Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Toepassing biologische gewasbescherming is een precies werkje

Tholen - “De Nederlandse glastuinbouw heeft een intrinsieke motivatie om zo groen mogelijk te telen. Groene middelen zijn bij uitstek goed te gebruiken in een kas, waar tuinders de omstandigheden meer in de hand hebben dan in buitenteelten. Telers lopen continu rond door de kas, waardoor ze tijdig en gericht kunnen ingrijpen als ze zien dat het nodig is.” Aan het woord is Jolanda Wijsmuller van Bayer Crop Science.


Jolanda Wijsmuller, Bayer Crop Science

Biologische middelen zijn weliswaar vaak duurder dan chemische middelen, maar als er onder de juiste omstandigheden toch een redelijke effectiviteit is, en ook minder residu op de oogst achterlaat, levert dat volgens Jolanda een tuinder toch meer op. “Tuinders gebruiken ook graag groene middelen omdat deze vaak goed kunnen samengaan met nuttige insecten. Tenslotte hebben ze vaak een laag risico profiel voor mens en milieu en dat is voor iedereen die met gewasbescherming werkt en in het gewas werkt een hele prettige bijkomstigheid."

Proeven, proeven en nog eens proeven
Terugkomend op de effectiviteit, hoe zit dat met biologische middelen? “Door de bank genomen zijn ze minder effectief. Het kost ons als fabrikant dan ook veel meer tijd om een biologisch middel te ontwikkelen dan een chemisch middel."

Die extra tijd zit ‘m voornamelijk in het doen van veel proeven. “Soms zijn de proeven helder en soms is de effectiviteit minder duidelijk te meten. De toepassingsmethode, het moment en de omstandigheden van toepassing liggen bij biologicals veel kritischer dan bij chemie. Dat alles moeten we dus goed in kaart brengen om een teler goed te kunnen begeleiden en te voorkomen dat hij teleurgesteld wordt in dit type producten.”

Zo is de ontwikkeling van groene middelen een ware uitdaging. “Behalve dat we alles zelf goed in kaart brengen, doen we veel praktijkproeven met telers op het moment dat we het naar de markt brengen. Zo kunnen we in de praktijk testen of onze ideeën ook echt werken.” Een paar jaar voordat een nieuw middel geregistreerd wordt, kan een fabrikant proefontheffing aanvragen, waarmee zulke proeven ook al eerder mogelijk zijn.

Groeien in de markt
Als de registratie eenmaal in orde is en het middel op de markt gezet is, vergt het ook nog veel communicatie. “Dat is het grote verschil met chemie. Als we dat op de markt brengen, zit je binnen een paar jaar al aan het maximale marktpotentieel. Het is tenslotte heel duidelijk wat het middel doet en hoe een teler het moet inzetten. Een biological daarentegen groeit langzaam in de markt. Telers doen langzaam ervaring op, er is eens teleurstelling, dan weer succes. Wij hebben meer te communiceren over de toepassingsmethode en toepassingsmomenten. Zo zie je dat een product langzaam in de markt vestigt.”

Voor meer informatie:
Bayer CropScience SA-NV
Jolanda Wijsmuller
jolanda.wijsmuller@bayer.com
www.agro.bayer.nl