World Horti Center heeft de ambitie om samen met partners het internationale uithangbord voor indoor farming te vormen. Internationale bezoekers weten het kennis- en innovatiecentrum te vinden en met dit paviljoen blijft het centrum de bezoekers bedienen met kennis over de nieuwste ontwikkelingen in de tuinbouwsector. Onlangs presenteerde World Horti Center de plannen voor dit kennisprogramma en een ervaring rondom het thema indoor farming en spraken partners hun commitment uit.
Het project indoor farming bij World Horti Center vertelt de wereld hoe deze innovatieve teeltmethode bijdraagt aan maatschappelijke issues en hoe Nederlandse organisaties een totaaloplossing hiervoor kunnen bieden. Om het gehele cluster wereldwijd te positioneren, zet World Horti Center enerzijds een tweejarig programma met verschillende kennissessies, tours en trials rondom indoor farming op.
Indoor farming paviljoen
In het paviljoen worden internationale bezoekers verwonderd door een hoogwaardige 360◦-ervaring waar wordt ingegaan op diverse vraagstukken zoals het ontstaan van mega steden, klimaatverandering en de noodzaak voor voedselveiligheid en -zekerheid. Vervolgens wordt de totaaloplossing van de partners getoond; de Indoor Farm. Deze teeltmethode is volledig controleerbaar, voorspelbaar, stuurbaar op smaak en inhoudsstoffen en maakt het mogelijk voedsel te produceren dichtbij de consument, zelfs op locaties met een extreem klimaat.
Kennisprogramma
Het andere onderdeel van het plan is activatie; het laden van het thema indoor farming in World Horti Center. Onder andere op het gebied van kennisdeling in samenwerking met diverse initiatieven en toegepast onderzoek, kennissessies om innovatie te accelereren en de VVV functie waarbij World Horti Center leads doorverwijst naar toonaangevende bedrijven op het gebied van indoor farming.
Naar verwachting wordt het Indoor Farming paviljoen in het najaar geopend. In september wordt de eerste kennissessie voor de partners van Indoor Farming @ World Horti Center georganiseerd. Projectleider is Ysabel van der Meer.