Tholen - Vier weken lang voerden onderzoekers in het project 'De weg naar Digitale Groene Vingers' de voornachttemperatuur in een tomatenteelt op met een graad. Op die manier werd het gewas 'gepest' om te zien tot hoever men kan gaan, maar vooral ook om de fysiologie achter de metingen te begrijpen. Hoe beter dat gaat, hoe makkelijker het straks is om op afstand te telen.
"Het gewas is nu aan het herstellen", vertelt Alex van Klink van het Delphy Improvement Centre, de onderzoeksverantwoordelijke voor het project, over de behandeling die in week 24 werd gestopt. Hij zag dat het gewas sneller assimilaten ging verbruiken. "Op zich kunnen we vanuit de fysiologie verklaren wat het opschroeven van de voornachttemperatuur doet, maar de vraag is voor ons vooral of je het ook met sensoren kunt vangen en dan ook kunt begrijpen."
Alex in de proefkas
Metingen begrijpen
In dat laatste hebben de onderzoekers van Delphy en Wageningen University & Research interesse en met hen diverse betrokken andere partijen, te weten AgroEnergy, 2Grow, De Ruiter Seeds, Hazera Seeds, Signify en Ludvig Svensson. Het gaat alle partijen in eerste instantie om het begrijpen van de plantreacties met het sensornetwerk. Op deze manier kunnen plantreacties worden gemeten voor ze met het blote oog zichtbaar zijn. Uiteindelijk moet dit leiden tot de toepassing van de kennis om de teelt te gaan sturen.
Objectiever meten
Met een combinatie van onder andere sapstroomsensoren en weegschalen om het gewicht van de plant te meten, brengen de onderzoekers balans of onbalans in waterverbruik, assimilaten, maar ook in lengtegroei en vruchten in kaart.
"Door met sensoren op termijn objectiever te meten kun je, naast de groene vingers van de teler, dingen gaan zien die de teler of adviseur met het blote oog niet kan zien. Dat betekent dat straks de teler minder de kas in zou hoeven te komen en ook dat je bewegingen van adviseurs van kas naar kas kunt beperken. Een voordeel met de hoge virusdruk die er in o.a. tomaat is."
Zes behandelingen getest
In totaal zijn in het project, dat tot half september loopt en waarvoor financiële steun werd verkregen vanuit de Topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen, straks zes behandelingen getest. "Met EC, belichting en watergift gaan we ook weer de grens opzoeken. En mochten we erover gaan, dan is dat ook leerzaam. Dat voordeel hebben wij ten opzichte van productietelers."
Met de opgedane kennis kan daarna weer een vervolgproef gedaan worden. Op die manier gaat de glastuinbouw stapje voor stapje naar autonoom telen toe, maar niet zonder dat de mens de techniek bij kan blijven benen en er ook, haast letterlijk, 'blind' op kan vertrouwen. Dat laatste is namelijk een belangrijke voorwaarde voor de teler met groene vingers om de teugels uit handen te geven.
Voor meer informatie:
Delphy
www.delphy.nl
Alex van Klink
a.vanklink@delphy.nl