In de 2e editie van BelOrta News staat een interview met de Vlaamse minister van Economie en Landbouw, Hilde Crevits over het minister zijn, haar relatie met BelOrta en de toekomst voor de tuinbouwsector.
Hoe is het om minister te zijn voor onder andere Landbouw, maar ook Economie? “Op 28 juni 2007, mijn verjaardag, mocht ik voor het eerst de eed afleggen als minister van de Vlaamse Regering. Die 13 jaar als minister zijn voorbijgevlogen. Deze keer zijn de bevoegdheden heel uiteenlopend: van werk tot economie en innovatie, maar ook landbouw. Landbouw is een bijzondere bevoegdheid voor mij, omdat ik zelf landbouwers in mijn familie heb. Het is een sector waar ik altijd bijzonder veel respect voor heb gehad: hard werken door weer en wind, tegenslagen waar je zelf geen vat op hebt - denk maar aan COVID-19 of de Ruslandcrisis - bepalen of een jaar hard werken loont. Maar het is ook een bijzonder mooie stiel, want je hebt snel resultaat van je harde werk. Je ziet haast letterlijk de vrucht van je werk. Dat staat mijlenver af van de politiek.“
Minister Hilde Crevits
Kent u BelOrta en wat roepen we spontaan bij u op?
“De reclamespot die altijd blijft hangen als je die hoorde (lacht). Maar ik denk natuurlijk ook aan de producten die wij met het gezin graag in onze winkelkar leggen: groenten, fruit en kruiden van onze lokale telers. Op het kabinet in Brussel letten we daar ook goed op: de appels, aardbeien, asperges en tomaten zijn steevast Belgische producten. BelOrta heeft een lange traditie en ik vind het knap dat zij met de producten van meer dan 1.000 telers samen de markt opgaan én hen met raad en daad bijstaan.”
Welke uitdagingen ziet u voor de Vlaamse groenten- en fruitsector bestemd voor de versmarkt?
“Een eerste belangrijke uitdaging is produceren in functie van datgene wat de consument vraagt: inzetten op specialisaties, duurzaamheid, een jaar rond voldoende variatie aanbieden, … En tegelijk moeten de telers rekening houden met steeds sneller veranderende omstandigheden: droge en warmere zomers, nieuwe opportuniteiten op het vlak van handel of steeds strenger wordende normen. Een teler moet bijzonder veel petjes tegelijk kunnen opzetten om dagelijks brood op de plank te hebben. Ik geloof dat innovatie, onderzoek en advies op maat cruciaal zijn om onze tuinbouw klaar te stomen voor de toekomst.”
Hoe ziet u de toekomst van die tuinbouwsector?
“De tuinbouwsector is volop in evolutie, dat vraagt alertheid van de gehele sector, dus ook van producentenorganisatie BelOrta. Tijdens mijn bezoeken her en der in Vlaanderen zie ik hoe innoverend onze land- en tuinbouwers zijn. Denk aan het gebruik van GPS en drones, aan robotisering, aan de verbetering van de rassen, aan duurzaam water-, bodem- en energiebeheer. BelOrta is de geknipte organisatie om alle telers mee op sleeptouw te nemen, maar ook om op het vlak van verkooptechnieken en datamanagement volop de kaart van innovatie te trekken.”
Welke zaken wil u gerealiseerd zien op het einde van uw beleidstermijn?
“Voor mij is het belangrijk dat de boer(in) zijn/ haar eigen verhaal kan schrijven. Kopzorgen zoals financiële onzekerheid, administratieve lasten, de combinatie met het gezin maken dat ondernemers - en dat zijn onze tuinders zeker - vaak niet de tijd hebben om werk te maken van een doordacht bedrijfsmodel waarbij alle pro’s en contra’s goed afgewogen worden. Tijd zoeken om samen met de partner, de kinderen of de collega’s over de toekomst te spreken. En daarnaast: in deze coronatijden ontdekken veel mensen de lokale teler dichtbij. We willen absoluut dat meer mensen belang hechten aan onze Vlaamse tuinbouwproducten, meer producten van bij ons kopen en dat tegen een juiste prijs. We zullen de volgende jaren ook meer aandacht vestigen op een sterk voedselbeleid, onder meer via de organisatie van een voedseltop. En ik herhaal graag hoe belangrijk innovatie is. Vlaanderen is op dat vlak vaak toonaangevend. Die weg willen we zeker verder bewandelen.”
Bron: BelOrta News nr 2