één keer laten zien en dat deed ik ook. Zo bouwde ik het contact op en daar heb ik meerdere klanten aan overgehouden. Op die manier kennismaken is tien keer beter dan dat ik een brief in de bus zou doen. Mijn vader leurde langs de deur in Roosendaal, maar dat doen we niet meer. Het werd te druk om te blijven venten, toen we aardappelen gingen schillen voor de broeders van Sint-Marie in Huijbergen en groenten snijden voor ‘t Ketrientje in Bergen op Zoom. Nu leveren we met name gesneden en panklare producten aan horecazaken en zorginstellingen uit de omgeving.”

Je zit al jaren op dezelfde plek. Ben je er nooit uitgegroeid?
“Nee, maar momenteel zitten we hier nu wel een beetje aan de max, hoor. Maar deze locatie in de binnenstad, vlakbij het Markiezenhof, is ideaal. Als een horecazaak uit de stad iets nodig heeft, kunnen ze dat snel komen halen of wij zijn wel in de buurt als we onze ronde rijden. Dat is het grootste voordeel.”

In de AGF-sector zijn er veel winkels en zaken weggevallen in de afgelopen jaren. Wat is volgens jou de belangrijkste reden?
“Geen opvolging. Als ouders wil je dat je kinderen het beter hebben dan jijzelf. Persoonlijk wil ik mijn kinderen ook de mogelijkheid bieden om te gaan studeren en dat zie ik bij anderen ook gebeuren. Als ze dan papieren hebben en er kans is op een ‘betere’ of leukere baan, dan kiezen de jongelui vaak niet voor een bedrijf waar je hele dagen moet werken.”

Wat is belangrijk bij dit werk?
“Altijd klaar staan, service geven en kwaliteit bieden. Wanda en ik controleren elke bestelling. We zien wat er weggaat, dus we weten zeker dat we goede spullen leveren. Dat is heel belangrijk. Je hoeft maar twee keer iets te brengen wat niet goed is en dan lig je eruit. Ook eerlijkheid en doen wat je zegt is echt belangrijk als je gaat ondernemen. Mijn vader zei het bijna elke dag en dan zei ik: ‘Nou pa, nu weet ik het wel’. Maar hij had een punt.”
In onze branche moet je altijd de weersvoorspellingen in de gaten houden. Bij goed weer koop je bijvoorbeeld aardbeien in.

Kijken mensen eerder naar kwaliteit dan naar prijs?
"Vroeger keken ze eerst naar de kwaliteit, maar nu staat prijs op nummer één. Kwaliteit blijft heel belangrijk, maar ik denk wel dat iedereen meer in de gaten houdt hoeveel geld eruit gaat. Er wordt natuurlijk ook veel over gesproken over prijzen. Alles is duurder geworden en mensen worden kritischer.”

Heb je wel eens slechte jaren gehad?
“Nee, dat niet. De handel bleef meestal stabiel en er was ook telkens een groei zichtbaar in de afgelopen 20 jaren. We houden altijd de omzetsnelheid in de gaten, dus leveren altijd verse producten. Inkopen is niet altijd makkelijk, maar dat leer je met de jaren. In onze branche moet je altijd de weersvoorspellingen in de gaten houden. Bij goed weer koop je bijvoorbeeld aardbeien in.”

Wat vind jij het moeilijkste?
“Het moeilijkste om te zeggen is ‘nee’. We hebben het wel een paar keer gezegd, bijvoorbeeld als er nieuwe mensen van verder weg belden. We zagen dan niet de kans om die bestellingen te bezorgen. Maar als een trouwe klant iets aan ons vraagt, zeggen we eigenlijk nooit nee.”

Hoe kijk je naar de toekomst?
“Positief. Mensen moeten altijd eten. Maar: ook de gunfactor is belangrijk. We gaan zien hoe het loopt. Als onze kinderen het willen overnemen zou het leuk zijn, maar ze moeten niets.”

Met wie wil jij aan de keukentafel zitten?
“Met Cees Versijp. We zien elkaar elke dag, maar er is nooit tijd om even samen aan tafel te zitten en bij te praten. We roepen dit al tien jaar, dus we moeten het nu echt eens doen. Hij is ook groenteboer, dus we begrijpen elkaar.”

Dit artikel is met toestemming overgenomen uit De Bode, geschreven door oud-AGF-collega Gertrude Snoei.

Publicatiedatum: