Tholen - Met 20.000 werknemers is Taylor Farms een van de grootste spelers in de Noord-Amerikaanse vollegrondsmarkt. Vorige maand kondigde het bedrijf een investering aan in slateeltbedrijf Pure Green Farms. Slechts twee weken daarvoor kondigde hun Canadese collega VegPro ook al aan een kas te gaan bouwen. Volgens Kurt Cornelissen van Hortiplan kunnen we nog meer van dit soort berichten verwachten. “Ik geloof dat het een trend aangeeft. Er zijn een aantal zaken die samenkomen op dit moment.”
Kurt ziet dat dezelfde ontwikkeling 20 à 25 jaar geleden is gestart in Europa. Als sales & business development manager bij Hortiplan, een bedrijf dat mobiele goten levert voor de teelt van sla op water, kent hij deze markt op zijn duimpje. “Een groot deel van de Nederlandse en Belgische productie van bladgewassen in de vollegrond is gestaag verdwenen en vervangen door productie onder glas. Tegelijkertijd worden de bladgewassen nog deels in de open lucht geteeld in Spanje. Met name de Europese winterconsumptie is voor een groot deel nog uit Spanje afkomstig, net als het product wat versneden wordt en het verpakte gamma.”
Voedselveiligheid
Opvallend aan deze evolutie in de VS is wel dat het over enorm grote volumes gaat. “En dat het een evolutie is die zich waarschijnlijk op korte tijd zal voltrekken,” vertelt Kurt, die uitlegt dat er een aantal zaken samenkomen. “Voedselveiligheid is er daar een van.”
Hij legt uit dat voedselveiligheid in Europa vaak te maken heeft met gewasbeschermingsmiddelen en residu’s, terwijl het in Amerika voornamelijk een microbiologisch onderwerp is. “Chemische substanties spelen daar minder een rol. Belangrijker is het risico op voedselvergiftiging: E.coli, Salmonella, Listeria,” somt hij op. “Door onder glas te telen krijg je bovendien een heel zuiver product. Er is geen verontreiniging met zand, geen vreemde objecten, steentjes of defecten. Geen verdwaalde slakken of sprinkhanen. Het gewas hoeft dus minder of niet gewassen te worden, wat de houdbaarheid een stuk verlengt.”
Lokaal produceren
Een andere belangrijke aanjager is de trend naar lokaal produceren. “America First,” verduidelijkt Kurt. “Dat is op meerder niveaus te vertalen. Het kan gaan om telen in de VS in plaats van telen in Canada of Mexico, het kan gaan om het telen binnen de grenzen van een staat en het kan zelfs gaan tot de vermelding van het dorp of de stad waar een bedrijf staat.”
Dan zijn er nog extra omstandigheden. Het watertekort in Californië bijvoorbeeld maakt de teeltomstandigheden aldaar niet makkelijker. Ook transport is momenteel een groot probleem in de Verenigde Staten. “Het is niet de hoofdreden, maar zeker wel een element in de overweging die bedrijven maken. Net als het creëren van arbeidsplaatsen: verschillende counties in de VS ontvangen je met open armen als je arbeidsplaatsen creëert en het helpt om een regio minder afhankelijk te maken van de import van groenten.”
Extreem sexy sector
Al met al genoeg redenen voor een groot aantal bedrijven om veel geld in de glastuinbouw te steken. “De glastuinbouw is momenteel extreem sexy onder investeerders. Er stroomt veel geld naar de sector en veel van dat geld gaat naar de productie van bladgewassen.”
Kurt ziet dat er spelers ontstaan die in oppervlakte kleiner zijn, met projecten van enkele hectaren, maar die wel direct in meerdere staten aanwezig zijn. ”Het productievolume ten opzichte van alle vollegrondsbedrijven is misschien laag, maar het zijn wel bedrijven die als paddenstoelen uit de grond lijken te schieten.” En dat is ook wat het bedrijf ziet. In zeker 15-20 staten zijn initiatieven gaande om sla-projecten van de grond te krijgen. Letterlijk, want ze kijken naar hydroponic teeltsystemen als die van Hortiplan om hun product veilig en duurzaam te kunnen produceren.
Door deze ontwikkelingen voelen ook de grote vollegrondsbedrijven zich genoodzaakt een inhaalslag te maken. Sommige kiezen ervoor zelf een kas te plaatsen, anderen nemen bestaande bedrijven over of sluiten partnerships. “Ik kan me voorstellen dat een bedrijf wat in de grond teelt volgens een andere logica werkt dan wanneer je op een kleine oppervlakte in een kas teelt. Misschien is het dan makkelijker om een alliantie aan te gaan dan om het zelf te moeten opzetten,” verklaart Kurt.
Effecten op de sector
Wat heeft deze grootschalige groei voor gevolgen voor de sector? “De huidige spelers op de indoor sla-markt zijn relatief klein begonnen en timmeren al even aan de weg. Gotham Greens, Brightfarms: zij startten met het leveren van hyperlokaal product, nabij steden of zelfs in de steden zelf. In de loop der tijd hebben ze hun merk uitgebouwd. Mede door de nabijheid van de markt, ging dat goed. Nu rollen ze dat concept langzaam uit in andere staten.”
De vraag is of dat voor ondernemers die nu beginnen, nog steeds de juiste aanpak is. “Als je lokaal wil beginnen en aan de lokale supermarkt wil leveren, kan het nog steeds,” ziet Kurt. “Maar we zien wel andere bedrijven de kop opsteken, op korte termijn in verschillende staten hun faciliteiten willen ontwikkelen. Dan heb je niet de tijd om een eigen merk te bouwen.” De alternatieven? “White label gaan leveren aan supermarkten, of je aansluiten bij de grotere consortia zoals bijvoorbeeld Mucci, Village Farms of Mastronardi.”
Rol van Californië
Hoelang gaat deze boom duren? Helaas, ook Kurt heeft geen glazen bol. “Maar als je kijkt naar hoeveel product er uit Canada en Mexico de Verenigde Staten inkomt en hoeveel bladgroenten er van Californië en Arizona naar de oostelijke staten vervoerd wordt, dan heb je het over gigantische volumes. Als daar een aanzienlijk percentage van vervangen wordt, spreek je al over gigantische oppervlaktes. Met 100 hectare kas begin je er amper aan te knabbelen,” ziet Kurt.
Wat blijft er dan nog over voor Californië? Opnieuw kijkt Kurt naar Europa. “Hier zie je dat Murcia van belang blijft als wintertuin van Europa als het om de bladgroenten gaat. Voor rucola is Italië nog steeds een sterke speler. De kansen in de markt voor de bedekte teelt in de VS liggen vooral aan de bovenkant van de markt, het premium segment. Maar niet iedereen gaat dure, voorverpakte sla tegen een hoge prijs aankopen. Daaronder liggen nog kansen voor de goedkopere bol ijsbergsla die in California of Arizona geteeld is.”
Tegelijkertijd ziet hij ook dat als de markt de komende jaren aan dit hoge tempo blijft investeren, er meer druk op de markt zal komen. “De prijzen zullen gaan zakken,” verwacht hij. “Dat zal ook zeker een bedreiging worden voor mensen die voor een techniek hebben gekozen die niet de efficiëntste is. We zien toch dat het vertical en daglichtloos telen een groei doormaakt terwijl dit zeker niet de goedkoopste productiewijze is. Dan kan het lastig worden als je systeem nog niet terugverdiend is en er wel grootschalige kassen aan de rand van de stad verschijnen.”
En voor de toeleveranciers? Is het investeren in een markt die een korte opleving gaat krijgen? Dat verwacht Kurt niet. Tegen die tijd staat de volgende boom alweer voor de deur. Of is die al aan het beginnen? “We zien nu dat het aantal sla-projecten rap toeneemt. Tegelijkertijd is er veel belangstelling voor aardbeien in Noord-Amerika,” ziet Kurt. Of die golf al aan het aanzwellen is of dat deze sector nog maar net begonnen is, is nog niet te zeggen. “Maar zeker is dat dit een golf is die er nog aan zit te komen.”
Voor meer informatie:
Hortiplan
www.hortiplan.com
kurt.cornelissen@hortiplan.com