Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Joost Huijgen (BarentsKrans) zet richtlijnen over omgang met contractafspraken in coronatijden uiteen:

"Verstandige partijen verdelen de pijn van het plotseling wegvallen van de vraag"

Tholen - Van het ene op het andere moment viel halverwege deze maand de vraag weg naar bloemen en planten, maar zelfs naar groenten en fruit. Waar er leveringscontracten zijn gemaakt, buigen teler en afnemer zich nu over de kleine lettertjes en zaken als 'overmacht' en 'onvoorziene omstandigheden', ziet ook advocaat Joost Huijgen. "Verstandige partijen verdelen nu de pijn, want niemand is er bij gebaat als een van beiden omvalt en het niet meer trekt."

Overmacht
Op verzoek van LTO Nederland zette Joost afgelopen week de basisprincipes rondom leveringscontracten in tijden van corona uiteen in een paper. Daarin blijkt al snel dat er van 'overmacht' geen sprake kan zijn in juridische zin, want, zo stelt de advocaat, "bij overmacht gaat het over het niet meer kunnen uitvoeren van een prestatie. Nu is het vaak zo dat er wel nog kan worden afgenomen, maar dat enkel de vraag is weggevallen. Er kan ook nog gewoon betaald kan worden. De banken werken nog gewoon, dus een beroep op overmacht aan afnemerszijde zal niet slagen."

Pandemie met recht een 'onvoorziene omstandigheid'
Van 'onvoorziene omstandigheden' is wel sprake nu. Dikwijls staan hierover ook wel enige afspraken in een leveringscontract, maar een pandemie als 'onvoorziene omstandigheid' is in vrijwel geen enkel leveringscontract terug te vinden. "Bijna geen enkele bedrijf heeft echt de gevolgen van een pandemie doordacht en dat maakt het met recht onvoorzien."

Clausules rondom onvoorziene omstandigheden zijn in contracten wel regelmatig opgenomen, maar heel concreet zijn die nooit is de ervaring van de advocaat. "Het gaat vaak over procedureafspraken, waarbij is omschreven dat bij problemen er direct melding van moet worden gemaakt aan de andere partij en dat daarna overleg moet volgen."

Treedt in overleg
Overleggen is ook nu de beste raad die de advocaat kan geven. "Verstandige bedrijven zorgen dat de gang naar de rechter niet nodig is. Het is nu alle hens aan dek en er is ook geen tijd voor zo'n heel proces. Beter is het nu om allebei te erkennen dat er niet aan een pandemie was gedacht, om alle kaarten redelijk open op tafel te leggen en zeker niet eindeloos te gaan steggelen met een rechtsgang als gevolg."

Als richtsnoer en uitgangspunt voor zo'n overleg wijst Huijgen op een gelijke verdeling van de pijn. "De tegenvaller moet samen gedragen worden. Het zou unfair zijn de lasten van de huidige situatie op de schouders van slecht één van de twee partijen in een leveringscontract te leggen."

Fifty-fifty
Fifty-fifty de pijn verdelen is de norm, al kan (en moet) hier indien nodig van worden afgeweken. De teler mag dan in verhouding tot de retailer, de professionele verwerker of groothandelaren de 'zwakste' partij zijn, dat wil niet zeggen dat daarmee de afnemer, de retailer, alle pijn moet dragen.

Maar zeker ook niet andersom, want niemand is erbij gebaat dat de andere partij het niet trekt, aldus de advocaat. "Met een partij die omvalt, die failliet gaat, kun je geen zaken meer doen. Door de pijn gelijk te verdelen heb je de grootste kans er allebei het sterkst mogelijk weer uit te komen en weer door te kunnen gaan."

Zonder contract
In de sierteelt, waar zonder twijfel de hardste klappen vallen momenteel in de glastuinbouw, is er lang niet altijd sprake van leveringscontracten. Veel telers zetten hun product (grotendeels) af op de klok, op de veiling. "Daar is, door het ontbreken van contracten en dus de mogelijkheid om de pijn te verdelen, de klap het hardst. Het risico bij klokverkoop ligt sowieso al bij de teler en dus is het logisch dat juist hier erg naar de overheid en de banken wordt gekeken om hen te hulp te schieten."

Voor meer informatie:
BarentsKrans
www.barentskrans.nl

Joost Huijgen
joost.huijgen@barentskrans.nl