Het ombouwen van bestaande gasketels naar een hybride ketel met een ingebouwde elektrische verwarmingselement is mogelijk een optie om het gebruik van aardgas te verminderen en daarmee de CO2 uitstoot en ook NOx uitstoot te beperken.
Deze ketels kunnen flexibel opereren en reageren wanneer bijvoorbeeld de elektriciteitsprijzen laag zijn, als er een overschot is aan duurzame elektriciteit. En retrofitten van bestaande gasketels is mogelijk goedkoper dat het plaatsen van een nieuwe elektrische boiler. Een consortium, met onder andere TNO, Glastuinbouw Nederland, Eneco, Branche vereniging voor Oliën en vetten (MVO), Ketelbouwer Cal Trading en elektrowarmte ontwikkelaar Huikeshoven, heeft met financiering vanuit de Topsector Energie onderzoek gedaan naar de technische en economische haalbaarheid van deze oplossing.
Technisch haalbaar
In het project zijn verschillende ketels onderzocht, waaruit bleek dat alleen ketels groter dan 5 MW in potentie genoeg ruimte hebben om een elektrisch element in te retrofitten. Naast ketels voor de voedingsmiddelenindustrie en warmtenetten is ook een case in de glastuinbouw onderzocht. Het blijkt dat het technisch goed mogelijk is om in een bestaande gasketel van 7 MW in totaal 900 kW aan elektrische verwarmingselementen te plaatsen. De investeringen worden daarbij geschat op € 210.000, deze kosten zijn vergelijkbaar met het plaatsen van een separate elektrische weerstandsboiler.
Economisch nog niet haalbaar
Het blijkt dat op dit moment het verschil tussen de gasprijs en de elektriciteitsprijs te groot is voor een positieve businesscase in de glastuinbouw. Dit komt mede door het lage aantal draaiuren dat kan worden behaald in de gasketel en doordat de capaciteitstarieven hoog zijn. Een hoog aantal draaiuren, lagere nettarieven, verandering van de energieprijzen en/of stimuleringsmaatregelen zijn nodig om de optie economisch haalbaar te maken.
bron: kas als Energiebron