Tholen - De hete dagen van vorige week zijn funest voor de sla-opbrengsten voor de komende twee weken, zegt Johan Desmet, die in het Vlaamse Izegem onder 5 hectare glas diverse slasoorten op water teelt. Ook collega sla-teler Geert Van Hulle ondervond problemen.
Door uitval en kwaliteitsverlies schat Desmet zijn inkomstenderving op wel 50 procent deze en komende week. “De slateelt loopt in de soep als het meer dan veertig graden wordt in de kas en dat is vorige week vier dagen op een rij gebeurd. Deze gevolgen zijn nu merkbaar.”
Naast de uitval vreest Desmet de kwaliteitsverlies nog het meest. “Dat is niet goed naar de klant toe. Ik lever liever minder aan een goede kwaliteit dan andersom.”
Zomer slecht
De door de hitte verstoorde oogst is de zoveelste tegenvaller voor Desmet deze zomer. Alhoewel juni, juli en augustus topmaanden zijn voor sla, zit het dit jaar niet mee. “De prijzen vallen tot op heden tegen. Dit heeft onder andere met het grote aanbod te maken”, zegt hij.
Vorige week noteerde de klok in België 31 cent voor kropsla, de hoofdteelt van Desmet. “Terwijl de prijzen twee weken geleden zelfs maar 15 cent bedroegen”, verzucht de teler. Een prijs van 35 cent is volgens hem minimaal noodzakelijk om een fatsoenlijke boterham te verdienen. Door de hitteschade verwacht de Vlaming komende weken wel een prijsstijging. Maar door de uitval kan hij hier dus nauwelijks van profiteren.
Tegenover een slechte zomer noteerde Desmet wel een goed voorjaar. “Corona heeft geen negatieve gevolgen gehad voor onze handel. Onze producten gaan naar de retail en door de lockdown liep de verkoop van de retail als een tierelier.” De goede verkoop vertaalde zich in relatief goede prijzen, ook omdat in het voorjaar de concurrentie van openlucht teelt minder groot is.
Slateelt voor de horeca
Geert Van Hulle ondervond meer hinder van de coronacrisis. De slateler uit Veldegem, die samen met zijn zoon Alfons onder 2 ha glas en op 1,5 ha vollegrond twaalf verschillende slasoorten teelt, leverde uitsluitend aan de horeca. Door de lockdown viel deze afzetmarkt in maart en april helemaal weg en moest de oogst vernietigd worden. Door een overheidsregeling kreeg hij een deel van de vernietigde oogst vergoed.
De sluiting van de horeca was aanleiding om de transformatie naar biologische teelt, een proces dat vorig jaar was ingezet, te vervolledigen. Door corona hebben vader en zoon ook hun afzetkanalen onder de loep genomen en is er besloten om ook de retail te bevoorraden. “We werken nu met Bio-Planet en dat gaat eigenlijk goed. Ze nemen zelfs meer af dan aanvankelijk afgesproken.”
De biologische sla wordt vooralsnog als gangbaar product verkocht. “Je moet eerst twee jaar biologische telen voordat je onder dat label op de markt mag brengen”, legt de teler uit.
Sinds de heropening van restaurants en cafés in juni is ook de verkoop aan de horeca weer op gang gekomen. Van een volledig herstel is echter geen sprake. “De verkoop ligt ongeveer op 80 procent”, vertelt Van Hulle die met vaste prijzen werk. “2020 is een jaar om snel te vergeten. Het verlies van maart-mei gaan we nooit kunnen recupereren”, aldus de teler.
Hittegevoeligheid varieert per slasoort
Ook hij heeft veel hinder van de hitte ondervonden. “Bij temperaturen boven de dertig graden is het moeilijk de warme buiten de kas te houden, vooral als het ’s nachts ook niet afkoelt en dat was vorige week het geval. Het gevaar van de hitte is vooral dat planten vroeg in schot gaan en dat vers gezaaide sla niet opkomt.”
Van Hulle die verschillende slasoorten teelt, waaronder kropsla, rucola, Lollo bionda, mosterdkruid, frisee, mizuna, golden straeks, tasoi, zegt dat de hittegevoeligheid sterk varieert. “Bij kropsla is er minder uitval dan bij eikenblad soorten waar het tot twintig procent kan oplopen”, noemt hij wat voorbeelden. Veldsla is volgens hem de grootste risicogroep bij warm weer. “Dat is eigenlijk een wintergewas en kan slecht tegen hitte.”